Het Antropoceen begint daar waar het Holoceen eindigt. Beide tijdvakken zouden dan vallen binnen het Kwartair.
Het Holoceen is een geologische tijdvak van 11.700 jaar geleden tot nu. Aan het relatief warme Holoceen ging een ijstijd vooraf die meer dan 100.000 jaar duurde. Nederland was een koude dunbevolkte steppe die zich tot ver in de Noordzee uitstrekte.
Waar lag Nederland op de wereldbol? Nederland lag vrijwel op de evenaar, aan de oostkant van het zich vormende Pangeacontinent, ongeveer ter hoogte van waar nu Congo ligt. Het schoof langzaam naar het noorden.
Geologen als John Phillips en Charles Lyell vestigden een indeling in vier grote eenheden: het oude Primair (tegenwoordig Paleozoïcum), het jongere Secundair (tegenwoordig Mesozoïcum), het nog jongere Tertiair (tegenwoordig verdeeld in Paleogeen en Neogeen) en het jongste Kwartair.
Het Pleistoceen is in de geologische tijdschaal een tijdvak van 2,58 miljoen (Ma) tot 11,7 duizend jaar (ka) geleden, én tegelijk de serie gesteentes met die ouderdom (in het verleden ook wel het "diluvium" genoemd). Het Pleistoceen is de vroegste of onderste onderverdeling van het Kwartair.
Na het Eemien werd het langzaam kouder en droger en begon het Weichselien (116.000-10.500 jaar geleden). De zee trok zich steeds verder terug omdat veel zeewater door de dalende temperaturen werd vastgelegd in poolijs.
Nederland in het Vroeg-Pleistoceen
Op het land kwamen in warme periodes bossen tot ontwikkeling, in koude periodes steppen en toendra's, waarop grote grazers overvloedig voedsel vonden. De Noordzee stond in die tijd nog niet via het Kanaal in verbinding met de Atlantische Oceaan.
De prehistorie of oertijd is de benaming voor het vroegste tijdperk in de menselijke geschiedenis. Alles wat er bekend is over de prehistorie, is gebaseerd op archeologische vondsten. Directe geschreven bronnen zijn er niet, omdat het schrift nog niet bestond.
Nederland in het Eoceen
In het Vroeg-Eoceen was Nederland grotendeels bedekt door zee, alleen Limburg was vasteland. De zeebodem was op veel plaatsen vrij diep (mogelijk zo'n 200 meter) en er werden kleipakketten afgezet.
Een giga-annum (Ga) is een miljard (109) jaar, in SI-eenheden is dit ongeveer 31,56 × 1015 s.
Dit uiterlijk, alle laagjes horizonten op elkaar, noemen we een bodemprofiel. Bodemprofielen zijn vaak heel oud, doordat het erg lang duurt om een horizont te vormen. De bodem in Nederland is ongeveer 10.000 tot 15.000 jaar oud. Dit klinkt heel oud, maar is eigenlijk nog best jong in vergelijking tot andere bodems.
Nederland is, op wat heuvels in Zuid-Limburg na, zo plat als een dubbeltje. De oorzaak hiervan is dat wij een sedimentatiebekken zijn, het zogenaamde Noordzeebekken. Een bekken is de geologische benaming voor een diep en langzaam wegzinkend stuk aardkorst.
Pangea werd eerst in twee paleocontinenten gesplitst, Laurazië en Gondwana (Zuid-Amerika bleef nog enige tijd onderdeel van Gondwana). Daarna splitsen beide paleocontinenten zich verder tot de continenten van vandaag de dag.
'Het Antropoceen,' wordt het huidige tijdperk nu door geologen genoemd, vooralsnog onofficieel.
Een glaciaal of ijstijd is een periode in de geschiedenis, waarin het klimaat op aarde aanzienlijk kouder was dan tegenwoordig. De laatste koude periode, het Weichselien, eindigde 11.700 jaar geleden.
Waren er alleen ijstijden in Europa? Nee, ook in Noord-Amerika en Azie.
Nederland als natiestaat heeft zijn wortels in de zestiende eeuw. In 1581 werd via een officiële verklaring, de zogenoemde Acte van Verlatinghe, de Spaanse vorst Philips II afgezet als hun heerser.
De Eerste Engels-Nederlandse Oorlog duurde van 1652 tot 1654, de Tweede Engels-Nederlandse Oorlog van 1665 tot 1667, de Derde Engels-Nederlandse Oorlog vond plaats in de jaren 1672-1674 en de laatste, Vierde Engels-Nederlandse Oorlog werd uitgevochten tussen 1780 en 1784.
Ze leefden van de jacht en verzamelden voedsel in de bossen. Ze hadden geen vaste woonplaats, maar trokken achter de kuddes rendieren aan.
Onze prehistorische voorouders aten vroeger veel groenten en fruit, noten en zaden en vlees en vis. Dit 'oervoer' was rijk aan eiwitten en vezels en bevatte amper koolhydraten en verzadigde vetten. Het voedsel was puur en onbewerkt en volgens wetenschappers aten onze voorouders erg gezond.
Hoe zag Nederland eruit? Tijdens het maximum lag er boven het noorden van Nederland dus een laag ijs. In de rest van het land, en ook in Noord-Nederland voor en na het maximum, was sprake van een toendraklimaat. Er groeiden geen bomen en grote struiken, maar alleen kleine struikjes, grassen en mossen.
In de afgelopen drie miljoen jaar zijn er tussen de twintig en dertig ijstijden geweest. In minstens twee daarvan, het Elsterien (tussen ongeveer 475.000 en 410.000 jaar geleden) en het Saalien (tussen ongeveer 280.000 en 130.000 jaar geleden), bereikten de ijskappen Nederland.
De periode tussen twee glacialen noemen we een interglaciaal. Tijdens een glaciaal is een groot gedeelte van het Noordelijk Halfrond bedekt met ijskappen, die zich tijdens een interglaciaal bijna helemaal terugtrekken.