Wat is Hyperlaxiteit? Hyperlaxiteit of
De oorzaak van hypermobiliteit is een afwijking in het bindweefsel (collageen) van de gewrichtsbanden en pezen waardoor die niet genoeg stevigheid bieden. De spieren moeten deze functie gedeeltelijk overnemen en raken daardoor ook overbelast, met als gevolg pijn en vermoeidheid.
Hypermobiliteit kan, zoals eerder genoemd, in sommige sporten een voordeel geven. Naast sporten waarbij deze lenigheid duidelijk zichtbaar is (turnen, ballet), zijn er bijvoorbeeld ook voordelen voor zwemmers bij de vlinderslag en een werper bij honkbal.
Mensen met het hypermobiliteitssyndroom kunnen een heel scala aan klachten hebben. De meest voorkomende zijn naast hypermobiliteit, pijn (sub)luxaties en vermoeidheid. Ook is bekend dat mensen met HMS problemen hebben met de propriocepsis (spiergevoel, gewrichtsgevoel) rond de gewrichten.
Sneller blessures. Je loopt met hypermobiliteit wat meer kans op 'verstuikte' gewrichten tijdens het sporten dan mensen zonder hypermobiliteit. Ook je schouder schiet wat sneller 'uit de kom' of je knieschijf gaat wat sneller van zijn plaats. Je krijgt ook eerder klachten bij activiteiten die je vaak herhaalt.
Pijn negeren en door blijven gaan is echter ook niet goed. De spieren blijven overbelast en zullen daardoor ook pijn blijven doen. Ook zullen de spieren zo overbelast zijn dat ze de bewegingen niet goed kunnen coördineren en je gewrichtspijn erger kan worden.
Omdat hypermobiliteit een aangeboren aandoening is kan het niet worden genezen. Wel zijn er behandelingen mogelijk om klachten te beperkten en te leren hoe het beste met de klachten om te gaan.
Bij vermoeden van HMS zal uw huisarts u meestal doorverwijzen naar een reumatoloog. Met een scan of een röntgenfoto kan deze lichamelijke afwijking niet aangetoond worden. De specialist zal dus een diagnose moeten stellen op basis van een uitgebreid lichamelijk onderzoek.
Zelf kunt u niet veel doen tegen hypermobiliteit. Mocht u klachten ervaren, dan kunt u uw spieren gaan versterken, zodat deze de functie van de gewrichtsbanden deels gaan overnemen. Hierdoor wordt het gewricht stabieler. Dit kan bijvoorbeeld door te gaan fitnessen.
Dan kan het zijn dat je hypermobiel bent. Je hebt dan heel soepel bindweefsel en bent overmatig beweeglijk. De pezen, gewrichtsbanden, kraakbeen, bot en tussenwervelschijven zijn zwakker en rekbaarder. Doordat de banden om de gewrichten langer zijn dan “normaal” is de bewegingsuitslag van de gewrichten extra groot.
Symptomen van zwak bindweefsel zijn: Vaker last van pijn in spieren, pezen en gewrichten. Hypermobiliteit. Striae.
Gewrichten worden minder stijf wanneer u in beweging blijft. Wanneer u langere tijd stilzit in huis of op uw werk, is het van belang om korte pauzes te nemen en even te bewegen. Daarnaast is het goed om te doen aan bewegingsvormen waarin veelzijdig wordt bewogen met lage intensiteit zoals wandelen, fietsen of zwemmen.
Kinderen zijn over het algemeen vrij flexibel, maar als ze hun knieën of ellebogen ver kunnen overstrekken, met gestrekte benen hun handen plat op de grond kunnen leggen, hun duim tegen hun pols aan kunnen leggen of vingers meer dan negentig graden kunnen doorstrekken, dan is er mogelijk sprake van hypermobiliteit.
Meestal stelt een kinderarts de diagnose EDS op basis van de combinatie van de typische kenmerken, waaronder in ieder geval gewrichtshypermobiliteit en zachte, kwetsbare en overrekbare huid. Deze kenmerken zijn altijd aanwezig, maar er is grote variatie in aanwezigheid van andere symptomen per kind en type EDS.
Bij bindweefsel- of systeemziekten treden gewrichtsontstekingen op. Maar ook ogen, bloedvaten, huid en interne organen kunnen ontstoken raken. Voorbeelden van systeemziekten zijn reumatoïde artritis, ziekte van Sjögren en sclerodermie.
Klachten zijn plaatselijke spierpijn in het lichaam, veel in de rug of schouders. Soms is er een afgeleide pijn, dus in de buurt van de zere plek. En soms kun je zelfs 'spierknopen' voelen, veel in de bovenrug.
De ziekte van Bechterew begint met pijn en stijfheid, vooral laag in de rug. Na de rugwervels raken ook de gewrichten van schouder, heup en knieën ontstoken. Patiënten met de ziekte van Bechterew zijn vaak moe. In een latere fase kunnen ook de ogen, hart en andere organen ontstoken raken.
Het syndroom van Marfan is een erfelijke aandoening waarbij je lichaam niet goed bindweefsel aanmaakt. Door het syndroom wordt het bindweefsel zwakker en kan het makkelijk kapot gaan. In het hart kan daardoor de aorta wijder worden of de hartklep gaan lekken.
Bij artrose verandert het kraakbeen in een gewricht. Klachten zijn pijn en stijfheid in het gewricht, vooral bij het opstaan. Artrose ontstaat meestal in de heup, knie of duim.
Doordat EDS bestaat uit dertien subtypes, zijn de verschillen in symptomen van patiënt tot patiënt aanzienlijk. Hoofdkenmerken zijn: hypermobiliteit, rekbare zachte huid, bindweefselzwakte, snel blauwe plekken en vertraagde wondgenezing. Door deze kenmerken zijn pijn en vermoeidheid veelgehoorde klachten.
Maar wat is nu hypomobiliteit? Hypomobiliteit is in feite het tegenovergestelde van hypermobiliteit. Wanneer iemand hypomobiel is zijn gewrichten zo stijf dat degene geen 'normale' Range of Motion (ROM) heeft.
Door DNA onderzoek te doen wordt meestal duidelijk dat het om het marfansyndroom gaat.
Hoe lang die gewrichtsbanden zijn is ook van invloed op je lenigheid en dit is, net als bij de vorm van je gewrichten, niet te trainen. Daarnaast is de structuur van dit bindweefsel bij iedereen anders. Bij de ene persoon is dit bindweefsel wat 'zachter' en soepeler, bij de ander is het wat vezeliger en stijver.
Bekkeninstabiliteit houdt in dat de banden die de botten van uw bekken bij elkaar houden verzwakt zijn. Dit leidt tot pijn rond het bekken, de onderrug en de heupen. Het komt vooral voor tijdens de zwangerschap. 50 tot 60 procent van de zwangere vrouwen krijgt te maken met bekkeninstabiliteit klachten.