De juiste stof
Een rok of broek in een stevigere stof stopt je buikje mooi weg. Kies voor jeans of middelmatig dikke stoffen: niet té dun, zodat niet elk klein minpuntje wordt geaccentueerd, maar ook niet té stug, zodanig dat je kleding nog steeds mooi over je lichaam valt. Jeans is ook een goede optie.
Ga op zoek naar t-shirts en blouses die wat qua lengte korter vallen. Langere tuniekjes of langere truien kunnen bij jou doorgaan als jurk, evt. gecombineerd met een legging of skinny broek. Blouses, jurken en t-shirts met 3/4 mouwen komen beter van pas als kleding met lange mouwen.
Schoudervrije jurken brengen wat bredere heupen mooi en balans en heb je een mooi decolleté, laat dit dan ook zien! Als je een heel grote cupmaat hebt, dan kun je deze jurk misschien beter niet dragen, omdat het risico bestaat dat hij een té volumineus effect geeft.
Ook donkerblauw en andere donkere kleuren, kleden af. Lichte kleuren daarentegen accentueren je postuur en zijn dus meer geschikt voor magere mensen. In witte kleren lijk je dikker. Als je (te) zwaar bent, draag dan donkere kleding.
Heb je een klein buikje of een dikke buik? Dan is een high waist jeans perfect om je buikje in te verstoppen. Door de hoge tailleband zijn vetrolletjes of een klein buikje vrijwel onzichtbaar. Heb je een dikkere buik dan zorgt de hoge taille band dat deze veel minder opvalt.
Een broek met verticale strepen laat je langer lijken en dát zorgt ervoor dat je slanker oogt. De horizontale streep doet het tegenovergestelde, dus als je slanker wilt lijken, laat je die lekker links liggen.
Ga juist voor een strakke rok, zoals een pencilskirt. Deze legt het accent op de taille en creëert lengte. Als je klein van stuk bent, vermijd dan grote stoflengtes of volume, zoals de peplum-trend.
Kies dan voor een broek met een hoge taille. Een bootcut, flared, slim of straight model brengt je figuur in balans en laat je benen langer en slanker lijken. Vermijd jeansbroeken die los zitten aan je billen (zoals de boyfriend fit, bijvoorbeeld), want die bezorgen je net het omgekeerde effect.
A-lijn jurkjes hebben de vorm van de letter 'A', deze zijn smal rond de middel en lopen naar beneden breed uit.
Wanneer kleine vrouwen lange jurken met veel stof dragen, krijgen ze nog kortere beentjes. Hoge taille-jurken daarentegen zijn uitermate geschikt voor een klein figuur. Een zwarte broek met daarop een lichtroze shirt. Kleuren die erg met elkaar in contrast zijn, kun je beter mijden.
Naarmate je ouder wordt en je metabolisme vertraagt, neemt de hoeveelheid vet in je lichaam langzaam toe. Dit maakt het lastiger om in vorm te blijven en een platte buik te behouden. Extra gewicht dragen rond de buik – vooral visceraal vet – is slecht voor de gezondheid.
Buikvet ontstaat met name door eenzijdige en/of ongezonde voeding. Denk daarbij aan veel geraffineerde suikers, verzadigde vetten en weinig groentes en vezels. Ook spelen een gebrek aan beweging, onderbroken nachtrust en een teveel aan stress een rol bij het ontstaan van buikvet.
Een buikje of dikke buik ontstaat door overgewicht of een gebrek aan beweging, maar ook hormonen, stress en erfelijke factoren kunnen een oorzaak zijn. Bij vrouwen ontstaat vaak een buikje na de zwangerschap wat er moeilijk of niet af wilt gaan met trainen of diëten.
Tip #1: Eet dit als ontbijt
Een koolhydraatarm, eiwitrijk ontbijt is echter een betere keuze wanneer je buikvet wilt verbranden. Een eiwitrijk ontbijt zorgt er namelijk voor dat je je langer verzadigd voelt. Je hongergevoel wordt langer en sterker onderdrukt, waardoor je minder eet tijdens de volgende maaltijd (30).
Wist je dat wandelen een uitstekende training is om calorieën en vet te verbranden? Wanneer je 45 minuten per dag lekker actief wandelt tast je lichaam in de vetreserves en verbrandt het opgeslagen vet. Wandelen is met name erg effectief om inwendig buikvet (visceraal vet) te verbranden.
Heeft u smalle schouders en een slank bovenlijf, maar zijn uw heupen en bovenbenen wat breder? Dan heeft u een A-figuur, ook wel een peerfiguur genoemd.
Je zelfbeeld houdt zichzelf zo in stand. Zo heb je ook een zelfschema van je lichaam (dik of dun). Dit heb je soms al van heel jongs af aan zo ontwikkeld en hoeft niet overeen te komen met de fysieke werkelijkheid.