Prei: koolsoorten, Oost-Indische kers, schorseneren, selderij, tomaten, uien, wortels.
Wortels plaats je met een gerust hart naast aardbeien, bieslook, bonen, dille, erwten, knoflook, kool, prei, radijs, rammenas, rozemarijn, salie, schorseneren, sla, snijbiet, tomaten, uien en witlof.
De plantafstanden die je best aanhoud zijn 25 cm tussen de rijen en 10 cm tussen de planten (zomerprei) en 45 cm tussen de rijen en 15 cm tussen de planten (herst- en winterprei). De ponsgaten kun je maken met een preiplanter. Een preiplanter zorgt er voor dat het planten zeer snel en moeiteloos gaat.
Prei is lekker met andere groente zoals wortelen, ui, knolselder, enz. Prei is de basis van de groentenkeuken en is zeer geschikt bij graan-, vlees- en visbereidingen. Was de groente grond: er zit meestal zand tussen de bladeren. Daarvoor snij je de wortel onderaan de witte schacht volledig weg.
Oogst na een paar weken en volg de teelt op met winterwortelen en prei of koolrabi met stambonen. Nog zo'n bekende combinatie zijn vroege peentjes met pootuien. Late wortels met prei weert de wortel- en uienvlieg. Stambonen met bieten en bonenkruid houdt de zwarte luis weg bij de jonge bonenplanten.
Aardappels: afrikaantjes, bonen, dille, erwten, knoflook, koolsoorten, munt, oost-indische kers, spinazie, spruiten. Aardbeien: knoflook, peterselie, prei, radijs, sla, spinazie, tijm, tomaten, uien, wortels. Andijvie: koolsoorten, prei, stokbonen, tomaat, venkel.
Bonen naast bloemkool is een goede combinatie. Koolrabi, uien en stambonen naast rode bieten is een goede combinatie.
Daarnaast zijn er ook planten die juist minder goed voor elkaar zijn. Je kunt bijvoorbeeld beter geen wortel en tomaat naast elkaar zetten. Tomaat remt namelijk wortelgroei, wat het geen geschikte combinatieteelt maakt. Zo zie je maar, ook in de tuin heb je “goede en slechte buren”.
Een voorbeeld van een slechte combinatie is tomaat en wortel. Tomatenplanten scheiden een stof af die wortelgroei remt, waardoor worteltjes die ernaast staan minder goed zullen groeien.
Prei houdt van een rijke bodem: vochthoudend maar toch luchtig en een goede structuur. Ze heeft veel voeding nodig, vooral stikstof (voor bladgroei), maar pas op met overbemesten.
Wordt de prei pas in januari – februari geoogst, dan gebruik je in het najaar best een traagwerkende stikstofmeststof. Een najaarsbemesting kan bijvoorbeeld met Sulfammo. Dit is een traagwerkende meststof waarin ook zwavel zit.
Goede buren
Basilicum en tomaten vormen niet alleen op je bord een uitstekende combinatie, ook in de tuin staan ze graag samen. Plant basilicum in de buurt van je tomaten om de smaak te verbeteren en insecten te verjagen. Wat je beter niet doet, is aardappelen en kolen dicht bij je tomaten zetten.
Prei geeft de voorkeur aan rijke, goed doorlatende grond. Ze hebben dagelijks minimaal acht uur fel zonlicht nodig. Veel variëteiten hebben een lange groeiperiode van 120 tot 150 dagen nodig, maar nieuwere soorten hebben soms maar 90 dagen nodig om volwassen te worden.
Goede buren - slechte buren
Erwten, bonen en peultjes houden dus echt niet van knoflook. Maar aardbeien, frambozen, bietjes, worteltjes en tomaten zijn er juist dol op.
Prei kweken we vaak bij minder zonlicht, vaak in de halfschaduw of bij nog minder zon. Veel zonlicht heeft prei niet nodig maar bij iets meer zon groeit prei makkelijker.
Planten. Prei planten kan van mei tot juli.
Je laat de dikste en sterkste planten staan en verplant de andere plantjes op een andere plaats. De afstand tussen planten in een rij moet ongeveer 12 tot 15 centimeter zijn, afhankelijk van de soort prei. De zomer prei wordt in maart gepoot als ze ongeveer 3 à 4 millimeter dik zijn.
Na het oogsten knip je het bovenste gedeelte van het groen af. Graaf 15 cm uit elkaar plantgaten van 15 – 20 cm diepte en zet de planten ieder in een eigen gat. Het gat hoef je niet dicht te maken met aarde, watergeven is nu voldoende. Prei is eigenlijk geen echte beginnersgroente om te kweken.