In de 19e en 20e eeuw krijgt de barok opnieuw aandacht en komt een neobarokke stijl op, een voorbeeld van historisme. Misschien wel het bekendste voorbeeld van deze neobarokke stijl is de Opéra Garnier in Parijs. In Nederland is de stijl weinig gebruikt.
In de muziek omvat de Barok de periode van ca. 1600 tot 1750. De Barok volgde op de Renaissance.
Ze werden opdrachtgevers van een wereldlijke schilderkunst die bloeide als nooit tevoren. De barok volgt de renaissance op. Er zijn een aantal grote verschillen in benadering van de kunsten, maar ook overeenkomsten tussen beide stromingen.
Het concept is enigszins vergelijkbaar met school (stroming) of stroming. Enkele bekende stijlperioden zijn romaans (kunst/architectuur), gotiek (kunst/architectuur), renaissance, barok, neoclassicisme, symbolisme, modernisme en postmodernisme.
De stijl die tussen 1600 en 1750 beeldende kunst en architectuur overheerste, wordt aangeduid met 'barok'. Kenmerkend voor de barokstijl zijn draaibewegingen, sterke licht-donkercontrasten en andere theatrale effecten om de toeschouwer in vervoering te brengen.
In de Renaissance werden figuren in de schilderkunst in een denkbeeldige driehoeks/ovaal-compositie gerangschikt, dit werd als evenwichtig en harmonieus ervaren. In de barok was er echter sprake van een feestelijke en uitbundige stijl en actie die de schilders probeerde vast te leggen.
De rococo is een Europese stijlperiode in de beeldende en toegepaste kunsten, die haar hoogtepunt beleefde tussen 1730 en 1760. De naam is afgeleid van het Franse woord rocaille, een asymmetrisch schelpmotief dat in de 18e-eeuwse barok veel gebruikt werd in met name de toegepaste kunst.
en als laatste Heinrich Heine. Na hem kreeg de Romantiek in het 'naturalisme' van de late 19de eeuw een doorwerking.
Het was de bedoeling dat het individueel en origineel was, het moest vooral over gevoelens en verlangens gaan en het individu moest centraal staan. Een gevoel werd dan ook hoger aangeslagen dan het gezond verstand. Tijdens de Romantiek was er ook een andere stroming, een soort tegenhanger, namelijk het Realisme.
Romantiek (1780 / 1850)
De romantiek was een artistieke, literaire, muzikale en intellectuele beweging die tegen het einde van de 18e eeuw in Europa ontstond en in de meeste gebieden haar hoogtepunt bereikte in de periode van ongeveer 1800 tot 1850.
De Vroegmoderne Tijd (ca. 1450-1800) is een specifiek door historici vastgesteld tijdvak dat ook wel eens aangeduid wordt als de Nieuwe Tijd of als ancien régime. Deze historische periode begon omstreeks het einde van de middeleeuwen en duurde tot de moderne tijd, die rond 1800 begon.
De naam barok is waarschijnlijk afgeleid van het Portugese woord 'barucca', waarmee een bijzondere soort parels wordt aangeduid met een zeldzame scheef afgeronde vorm. In de achttiende eeuw werd in Frankrijk iedere kunstvorm 'baroque' genoemd, die niet aan de classicistische smaak van die tijd beantwoordde.
Waar het wereldbeeld eerst geocentrisch was (de aarde als centrum), veranderde dit tijdens de Renaissance naar heliocentrisch (de zon als centrum). Een veranderend mensbeeld. De visie van de humanisten zorgde voor een groeiend individualisme en een focus op het aardse leven.
Het was in de late middeleeuwen tijd geworden voor een nieuwe manier van denken over wetenschap en kunstvormen. In die periode, omstreeks 1400, begint de kunst van de renaissance op te komen. Een eeuw later komt de renaissancestijl kortstondig tot bloei tijdens de hoogrenaissance (ca. 1500-1520).
Deze elegante stijl drong met name door in het interieur en de kunstnijverheid. Onregelmatigheid en asymmetrie kenmerken het rococo, een 19de-eeuwse term vernoemd naar de. Andere rococo-elementen zijn C-vormige krullen en bladranken. Lichte kleuren en elegante lijnen zetten de toon.
In de eerste helft van de 19e eeuw schrijven sommige romantische auteurs onheilspellende verhalen met een opvallende fascinatie voor het duistere en het onverklaarbare. Deze periode wordt in Nederlandse literatuurgeschiedenissen vaak geduid als de zwarte romantiek.
Neoromantiek is een synoniem van postromanticisme of laat romanticisme. Het is een langdurige beweging die begint aan het einde van de negentiende eeuw en het is een herleving van de romantiek in de kunst en de literatuur. Het is een reactie gebleken op het naturalisme.
De term realisme stamt uit de negentiende eeuw en werd gebruikt ter typering van het werk van de Franse schilder Gustave Courbet (1819-1877) en een groep van schilders die iedere vorm van idealisering verwierpen en zich in plaats daarvan richtten op het leven van alledag.
In het algemeen, aandacht voor feit en realiteit en verwerping van het onpraktische en visionaire. Gebruik het met betrekking tot kunst en literatuur voor de benadering die nadruk legt op de beschrijving van dingen zoals ze werkelijk zijn of hoe ze voorkomen.
Het impressionisme ontwikkelde zich in de jaren zestig van de negentiende eeuw in Frankrijk. Het wordt veelal beschouwd als het begin van de moderne schilderkunst. Ook de klassieke muziek en de literatuur zijn beïnvloed door het Impressionisme.
De naam van een stijl of kunststroming is in veel gevallen ontstaan, nadat een kunstcriticus een soms afkeurend bedoeld etiket plakte op het werk van een groep samen exposerende kunstenaars. Voorbeelden daarvan zijn het fauvisme, het impressionisme en het kubisme.
Decoratieve stijl 'met weinig inhoud'
Daarna diende de stijl van het neoclassicisme zich geleidelijk aan en verdween de stijl van het rococo. Een kunstenares, die in de overgangsperiode van het rococo naar het neoclassicisme zeer actief was, is Élisabeth Vigée-Le Brun.
De barok heeft zijn oorsprong in Italië, waar rond 1600 Caravaggio met grote lichteffecten meer dramatiek in zijn werk probeert te krijgen. Zijn realistische stijl wordt snel populair en vindt navolgers in heel Europa.
Het belangrijkste kenmerk van het literaire classicisme is het teruggrijpen op auteurs uit de klassieke oudheid en het herinvoeren van een strikt regelsysteem in de literatuur (en dan met name in het theater) gebaseerd op geschriften uit die tijd.