Een puber heeft de leeftijd tussen kind en adolescent. In de puberteit vinden snelle veranderingen plaats op biochemisch niveau met gevolgen voor lichamelijke kenmerken en emotionele en sociale ontwikkeling.
Schoolkind. Een schoolkind is een kind van 6 tot 13 jaar dat op school zit. Het kind leert daar onder andere schrijven, lezen en rekenen. Leren speelt een belangrijke rol.
Puberteit versus adolescentie
Adolescentie is de periode tussen de late kindertijd en de jongvolwassenheid waarin een kind zich ontwikkelt tot volwassene. De puberteit is de periode waarin je hormonen ervoor zorgen dat je je ontwikkelt van kind tot volwassene.
Zodra een kind geen kleuter meer is, vanaf 6 jaar, noemen we het ook wel een schoolkind. Of basisschoolleerling. In Nederland zijn kinderen vanaf 5 jaar verplicht om onderwijs te volgen. Tot 11- of 12-jarige leeftijd krijgen ze les op de basisschool, waarna ze uitvliegen naar het voortgezet onderwijs.
Pubers gaan zich losmaken van hun ouders. Ze willen zelf beslissingen nemen. Ze willen experimenteren en hebben daarvoor meer vrijheid nodig. Door bijvoorbeeld kleding en gedrag zetten pubers zich af tegen hun ouders.
oorspronkelijk personen tussen 13 en 19, sinds de 20e eeuw ook vanaf 10. Een tiener is een persoon die, strikt genomen, een leeftijd heeft tussen de tien en negentien jaar. Doorgaans wordt hiermee een puber bedoeld.
Er is een lichamelijke ontwikkelingsstoornis waarbij een kind veel eerder dan normaal in de puberteit komt: pubertas praecox. Een meisje ontwikkelt dan bijvoorbeeld al voor haar achtste jaar schaamhaar en borsten. Ook kan ze veel te vroeg beginnen met menstrueren. Bij jongens ligt de grens op de leeftijd van 9 jaar.
In het alledaagse spraakgebruik spreekt men tot een leeftijd van 12 à 14 jaar van 'kinderen' en daarna van 'jongere', 'tiener' of 'puber'. In de ontwikkelingspsychologie spreekt men niet meer van 'pubers' en 'puberteit' maar van 'adolescenten' en 'adolescentie'.
De meeste kinderen starten met het herkennen en benoemen van kleuren als ze twee, drie jaar zijn. Aan het begin van groep 1 kennen de meeste kinderen de primaire kleuren rood, geel en blauw. Veel kleuters hebben ook al een lievelingskleur. Bij kleine meisjes is dat vaak roze.
Er komt in het zestiende levensjaar ongeveer 1 centimeter bij. In de periode van van 16 - 21 jaar stopt voor zowel mannen als vrouwen de groei van het skelet. Bij vrouwen is de groei zo rond de 16- of 17-jarige leeftijd gestopt. Bij mannen is dit ongeveer op 17- of 18-jarige leeftijd.
Bij 95 procent van de kinderen is de puberteit voltooid als ze 17 of 18 jaar zijn. Bij jongens verandert daarna nog de haarverdeling (gezicht, borsthaar). Ook kunnen acne-problemen langer blijven bestaan.
De adolescentie is de overgang tussen de jeugd en de volwassenheid. Een adolescent leert omgaan met regels, afspraken en conflicten en is vooral bezig met zelfstandig worden. In deze fase is de jongere erop gericht om wederkerige en intieme relaties op te bouwen.
13 jaar. Als je 13 bent mag je betaalde klusjes doen buiten schooltijden en een baantje hebben op zaterdag en in de schoolvakanties. Je kunt lid worden van de medezeggenschapsraad op school. Je kunt een eigen account aanmaken op Facebook.
Vanaf zijn 7e verjaardag wordt je kind voorzichtiger en rustiger. Hij krijgt meer controle over zijn lichaam en denkt meer na voordat hij iets doet. En hij leert ook om meer geduld te hebben.
Je puber van 12 jaar spiegelt zich aan zijn leeftijdsgenoten, kleedt en gedraagt zich net zoals zij. Ook vindt hij hun normen en waarden en gewoontes steeds belangrijker. Er verandert zo veel in zijn leven, met zijn lichaam, in de omgang met vrienden enzovoorts, dat dit emotioneel voor een instabiele tijd kan zorgen.
In het schema ontwikkelingsaspecten en om- gevingsinteractie worden de volgende ontwik- kelingsgebieden onderscheiden: lichamelijke ontwikkeling, motorische ontwikkeling, cogni- tieve ontwikkeling, seksuele ontwikkeling, per- soonlijke ontwikkeling en sociaal-emotionele ontwikkeling.
en van oorzaak en gevolg (waar blijft de roltrap als hij wegglijdt?) Vaak legt een kleuter verbanden die niet kloppen. Het hoogtepunt van deze magische periode ligt tussen vier en vijf jaar. Pas als kinderen zes à zeven jaar zijn, kunnen ze het verschil beter maken tussen werkelijkheid en fantasie.
Gedrag bij een puber van 13-16 jaar
Ze ontwikkelen een eigen persoonlijkheid. Ze gaan zich ook losmaken van en afzetten tegen de ouders. Ze kunnen zich ook onzeker voelen en onbegrepen. Voor ouders is het lastig om zich in hen in te leven en hen te begrijpen, maar pubers hebben eigenlijk veel aan hun hoofd.
Zo is één uur voor de meeste veertien- en vijftienjarigen een heel acceptabele tijd en gaan oudere tieners minstens tot twee á drie uur uit (zie tabel). Die tijd wordt doorgaans (47 procent) in overleg met het kind vastgesteld volgens de 'schippermethode': onderhandelen en een beetje water bij de wijn doen.
Voor kinderen van 11 tot 12 jaar is dit tussen 20.30 uur en 21.00 uur. "Maar tussen klasgenootjes onderling zitten soms grote verschillen. Een belangrijke vraag voor oudere kinderen is bijvoorbeeld wie The Voice of Wie Is De Mol mag afkijken", zegt Hilde Tholen, hoofdredacteur van tijdschrift Ouders van Nu.
Op deze leeftijd kan je kind erg snel reageren met bijvoorbeeld computerspelletjes ed. Ook met sporten of ergens in klimmen heeft je kind nu een goed inzicht in zijn/haar snelle handelen. Cognitieve ontwikkeling: Lezen en schrijven gaat nu steeds beter, terwijl rekenen moeilijker begint te lijken.
Een kind van 10 kan zelf goed kijken of het voldoende geld terug krijgt, maar moet ook de weg richting de supermarkt of het winkelcentrum zelfstandig afleggen. Ook is de periode van rond de 10 jaar een goed moment om te starten met zakgeld of voor het openen van een eigen bankrekening.