Een magneet is een voorwerp dat ijzer, nikkel, kobalt en andere magnetische metalen aantrekt. Hoe een magneet of magnetisme nou precies werkt is best lastig om uit te leggen. Eigenlijk zijn alle materialen om ons heen (licht) magnetisch. Alle materialen hebben namelijk een magnetisch veld.
Magneten hebben twee polen: een noordpool en een zuidpool. De twee verschillende polen trekken elkaar aan, terwijl twee dezelfde polen elkaar juist afstoten.De kracht tussen de twee polen komt van het magnetisch veld dat magneten opwekken.
Magnetische materialen zijn onder meer ijzer, nikkel en kobalt. Zij bestaan uit magnetische atomen, die hun magnetische eigenschap ontlenen aan twee valentie-elektronen met een parallelle spin.
Om een magneet te maken heb je een stroombron (batterij), geleider (koperdraad) en een stuk metaal (spijker) nodig. Doordat de koperdraad in één richting loopt, gaat de stroom van de batterij ook in één richting. Hierdoor ontstaat een magnetisch veld om de spijker heen.
Magneten trekken slechts bepaalde voorwerpen aan. Dingen die zijn gemaakt zijn van bepaalde metalen (nikkel, ijzer, kobalt c.q. legeringen van deze metalen), trekken met hun aantrekkings- kracht dingen aan. Dingen die zijn gemaakt van hout, stof of plastic, trekken geen magneten aan.
Een magneet heeft een noord- en een zuidpool. De magnetische kracht is bij deze polen het sterkst. Als je twee magneten hebt en je houdt twee gelijke polen tegen elkaar dan zullen ze elkaar afstoten. Maar als je twee verschillende polen tegen elkaar houdt dan trekken ze elkaar juist aan.
Neodymium magneten, ferriet magneten, magneetband en magneetfolies behouden hun magnetisme onder normale omstandigheden vrijwel onbeperkt lang. Invloeden zoals temperatuur, schokken of magneetvelden kunnen echter een negatieve uitwerking op de houdkracht van een magneet hebben.
Onder normale omstandigheden behouden onze magneten hun kracht dus vrijwel onbeperkt. Er zijn echter enkele invloeden van buitenaf die het magnetisme van onze permanente magneten kunnen beïnvloeden. Magneten zijn bijvoorbeeld gevoelig voor hitte.
William Gilbert (Colchester, 24 mei 1544 – Londen, 30 november 1603), ook bekend als Gilberd, was een Engelse arts en natuurfilosoof.
Kleine magneetjes hebben maar heel weinig tesla. Een deurmagneetje is ongeveer 0,5 T sterk. Dit is een permanente magneet: het materiaal is altijd magnetisch. Het aardmagnetisch veld is tienduizend keer minder sterk: 0,00005 T.
Natuurlijke magneten zijn stoffen die van nature al magnetisch zijn. Magnetiet is het meest rijk aan ijzer en is zo genoemd omdat het sterk magnetisch is. We vinden ze terug bijv. in Klein-Azië (Magnesia) in de vorm van ijzererts.
Er zijn verschillende soorten magneten, waaronder permanente magneten, elektromagneten, samarium-kobaltmagneten, neodymiummagneten en alnico-magneten. Permanente magneten zijn het meest bekend en worden gebruikt in veel alledaagse toepassingen, zoals magneetborden, speelgoed en in de medische industrie.
De elektromagnetische kracht is de kracht die elektrische geladen deeltjes "voelen" door elektromagnetische velden. Het is een van de vier fundamentele natuurkrachten, naast zwaartekracht, sterke kernkracht en zwakke kernkracht. De elektromagnetische kracht zorgt ervoor dat elektronen om de kernen van atomen draaien.
Kan zo'n magneet werking van je telefoon beïnvloeden? Nee, zegt Wokke. 'Het telefoonsignaal, 4G, Wi-Fi, NFC, GPS en bluetooth worden niet beïnvloed door de magneet. De antennes hiervoor zitten meestal aan de onder- of bovenkant en zo'n sticker plak je meestal in het midden van je telefoon.
Magnetisme wordt veroorzaakt door het feit dat elektronen elkaar afstoten en daardoor een lading aan een object kunnen geven. Magneten hebben twee polen, de noordpool en de zuidpool. De noordpool wordt aangetrokken door de zuidpool.
IJzer , kobalt, chroom en nikkel zijn metalen die op zich allemaal magnetisch aangetrokken worden.
Er zijn slechts een beperkt aantal elementen die ferromagnetische eigenschappen bezitten. De meest bekende zijn ijzer, kobalt en nikkel. In deze materialen zijn microscopisch kleine gebiedjes, zogenaamde gebieden van Weiss, magnetisch waarbij de richting willekeurig is.
Het 250 miljoen kostende laboratorium wordt onder de grond gebouwd en heet het Indian Neutrino Observatorium. In het observatorium komt een gigantische magneet, gemaakt van 50.000 ton gemagnetiseerd ijzer. Deze magneet is vier keer zwaarder dan de 12.500 ton magneet van CERN in Genève.
Minder dure metalen zoals ijzer en nikkel worden aangetrokken door een magneet. Als een sieraad wordt aangetrokken door een magneet is de kans groot dat een van die metalen er in zit. Goud en zilver worden niet aangetrokken door een magneet.
Deze magnetische domeinen gedragen zich als heel kleine magneetjes, en vormen samen de magneet. Als je een magneet doormidden breekt, doorbreek je als het ware een keten van kleinere magneetjes. Daardoor heb je aan alle uiteinden nog steeds een noordpool of een zuidpool, en krijg je dus twee nieuwe magneten.
Sterke afkoeling (bijv. in vloeibaar stikstof) schaadt de neodymium magneten niet. Ferriet magneten verliezen echter beneden -40 °C een gedeelte van hun magnetisering, magneetband en magneetfolie reeds beneden -20 °C.
Normale neodymium magneten zijn erg gevoelig voor roest, waardoor we ze niet voor toepassingen buiten aanraden. Uitstekend geschikt zijn echter waterdichte neodymium magneten en ferriet magneten. Ook magneetband en -folie kan met bepaalde beperkingen in een buitenomgeving worden gebruikt.
Een dunne plaat trekt de magneet minder goed aan. Ook het soort metaal is van invloed. Plaats een magneet zoveel mogelijk rechtstreeks op een metalen oppervlak zonder materiaal ertussen. Zelfs een laagje verf kan voor een vermindering van de houdkracht zorgen.
Een magneetgraad is een goede maatstaf voor de sterkte van een magneet. Over het algemeen geven hogere getallen een sterkere magneet aan. Het getal komt van een feitelijke materiaaleigenschap, het Maximale Energieproduct van het magneetmateriaal, uitgedrukt in MGOe (Mega Gauss Oersteds).