VSO staat voor 'voortgezet speciaal onderwijs', PRO voor 'praktijkonderwijs' en LWOO voor 'leerwegondersteunend onderwijs'.
Leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) wordt gegeven op een reguliere vmbo-school en leidt op voor een gewoon vmbo-diploma dat toegang geeft tot het mbo (middelbaar beroepsonderwijs). Wel krijgen leerlingen met een lwoo-indicatie les in kleinere klassen (rond de 15 leerlingen) waar ze meer aandacht kunnen krijgen.
Sinds 1 januari 2016 valt leerwegondersteunend onderwijs (lwoo), net als praktijkonderwijs (pro) onder de verantwoordelijkheid van de samenwerkingsverbanden voortgezet onderwijs.
Het leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) is er voor vmbo-leerlingen die extra hulp nodig hebben bij het behalen van hun diploma. Een deel van de scholen voor voorbereidend beroepsonderwijs (vmbo) geven deze vorm van onderwijs. De school beslist of uw kind in aanmerking komt voor lwoo.
Leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) is bedoeld voor leerlingen die voldoende capaciteiten hebben om een vmbo-diploma te halen, maar daar extra begeleiding bij nodig hebben. Tot op heden heeft er geen wetenschappelijk onderzoek plaatsgevonden naar een effectieve aanpak van leerachterstanden in het lwoo.
Er is een groot verschil tussen Pro en VSO. Pro is een schoolsoort. VSO is een vorm van ondersteuning. Toelating tot Pro gebeurt op basis van leerniveau en basisschooladvies zoals in de andere schoolsoorten zoals VMBO, Havo en VWO.
Een leerling komt in aanmerking voor vmbo met lwoo als de leerachterstand groter is dan anderhalf jaar en voor praktijkonderwijs als de leerachterstand groter is dan drie jaar en als de basisschool een onderbouwing geeft voor deze leerachterstanden.
Praktijkonderwijs (afgekort PRO) is een opleiding binnen het voortgezet onderwijs (VO) waar je individueel en vooral praktisch les krijgt. PRO is echt een opleiding voor doeners. Op het praktijkonderwijs kun je branche-certificaten halen en je ontvangt ook een einddiploma.
Het Praktijkonderwijs (PRO) is bedoeld voor leerlingen die niet in staat zijn om een schooldiploma vmbo te halen. Zij moeten een verwijzing hebben en kunnen tot ongeveer 18 jaar Praktijkonderwijs volgen.
Er zijn verschillende soorten speciaal (basis)onderwijs. Er zijn bijvoorbeeld scholen die speciaal onderwijs (SO) bieden aan leerlingen die zeer moeilijk leren, deze leerlingen hebben vaak een IQ onder de 70. Er zijn ook scholen die speciaal onderwijs bieden aan kinderen met een lichamelijke of meervoudige beperking.
Speciaal basisonderwijs (SBO)
Het speciaal basisonderwijs is voor kinderen die het niet redden op een gewone school. Het gaat vaak om kinderen met leerproblemen of gedragsproblemen, zoals ADHD, dyslexie, autisme of kinderen die moeite hebben met leren.
Passend onderwijs betekent dat alle kinderen een plek krijgen op een school die past ze past. Ook als zij extra ondersteuning nodig hebben. Daarvoor werken scholen in een regio of stad samen in een samenwerkingsverband. De ondersteuning die een school biedt staat in het ondersteuningsprofiel van de school.
VMBO GT (Gemengde en Theoretische Leerweg) Heb je al eens gedacht aan vmbo-gt? Het VMBO bereidt je voor op een baan als zelfstandige specialist in een uitvoerend beroep. Dat is heel wat, dus daar moet je heel wat voor kunnen en leren en dat gaan wij samen met jou doen.
Vmbo-tl, de theoretische leerweg (mavo); Deze leerweg is het beste te vergelijken met de oude mavo. Met een diploma van de theoretische leerweg kan een leerling naar een mbo niveau 3 of mbo niveau 4 opleiding. Vanuit vmbo-tl kunnen leerlingen, met het juiste vakkenpakket doorstromen naar het havo.
Het Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs (vmbo) is een vierjarige beroepsgerichte opleiding. Het vmbo bestaat uit vier leerwegen/niveaus: de theoretische leerweg/mavo (tl), de gemengde leerweg (gl), de kaderberoepsgerichte leerweg (kbl) en de basisberoepsgerichte leerweg (bbl).
Onderwijs dat voorbereidt op het middelbaar beroepsonderwijs. Het is bestemd voor leerlingen van 12 tot 17 jaar en heeft een duur van vier jaar. In het laatste jaar kon op verschillende niveaus examen worden gedaan.
Het speciaal onderwijs is niet verdwenen met de komst van passend onderwijs. Ook na de invoering van passend onderwijs zijn er leerlingen voor wie een plaats op een speciale school de beste onderwijsplek is. In het voortgezet onderwijs zijn er twee vormen: voortgezet speciaal onderwijs (vso) en praktijkonderwijs (pro).
Jouw kind komt in aanmerking voor het praktijkonderwijs als: Het IQ tussen de 55 en 80 ligt, En er een leerachterstand is van drie jaar of meer op twee van de volgende domeinen: inzichtelijk rekenen, begrijpend lezen, technisch lezen en spellen.
Veruit de meeste leerlingen die vanuit het praktijkonderwijs een vervolgopleiding doen gaan naar het mbo. Zij komen op mbo-niveau 1 en 2 terecht. De andere helft stroomt regelrecht door naar de arbeidsmarkt. Soms hebben ze vanuit hun stage een werkplek gekregen.
Praktijkonderwijs bereidt leerlingen zo goed mogelijk voor op de maatschappij. Alle leerlingen volgen een eigen ontwikkelplan. Leren, werken, redzaamheid, burgerschap en vrije tijd zijn daarbij belangrijke aspecten. Meestal duurt de opleiding 5 jaar.
Het Praktijkonderwijs richt zich met name op het voorbereiden op voor de leerlingen belangrijke thema's: wonen, werken, burgerschap, leren en vrije tijd. Leerlingen leren binnen deze thema's zo goed en zo zelfstandig mogelijk te functioneren binnen de school en in de maatschappij.
Het laagste niveau is praktijkonderwijs. Dit is bedoeld voor kinderen met een IQ onder de 80. Er staat voor dit onderwijs niet een bepaald aantal jaren. Je kan dit onderwijs volgen tot je achttiende jaar.
Bij de proef kunnen de leerlingen programma van pro / vmbo BB volgen. het is hoogste niveau van het praktijkonderwijs en laagste niveau van vmbo. Tijdens het vijf jaar durende praktijkonderwijs wordt de leerling via stages, theorie- en praktijkvakken toegeleid naar arbeid of naar arbeid en aanvullende scholing.