Als de hypofyse onvoldoende hormonen maakt, dan spreken we van hypopituïtarisme. Als de hypofyse helemaal geen hormonen meer maakt, noemen we dat panhypopituïtarisme.
Aandoeningen van de hypofyse kunnen leiden tot te veel of te weinig productie van bepaalde hypofysehormonen. Overmaat aan hypofysehormonen wordt meestal veroorzaakt door een gezwel (adenoom) in de hypofyse. De meeste hypofyse adenomen ontwikkelen zich langzaam (loop der jaren), en zijn vrijwel altijd goedaardig.
Zoals elke klier maakt de hypofyse hormonen en geeft die af aan het bloed. De hormonen die door de hypofyse worden gemaakt, doen vervolgens hun werk elders in het lichaam: ze stimuleren andere klieren om ook hormonen te maken.
Een tumor in de hypofyse is bijna altijd goedaardig. Zo'n goedaardige hypofysetumor heet een adenoom. Als een hypofysetumor groeit en op de weefsels er omheen drukt of de aanmaak van hormonen verstoort, kan dit zorgen voor klachten en ziektes.
De hypofyse maakt hormonen die andere klieren aanstuurt tot het maken van hormonen. Daarnaast maakt de hypofyse ook hormonen die zelf een effect hebben op het lichaam.
De resultaten tonen aan dat de hypofyse zichzelf kan herstellen - zelfs op volwassen leeftijd, kadert Vankelecom: “Bij beschadigingen van de hypofyse net na de geboorte gaat herstel nog vlot, want alles is nog heel plastisch.
Als uw hypofyse niet meer (goed) werkt, kunnen we u behandelen met de hormonen die het eindorgaan aanmaakt. Dus met schildklier-, bijnierschors- of geslachtshormonen. Hebt u een tekort aan groeihormoon, dan kunnen we u groeihormoon per injectie geven. ADH kunt u als tablet krijgen als u hier een tekort van hebt.
De hypofyse stuurt de werking van een aantal hormoonproducerende klieren aan zoals de bijnieren en de schildklier, bij vrouwen de eierstokken en bij mannen de zaadballen.
De hypofyse maakt ook hormonen aan die de hormoonvorming in andere klieren en organen in het lichaam regelen: Thyroïd stimulerend hormoon (TSH): stimuleert de schildklier tot het aanmaken van schildklierhormoon (thyroxine)
De hypofyse wordt in de vierde week van de embryonale ontwikkeling aangelegd. De hypofyse is opgebouwd uit twee verschillende cellagen die tijdens de ontwikkeling bij elkaar komen en uiteindelijk één geheel vormen.
De hypofyse en de hypothalamus registreren voortdurend of er meer of minder schildklierhormoon nodig is. Wanneer de schildklierhormoonspiegel hierom vraagt scheiden ze TRH en TSH af (+).
Een hypofysetumor groeit langzaam en de klachten ontstaan vaak geleidelijk. De tumor kan zo ongemerkt groot worden. Er zijn grofweg twee soorten hypofysetumoren. Een klein deel van de hypofysetumoren produceert zelf hormonen, die klachten veroorzaken.
Er zijn verschillende hypofysehormonen: Bijnierschorsstimulerend hormoon (ACTH)De geslachtsklierstimulerende hormonen (LH) (FSH)Schildklier stimulerend hormoon (TSH)
Hoe vaak komt het voor? Niet-functionerende hypofysetumoren komen heel weinig voor. Elk jaar krijgen ongeveer 100 mensen in Nederland te horen dat ze dit type hypofysetumor hebben.
De endocrinoloog voert een aantal onderzoeken uit: Bloedonderzoek: we nemen bloed af om de verschillende hormoonspiegels in uw bloed te bepalen. Mri-scan: we maken een scan van uw hersenen om vast te stellen of u een tumor hebt. Oogonderzoek: hiermee onderzoeken we hoe veel zicht u hebt.
Wanneer de hoeveelheid cortisol in het lichaam plotseling razendsnel daalt, kan iemand in korte tijd zeer ziek worden. Dat noemen we een Addison- of een bijniercrisis. Het gaat samen met overgeven, diarree, lage bloeddruk, buik- en rugpijn, uitdrogingsverschijnselen, welke kunnen leiden tot een coma.
Bij een hersenschudding bijvoorbeeld door een verkeersongeluk of een sportongeval, kan zowel de hypofyse als de hypofysesteel beschadigd raken. Eén van de eerste hormonen die bij beschadiging van de hypofyse uitvalt, is groeihormoon.
Te veel cortisol kan leiden tot verhoogde bloeddruk, overgewicht, verhoogde bloedsuiker, dunnere huid, regelmatig blauwe plekken, verlies van spierkracht en spiervolume en osteoporose. Een bol gelaat en een vetbult tussen de schouderbladen en striae behoren tot de klassieke uiterlijke kenmerken.
De hypothalamus is een belangrijk centrum voor de temperatuurregulatie van het lichaam, het honger- en dorstgevoel, het dag- en nachtritme (de biologische klok), het emotioneel gedrag en het geheugen. Samen met de hypofyse regelt de hypothalamus onder meer ons eetgedrag, onze temperatuur en vochtbalans.
Als de functies van uw hypofyse verstoord zijn, noemen we dat hypofyse-uitval of hypopituïtarisme. U kunt gedeelteijk uitval (partieel hypopituïtarisme) hebben of complete uitval (panhypopituïtarisme). Als een hypofysehormoon uitvalt, wordt het vervolghormoon ook niet aangemaakt.
Van de MRI-scan zelf merk je niets. Het enige vervelende is dat het apparaat veel lawaai maakt. Daarvoor krijg je oordoppen. Het hele onderzoek duurt ongeveer twintig minuten.
Het syndroom van Cushing is een aandoening waarbij een of beide bijnieren te veel cortisol aanmaken. Het syndroom is zeldzaam: het komt voor bij 1 à 10 per miljoen inwoners per jaar. Als de oorzaak van het syndroom in de hypofyse ligt (hypofysegezwel), spreken we specifiek van de ziekte van Cushing.
Over endocrinologie
Endocrinologie houdt zich bezig met de klieren die hormonen uitscheiden in de bloedbaan. Hormonen zijn signaalstoffen die de functie van andere organen beïnvloeden. Endocriene ziekten zijn het gevolg van een tekort of een teveel aan hormonen.