Nu leven we weer in een tussen-ijstijd: het Holoceen. Klimatologen verwachten dat dit interglaciaal over ongeveer tienduizend jaar afloopt: er staat dan weer een nieuwe ijstijd voor de deur.
IJstijden hadden niet alleen in het noorden grote invloed. Over de hele wereld veranderde het klimaat. In Azie staken stofstormen op die voor de afzetting van loess (woestijnstof) in China zorgden. In de Amerikaanse woestijn ontstonden grote meren.
de Kwartaire ijstijd, het huidige ijstijdvak.
Een deel van Europa lag onder een ijskap. Dit ijs was opgebouwd uit lagen bevroren sneeuw. Op sommige plekken was de ijslaag wel een kilometer dik. Deze ijskappen ontstonden op de Noordpool en schoven langzaam over Scandinavië (Noord-Europa) naar Nederland en Duitsland.
De laatste ijstijd eindigde zo'n 12.000 jaar geleden.
Als al het ijs op aarde smolt, zouden de gevolgen niet te overzien zijn. De zwaarst getroffen gebieden zouden Noord-Amerika en Europa zijn, waar hele stukken van de continenten zouden verdwijnen. Maar voordat zoiets gebeurt, moet de aardbol veel warmer zijn dan hij nu is.
Deze wordt opgedeeld in twee tijdvakken: Het Pleistoceen en het Holoceen (waarin wij ons momenteel bevinden). De laatste ijstijd, genaamd het Weichseliaan, eindigde ongeveer 10 000 jaar geleden. De zes glacialen zijn van jong naar oud: Weichseliaan, Saaliaan, Elsteriaan, Menapiaan, Eburoniaan en Pretigliaan.
Ongeveer 200.000 jaren geleden ontstonden wij, de moderne mensen, in Afrika. En 40.000 jaren geleden gingen we vanuit Afrika naar Europa toe. De moderne mensen leefden als nomaden. Ze trokken achter grote kuddes rendieren en paarden aan.
Nederland was een koude dunbevolkte steppe die zich tot ver in de Noordzee uitstrekte. Met de overgang van het Pleistoceen naar het Holoceen steeg de temperatuur snel. Toch stond de zeespiegel nog altijd tientallen meters onder het huidige niveau, omdat in de smeltende ijskappen veel water was opgeslagen.
Het einde van de ijstijd, twintigduizend jaar geleden, werd ingeluid door een kleine verandering in de baan van de aarde waardoor het noordelijk halfrond meer zonneschijn kreeg. Grote delen van het Noordpoolijs smolten en er stroomde veel zoet water de Atlantische Oceaan in.
De laatste ijstijd begon ongeveer 115.000 jaar geleden en eindigde ruim 10.000 jaar geleden. Tussen 115.000 en 130.000 jaar geleden was het klimaat warm. Die periode is vergelijkbaar met nu qua temperatuur. De één-na-laatste ijstijd was zó koud dat gletsjers uit Scandinavië ook Nederland bedekten.
In de afgelopen drie miljoen jaar zijn er tussen de twintig en dertig ijstijden geweest. In minstens twee daarvan, het Elsterien (tussen ongeveer 475.000 en 410.000 jaar geleden) en het Saalien (tussen ongeveer 280.000 en 130.000 jaar geleden), bereikten de ijskappen Nederland.
Waren er alleen ijstijden in Europa? Nee, ook in Noord-Amerika en Azie.
De laatste ijstijd (Weichsel ijstijd) begon 110.000 jaar geleden. Ditmaal kwamen de ijsmassa's niet verder dan Hamburg. De gevolgen voor Twente waren er niet minder om. IJzige stormen veranderden Twente in een poolwoestijn.
Gemiddelde temperatuur
Gemiddeld lag de temperatuur in de Kleine IJstijd in ons land zo'n 1 tot 2 graden onder de temperaturen van tegenwoordig. In de Grote IJstijden lag de jaargemiddelde temperatuur in West-Europa rond minimaal 15 graden.
Tijdens deze ijstijd bereikte het landijs Nederland: het ijs reikte tot de lijn Haarlem-Utrecht-Nijmegen. Langs deze lijn en ook ten noorden vinden we uitgesproken vormen in het landschap die in die periode gevormd zijn. Vormen die door het landijs in het Saalien zijn ontstaan.
Ze leefden van de jacht en verzamelden voedsel in de bossen. Ze hadden geen vaste woonplaats, maar trokken achter de kuddes rendieren aan.
Vroege middeleeuwen. Na de Romeinse tijd in Nederland werd het land bevolkt door drie Germaanse stammen: Franken, Friezen en Saksen. De Franken waren het sterkst, versloegen de andere twee volken tussen de 7e eeuw en 804 en veroverden onder leiding van Karel de Grote heel Nederland.
Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
Deze krijgt de naam Bataafse Republiek (1795-1806). Onder Lodewijk Napoleon werd Nederland voor het eerst een Koninkrijk, het Koninkrijk Holland. Dit duurde slechts vier jaar (1806-1810). In 1813 herwon Nederland zijn onafhankelijkheid.
De bruine beer komt tegenwoordig nog voor in Noord-Amerika, Azië en Europa, maar is in Nederland ongeveer achthonderd jaar geleden uitgestorven. De bruine beer is onderverdeeld in vele ondersoorten, zoals de Europese beer (Ursus a. arctos), de grizzlybeer (U.
Hoe zag Nederland eruit? Tijdens het maximum lag er boven het noorden van Nederland dus een laag ijs. In de rest van het land, en ook in Noord-Nederland voor en na het maximum, was sprake van een toendraklimaat. Er groeiden geen bomen en grote struiken, maar alleen kleine struikjes, grassen en mossen.
Al 11,5 duizend jaar heeft de mens het geluk in een interglaciaal te leven, een relatief warme periode tussen ijstijden in. IJstijden duren ruwweg 90.000 jaar en worden afgewisseld met kortere warme perioden. De warme perioden duren tussen enkele duizenden jaren tot meer dan tienduizend jaar bij de huidige piek.
Zo stellen ze dat de Kleine IJstijd werd veroorzaakt door een uitzonderlijke grote uitstroom van zee-ijs dat in de jaren 1300 vanuit de Noordelijke IJszee naar de Noord-Atlantische Oceaan voer. En hierdoor koelde de wereld – op sommige plekken sterker dan op andere – af.