Tekstuele analyse is een overkoepelende term voor verschillende onderzoeksmethoden die worden gebruikt om teksten te beschrijven, interpreteren en te begrijpen. Er zijn veel soorten informatie die je kunt afleiden uit een tekst.
Tekstanalyse is het op gestructureerde wijze analyseren van tekst en context. Het is een werkwijze die in de taalkunde specifiek gevolgd kan worden bij het begrijpend lezen van een tekst en het doorgronden van de betekenis ervan.
Je maakt duidelijk onderscheid tussen hoofd- en bijzaken, tussen symptomen en oorzaken, tussen feiten en opvattingen. Je bepaalt eerst de hoofdlijnen en detailleert later. Je ziet snel verbanden, relaties en overeenkomsten. Je ziet trends en patronen in ogenschijnlijk losstaande gegevens.
Tekstuele bronnen Dit zijn bronnen die uit teksten bestaan, tekstuele bronnen zijn onder te verdelen in 3 soorten: Literaire of verhalende teksten = Kronieken, traktaten, egodocumenten, romans, gedichten, etc.
De statistische wetenschap heeft een aantal technieken ontwikkeld voor data-analyse zoals de regressieanalyse, de T-toets, de variantieanalyse, de Chi-kwadraattoets, de correlatieanalyse, de clusteranalyse, de factoranalyse, de discriminantanalyse, de cohortanalyse en de time series-analyse.
Analyseren is het proberen te begrijpen van een probleem, situatie of vraagstuk door het grondig te onderzoeken en te ontleden.
Een probleemanalyse bestaat uit het signaleren van een probleem, het opsporen van de oorzaken, het scheiden van de hoofd- en bijzaken en verbanden leggen tussen de verschillende problemen. Een probleemanalyse kijkt dus echt naar het probleem zelf en (nog) niet naar de oplossing ervan.
Laat een data analyse doen voordat je een belangrijke beslissing neemt. Je beslist dan op basis van feiten en inzichten. Daarmee voorkomen je ongefundeerde beslissingen en eventuele problemen. Ook helpt een data analyse technische issues bloot te leggen, zodat je ze gericht kunt aanpakken.
De meeste teksten hebben de indeling: inleiding, kern en slot. De inleiding en het slot bestaan meestal beide uit maar één alinea. De kern bestaat daarentegen uit een aantal alinea's. In de alinea's worden alle deelonderwerpen besproken.
Hoe herken je structuur in de tekst? Lees de paragraaftitels, de eerste zinnen van de belangrijkste paragrafen en tussenkopjes. Deze vertellen waar de tekstdelen over gaan en meestal is dat voldoende om de belangrijkste ideeën te begrijpen. Let op signaalwoorden waarmee de auteur de structuur en gedachtegang aangeeft.
Wie, wat, waar, wanneer, waarom? Er zijn een aantal vragen die je kunnen helpen bij het maken van de probleemanalyse voor je scriptie, de zogenoemde 6W-vragen (Verhoeven, 2007). Deze vragen zijn een leidraad, niet alle vragen zijn even relevant voor jouw probleem.
Je kunt starten met de 6W methode van Nel Verhoeven. Wat, Wie, Wanneer, Waarom, Waar en Waardoor? Zorg dat je denkt vanuit je opleiding / professie. Wat heb je allemaal geleerd tijdens de opleiding?
Onderzoek kan worden onderverdeeld in drie verschillende categorieën: verkennend, beschrijvend en causaal. Elk type onderzoek heeft een ander doel en kan alleen op bepaalde manieren worden gebruikt.
Voor antwoorden op complexere vragen zul je moeten analyseren, door verschillende gegevens te combineren en te interpreteren. Het interpreteren van gegevens en kennis om te komen tot antwoorden noemen we de analyse.
Een meta-analyse is een onderzoek naar al bestaande studies over een bepaald onderwerp. Het is een kwantitatieve of statistische onderzoeksmethode. Bij dit type analyse vergelijk je de resultaten van diverse onderzoeken (primaire studies) om je eigen hoofdvraag te beantwoorden.
WAT? Leerlingen leren oog krijgen voor de inherente beperkingen van bronnen en hoe die historische beeldvorming beïnvloeden: ze zijn vernietigd, raken zoek of beschadigd, zijn onvolledig en bevatten een perspectief. Bronnen bieden dus altijd maar een partieel beeld.
Als je een verslag schrijft maak je gebruik van informatie uit boeken, tijdschriften en websites. Elke bron die je gebruikt moet je duidelijk vermelden. Het is daarom belangrijk alle gegevens van de bronnen die je gebruikt goed bij te houden. Je maakt duidelijk wat je eigen ideeën zijn en welke van iemand anders.
Betrouwbare bronnen zijn vaak transparant. Een voorbeeld is dat er adres- en contactgegevens op de website staan. Of ze vermelden namen van klanten of samenwerkingsverbanden. Vaak zie je ook dat deze bronnen open staan voor commentaren op de informatie die ze publiceren.