Investeringskosten: 29,58 miljoen euro. Turbines op de zee zijn een stuk duurder dan op het land, onder meer omdat het moeilijker is een vergunning te krijgen en omdat de logistieke kosten (o.a. vervoer per schip) natuurlijk hoger liggen. IRENA schat de investeringskost op 3.286,57 euro per kilowatt.
De moderne windmolens hebben een gemiddelde ashoogte van 15 meter. Met een capaciteit van 30.000 kWh kosten ze ongeveer € 40.000 inclusief aansluiting op de meterkast. Voor het vergunningen- en bouwtraject staat een periode van circa zes maanden.
Voor de plaatsing van één windmolen kan een ondernemer rekenen op een vergoeding van 40.000 – 50.000 euro per jaar. Ook een zonneweide brengt aardig wat in het laatje. De bijverdienste is volgens de fiscalist niet zonder risico.
Financieel gezien kost een windmolen 3 miljoen + € 363.000 per jaar. Daarvoor moet een windmolen minimaal 15 jaar draaien om zichzelf (fabriceren, plaatsen, onderhouden en slopen) terug te verdienen.
De verwachting is dat de kosten voor het aansluiten van de windparken die tot en met 2023 worden gebouwd € 4 miljard zullen bedragen. De eerste ramingen voor de kosten van het aansluiten van windparken op zee, die naar verwachting in de periode 2023–2030 worden aangelegd, liggen tussen de € 5,1 en 6,1 miljard.
Windparken op zee kunnen naar verwachting 25 tot 35 jaar elektriciteit leveren. De eigenaar van een windpark is verplicht om het aan het einde van de levensduur te verwijderen. En al bij de bouw van het windpark moet daarvoor een forse bankgarantie ingeleverd worden.
Duurzame energie wordt wereldwijd jaarlijks met zo'n $ 121 miljard subsidie gesteund, volgens het Internationaal Energie Agentschap (IEA). In Nederland wordt een deel van de daadwerkelijke kostprijs voor windenergie betaald door de Subsidie Duurzame Energie (SDE+).
De gemiddelde economische terugverdientijd van een windturbine op land is minder dan 8 jaar en op zee korter dan 12 jaar. Factoren die de terugverdientijd verkorten: Grotere afmetingen en hoogte van een windturbine wat i.h.a. resulteert in een hogere opbrengst.
1 windmolen is 3 MW piek (bij optimale omstandigheden). Gemiddeld levert zo'n molen (op land) 1/4e = 0,75 MW = jaarlijks 22-25 miljoen MJ = 7 miljoen kWh = 2000 huishoudens. Op zee loopt dat op tot 0,42 ! en gaan de molens naar 4 MW (piek) = 1,6 MW Dan levert een molen ongeveer 15 miljoen kWh op.
Het basis salaris van het werken aan land en op zee komen nog redelijk overeen. Zo verdien je bij beiden (bruto) tussen de € 2.600,- (junior) tot € 3.600,- (ervaren) euro per maand. Afhankelijk of je veel overuren draait of vaak een weekend (consignatiedienst) extra draait kan dit salaris nog wat hoger uitvallen.
Als bijvoorbeeld een 2 MW windmolen in een jaar 4.000 MWh heeft opgewekt dan kan je zeggen dat deze molen 2.000 vollast-uren heeft gedraaid. Het aantal vollast-uren is dus een term die wat zegt over de hoeveelheid “opgevangen” wind op een bepaalde locatie.
Een windmolen bevat ook zeker 1000 liter smeerolie. De meeste turbines hebben een 'versnellingsbak' die de draaiing van de wiekas omzet naar een toerental dat optimaal is voor stroomopwekking.
Bij verschillende energieleveranciers is wind al de voornaamste bron van energie. Maar er is veel verwarring over de windmolenparken. Door de lage stroomprijs en investeerders die zich terugtrekken wegens onzekerheid op de markt door het coronavirus, zijn windmolenparken momenteel bijna niet rendabel.
Subsidie voor windturbines
De ISDE voor windturbines aanvragen kan alleen bij kleinverbruikersaansluiting van maximaal 3 x 80 ampère. De subsidie bedraagt € 66 per m2 rotoroppervlak. Voor de bekende kleine windturbines met een ashoogte van 15 tot 25 meter kom je daarmee op ongeveer € 9.000 subsidie.
In 3 tot 6 maanden draaien wekt een windturbine evenveel energie op als er nodig is voor de bouw, het onderhoud en de afbraak. Een windmolen gaat zo'n 20 jaar mee.
Voor de bouw van windturbines is een omgevings- vergunning nodig. Meestal vraagt een ontwikkelaar die vergunning aan voordat hij een keuze heef gemaakt voor een specifek type windturbine. Het is namelijk onverstandig om al in een heel vroeg stadium het type en de afmetingen vast te leggen.
De energieopbrengst van windmolens op land onbetrouwbaar is, omdat het niet altijd voldoende waait. Windmolens leveren met weinig wind betrekkelijk weinig energie op. Windmolens vervuilen het beeld van de horizon en kunnen geluidsoverlast veroorzaken. Het bouwen en afbreken van windmolens kost ook energie.
Een windmolen levert net zo veel energie als 30.000 zonnepanelen. Voor veel bedrijven zijn 200 tot 5.000 zonnepanelen echter meer dan genoeg om in hun eigen energieverbruik te voorzien. Investeren in een windmolen met zo'n overschot aan vermogen heeft dus niet veel zin.
Voor een windmolen heeft u als particulier bepaalde vergunningen nodig, zoals een omgevingsvergunning. Vraag dit daarom eerst na bij uw gemeente, voor u een windmolen gaat kopen. De gemeente kan voor u nagaan of een kleine windmolen wel past in uw omgeving, en of de windmolen niet te veel overlast geeft.
Duurzame energiebronnen
Het aandeel zonne-energie was bijna 10%. Dat er zoveel meer duurzame energie van wind afkomstig is, heeft onder andere te maken met het vermogen van een windturbine. Zo levert een moderne windturbine aan de Nederlandse kust jaarlijks ongeveer net zoveel stroom op als 36.000 zonnepanelen.
Dit komt omdat windturbines op zee gecompliceerder zijn om te bouwen. De fundering en plaatsing van een dergelijke molen is niet eenvoudig. Dicht langs de kust hebben we te maken met vogeltrekroutes. Verderop in zee kun je er lastig bijkomen.
Hierbij kantelen de kop en de wieken zodat de wind alleen tegen de scherpe zijde van de wieken waait. Van de voorkant lijken ze dan dunnere wieken te hebben. Daardoor vangt de windmolen bijna geen wind meer en komen de wieken tot stilstand, rustig wachtend op een aangenamer briesje.
Dat maakt het aantrekkelijk voor boerenbedrijven. De EAZ-Twaalf wekt per jaar ongeveer 35.000 kWh op bij een windsnelheid van 5m/s. De kosten van een molen bedragen zo'n 50.000 euro, een bedrag dat in zeven tot tien jaar terugverdiend wordt.
Een windmolen op zee bevat ongeveer 2000 liter 'gear olie' en 500 liter hydraulische olie. De olie wordt normaal om de zeven jaar ververst – tenzij er zich een lek of ander probleem voordoet natuurlijk.
Allereerst worden de afgeschreven windmolens ontmanteld en de rotorbladen vervoerd naar de recyclingfabriek die in de Eemshaven komt te staan. Daar worden de wieken in stappen verkleind tot er uiteindelijk korrels overblijven. Die korrels vormen een grondstof voor nieuwe producten.