Het voortgezet onderwijs omvat het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo), het hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo), het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) en het praktijkonderwijs.
voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo), inclusief leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) (vierjarige opleiding, van 12 tot 16) hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo) (vijfjarige opleiding, van 12 tot 17) voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo) (zesjarige opleiding, van 12 tot 18)
Het voortgezet onderwijs heeft zes verschillende niveaus: vwo, havo, vmbo-t (mavo), vmbo basis, vmbo kader en praktijkonderwijs. Het schooladvies in groep 8 bepaalt op welke niveau de leerling instroomt in het voortgezet onderwijs.
Het zijn allemaal theoretische richtingen, maar bij het vmbo zijn de opdrachten praktijkgerichter dan op het vwo, de meest 'abstracte' richting. Daarnaast verschilt het aantal jaar dat het programma duurt: vmbo vier jaar, havo vijf jaar en vwo zes jaar.
Vwo (Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs): VWO is het hoogste niveau in het voortgezet onderwijs en biedt leerlingen een breed theoretisch curriculum, inclusief atheneum en gymnasium.
Het vwo is niet veel moeilijker dan havo
De meerderheid vindt het vwo niet veel moeilijker dan de havo, al neemt de moeilijkheidsgraad wel iets toe naarmate je verder komt. Er wordt dieper op de stof ingegaan en je hebt meer inzicht nodig, ondervond Hugo.
Laag: Dit omvat onderwijs op het niveau van basisonderwijs, het vmbo, de eerste 3 leerjaren van havo/vwo of de assistentenopleiding (mbo-1). Middelbaar: Dit omvat de bovenbouw van havo/vwo, de basisberoepsopleiding (mbo-2), de vakopleiding (mbo-3) en de middenkader- en specialistenopleidingen (mbo-4).
Per 1 augustus 2020 kunnen vmbo'ers en havisten doorstromen naar havo of vwo. Dit is geregeld in een nieuwe wet en een besluit doorstroomrecht. Vmbo'ers die zijn geslaagd voor hun eindexamen vmbo-gl of -tl met een extra vak, moeten worden toegelaten tot de havo.
Het vwo bestaat uit twee opleidingen: het gymnasium en het atheneum. Beide opleidingen hebben hetzelfde niveau, duren allebei zes jaar en bereiden je voor op het wetenschappelijk onderwijs (WO), de universiteit. Het belangrijkste verschil tussen de twee opleidingen is dat je op het gymnasium Grieks en Latijn leert.
Met een vwo diploma kan je veel HBO opleidingen versnelt doen, dit geeft je een jaar extra speling mocht de hbo studie toch niet zo soepel verlopen. ik denk dat in je carriere later niet wordt gekeken naar je voor opleiding. er zijn er genoeg die via vmbo-mbo-hbo hun hbo diploma halen.
Vwo-leerlingen volgen meer vakken en meer onderwerpen per vak. Dit komt vooral tot uiting in de bovenbouw. In de onderbouw zijn de inhoudelijke verschillen klein en bestaat er een grote overlap in de tussendoelen voor havo en vwo.
Het voortgezet onderwijs omvat het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo), het hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo), het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) en het praktijkonderwijs.
Het hoger beroepsonderwijs (hbo) is het middelste niveau. Een hbo-opleiding leidt mensen op voor hogere functies bij de overheid of in het bedrijfsleven, zoals verpleegkundige, accountant of bouwkundig ingenieur. Hbo-opleidingen volg je aan een hogeschool. Het wetenschappelijk onderwijs (wo) is het hoogste niveau.
Vmbo. Grofweg 60% van alles basisschoolleerlingen gaan uiteindelijk een voortgezet middelbaar beroepsonderwijs niveau volgen, ook wel vmbo. Dit niveau duurt 4 jaar en met het diploma kan de leerling verder naar het hoger algemeen voorbereidend onderwijs (havo) of het middelbaar beroepsonderwijs (mbo).
Binnen het VMBO is de theoretische leerweg het hoogste niveau.
Het Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs, afgekort tot VWO, duurt 6 jaar en wordt gevolgd door kinderen in de leeftijd van 12-18 jaar.
Na de havo of het vwo kunnen leerlingen van een middelbare school doorstromen naar het hoger beroepsonderwijs. Daarnaast kunnen ook studenten van een afgeronde mbo niveau 4-opleiding doorstromen naar het hbo. In vergelijking met het wetenschappelijk onderwijs zijn hbo-opleidingen meer gericht op een beroepspraktijk.
Het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo) bereidt leerlingen voor op een studie aan de universiteit. Het vwo duurt 6 jaar.
Doorstroom naar havo
De doorstroom van het vmbo naar de havo wordt makkelijker. Wie na het vmbo wil doorstromen naar de havo moet voldoen aan de eisen van toelating van de school.
Het gymnasium is - net als het atheneum - een stroming binnen het vwo en duurt ook 6 jaar. Onze leerlingen op het gymnasium volgen in de onderbouw (tot en met het 3e leerjaar) extra vakken in klassieke culturele vorming, te weten Grieks en Latijn.
Na maatschappelijke kritiek op de soms ongelijke toegangseisen die vo-scholen stelden aan leerlingen die na het behalen van hun vmbo- of havodiploma wilden doorstromen naar de havo of het vwo, is sinds 1 augustus 2020 de 'Wet gelijke kans op doorstroom naar havo en vwo' van kracht.
Een hbo bacheloropleiding is een vierjarige opleiding die je kunt doen als je havo, vwo of mbo hebt afgerond. Het is een Hogere Beroepsopleiding. De opleiding leidt een student op tot een professional die op hoger niveau werkt. Tijdens de opleiding krijgt de student veel theorie.
In studiejaar 2020/'21 ging het om 33 procent van de afgestudeerden. Van iets minder dan de helft, 45 procent, van de eerstegeneratiestudenten heeft de ouder een mbo-diploma. Bijna 18 procent heeft een mavo-diploma en ruim 16 procent een havo- of vwo-diploma.
Geen havo of vwo diploma
Om je in te mogen schrijven voor een hbo-bachelor of associate degree, heb je een diploma van de havo of het vwo nodig. Ook met een diploma van een mbo-opleiding op niveau 4 word je toegelaten op een hogeschool.