De belasting die je betaalt in box 3 wordt ook wel vermogensbelasting, vermogensheffing of vermogensrendementsheffing genoemd. Dit is geen zakelijke belasting. Je zakelijke vermogen, zoals het geld op je zakelijke rekeningen, telt niet mee in box 3. Alleen je inkomsten uit privévermogen worden hier belast.
In Box 3 valt het vermogen dat je bezit. De Belastingdienst belast je inkomen in Box 1 en het rendement dat je behaalt met sparen en beleggen in Box 3. De belasting in Box 1 staat los van de belasting in Box 3. De belastingen worden onafhankelijk van elkaar berekend.
Tip! Houd rekening met hoger heffingsvrij vermogen. Het heffingsvrije vermogen in box 3 is in 2023 verhoogd naar € 57.000 (was € 50.650 in 2022). Je betaalt over je vermogen in box 3 dus minder snel belasting.
U hoeft niet al uw bezittingen aan te geven in box 3. Bezittingen die u al hebt aangegeven in box 1 of box 2, geeft u niet meer aan in box 3.
Ook de eigen woning valt in deze box. De hypotheekrente die u heeft betaald, trekt u af van uw inkomen. Het eigenwoningforfait, een percentage van de WOZ-waarde van uw woning, wordt erbij opgeteld. In box 3 belast de overheid vermogen.
Wat u wel en niet als vermogen moet meetellen, is hetzelfde als bij uw belastingaangifte. Spaargeld, aandelen en een vakantiehuis in Nederland of het buitenland tellen bijvoorbeeld mee. Maar het huis waarin u woont en uw auto tellen níét mee als vermogen. Lees meer bij Wat zijn uw bezittingen en schulden?
De waarde van uw bezittingen min uw schulden noemen wij uw vermogen. Het maakt niet uit of u vermogen hebt in Nederland of buiten Nederland.
Het heffingsvrijvermogen is in 2023 € 57.000 per persoon. Dus voor u en uw fiscaal partner samen € 114.000. Grondslag sparen en beleggen: € 350.000 - € 114.000 = € 236.000. U en uw fiscaal partner geven ieder de helft van de grondslag sparen en beleggen op.
Wat is de belastingvrije voet voor spaargeld? Of met andere woorden, hoeveel geld kun je sparen zonder belasting te betalen? In fiscaal jaar 2022 is dit bedrag € 50.650 of € 101.300 voor fiscale partners.Voor 2023 gaat dit bedrag omhoog naar ongeveer € 57.000, of ongeveer € 114.000 voor fiscale partners.
Over uw belastbaar inkomen uit vermogen betaalt u belasting. Wij gaan ervan uit dat u een voordeel hebt uit uw grondslag sparen en beleggen. Over dit voordeel betaalt u vanaf 2023 32% inkomstenbelasting. In 2022 en 2021 is dat 31% inkomstenbelasting.
Er is namelijk een grensbedrag waarvoor een vrijstelling geldt, ook wel het heffingsvrije vermogen genoemd. Dit brengt ons bij de vraag: "Hoeveel spaargeld mag ik hebben in 2024?" Het grensbedrag kan elk jaar veranderen, maar het heffingsvrije vermogen blijft voor 2024 gelijk aan dat van 2023, namelijk €57.000.
De vermogensrendementsheffing is de officiële benaming voor de belasting over je vermogen. De Belastingdienst verwacht dat je met dit vermogen (spaargeld en beleggingen) een bepaald rendement haalt. Over dit (veronderstelde) rendement heft de Belastingdienst in 2023 32% belasting.
Vermogen is de waarde van uw bezittingen minus uw schulden. Hebt u het hele jaar dezelfde fiscale partner? Dan tellen zijn bezittingen en schulden ook mee voor uw vermogen. Ga uit van de waarde van de bezittingen en schulden op 1 januari.
Grondslag sparen & beleggen: € 200.000,- -/- € 50.000,- = € 150.000,- Rendementspercentage: € 5.700,- / € 200.000,- = 2,85% Voordeel uit sparen en beleggen: 2,85% * € 150.000,- = € 4.275,- Te betalen belasting in box 3: € 4.275,- x 31% = € 1.325,-
Over het belastingjaar 2022 geldt een heffingsvrij vermogen van 50.650 euro (voor fiscaal partners is dat 101.300 euro). Dat betekent dat als jouw vermogen op 1 januari 2022 lager is dan dit bedrag, je geen belasting hoeft te betalen over je vermogen.
Je hoeft gelukkig niet over al je spaargeld belasting te betalen, want er geldt een belastingvrije voet. Vanaf 2021 bedraagt die belastingvrije voet € 50.000,- zonder fiscale partner en € 100.000 mét fiscale partner.
Dit jaar, in 2022, kun je €50.650 belastingvrij sparen (€650 meer dan in 2021). Dat gaat dus om het heffingsvrije vermogen zonder partner. Het is goed om te weten dat het bedrag dat je belastingvrij mag sparen aanzienlijk is gestegen ten opzichte van €30.846 in 2020.
Loon- en inkomstenbelasting
In 2023 wordt het basistarief van 37,07% verlaagd met 0,14 procentpunt naar 36,93%. Het basistarief geldt in 2023 voor een inkomen tot en met € 73.031.
Het Nibud adviseert om 10% van je netto inkomen te sparen. Je hoeft niet elke maand 10% opzij te zetten. Het kan de ene keer wat meer en de andere keer wat minder zijn. Als je maar wel gemiddeld aan 10% komt.
Voor de Belastingdienst is vermogen dat wat u overhoudt als u schulden aftrekt van bezittingen. Dus: bezittingen minus schulden = vermogen. Het gaat dan om spaargeld, belegd geld en onroerend goed waarin u niet zelf woont (vastgoed) zoals een tweede huis of een beleggingspand.
Zwart werken is niet helemaal illegaal. Je moet het dan wel aangeven bij de belastingdienst. Hoeveel mag je precies verdienen met zwart werken? Het bedrag dat je met zwart werken mag verdienen in 2023 is maximaal €8.520 per jaar.
De heffingsvrije grens voor belastingvrij sparen bedraagt 57.000 euro per persoon. Fiscaal partners hebben samen recht op een heffingsvrije grens van 114.000 euro. In 2022 was dit nog 50.650 euro per persoon of dus 101.300 euro voor fiscaal partners.
Vermogen is bijvoorbeeld spaargeld, dure sieraden of een auto. Als u alleen woont geldt een maximumbedrag van € 7.605, en als u met uw partner of met een kind (jonger dan 18 jaar) woont € 15.210 (bedragen voor 2023).
U kunt in 2023 zorgtoeslag krijgen als uw vermogen op 1 januari 2023 niet hoger is dan € 127.582. Hebt u een toeslagpartner? Dan mag het vermogen op 1 januari 2023 van u samen maximaal € 161.329 zijn.