Staar naar de kaart van Zeeland en je ontdekt iets merkwaardigs. De Oosterschelde ligt niet ten oosten van de Westerschelde, maar ten noorden ervan.En de Westerschelde ligt niet ten westen maar ten zuiden van de Oosterschelde.
De Ooster- en Westerschelde in Zeeland, daar heeft u ongetwijfeld weleens van gehoord. Maar de Oosterschelde ligt helemaal niet ten oosten van de Westerschelde, maar ten noorden. En de Westerschelde, die ligt niet in het westen, maar ten zuiden van de Oosterschelde.
Reacties. De rivier de Schelde verdeelde zich oorspronkelijk ter hoogte van Antwerpen in twee stromen, op die plaats was de stroomrichting zodanig dat de namen Oosterschelde en Westerschelde wel logische namen waren.
Voorbij de Belgische-Nederlandse grens begint de brede zeearm van de Westerschelde. Via Terneuzen, Breskens en Vlissingen mondt die uit in de Noordzee. Samen met de Zeeschelde vormt de Westerschelde het Schelde-estuarium, dat onder invloed staat van het getij.
In tegenstelling tot de Oosterschelde, de Grevelingen en het Haringvliet is het niet afgesloten in het kader van de Deltawerken. De reden hiervoor is dat zo de haven van Antwerpen bereikbaar blijft. De Westerschelde is de monding van de Schelde.
Er worden door Provincie Zeeland en GGD Zeeland geen gezondheidsrisico's verwacht van zwemmen in de Westerschelde op de aangewezen zwemwaterlocaties. In 2021 heeft het RIVM een risicobeoordeling uitgevoerd voor zwemmen bij Berkendonk in Noord-Brabant.
De Oosterschelde is een zeearm van de Noordzee tussen de Zeeuwse schiereilanden Schouwen-Duiveland, Tholen, Zuid-Beveland en Noord-Beveland.
De rivier krijgt vanaf de bron tot Gent de naam 'Bovenschelde', tussen Gent en Antwerpen “Zeeschelde” en voorbij Antwerpen spreekt men van de “Westerschelde”. De Zeeschelde vormt samen met de Westerschelde het Schelde-estuarium, dat ongeveer 160 kilometer lang is.
In het Schelde-estuarium mengt het zoete water uit het Scheldestroomgebied zich met het zoute water uit de Noordzee. Het zout in zeewater wordt aangegeven met het chloridegehalte, uitgedrukt in g Cl-/l. In zeewater zit ruim 19 g chloride per liter, in zoet water zit minder dan 0,3 g chloride per liter.
Brak water en kwel
Het water in Saeftinghe is brak: een mengsel van zout zeewater en zoet rivierwater. Het zoutgehalte in de Westerschelde verschuift met het getij: bij vloed dringt het zoute zeewater dieper landinwaarts, bij eb ligt de zoutgrens meer richting de kust.
Het water van de Oosterschelde is zout. De invloed van het zout is ook nog te merken aan de binnenkant van de dijk. Het zoute water dringt diep onder de dijk door en komt op be- paalde plaatsen achter de dijk weer omhoog.
Het RIVM heeft berekend hoe vaak volwassenen een portie van vis (wijting, bot, spiering en zeebaars), garnalen, oesters, mosselen of lamsoor uit de Westerschelde kunnen eten.
Het aantal gewone zeehonden in de Westerschelde wordt rond de 30 à 35 individuen geschat.
Kokkels. Kokkels zijn schelpdieren en zijn zowel in de Oosterschelde als Westerschelde van Zeeland te vinden. Ze leven voornamelijk in gebieden die regelmatig droogvallen en worden van eind augustus tot eind december gevangen.
Het oorspronkelijke Deltaplan voorzag dan wel in een zoet Zeeuws merengebied, maar uiteindelijk bleven Oosterschelde en Grevelingen geheel zout.
Brak water komt voor in het kustgebied en de laagveengebieden die ooit onder invloed van de zee gestaan hebben. Het gaat vaak om ondiepe en kleine watertjes; kolkgaten, poelen en dobben van kwelders of inlagen en kwelsloten achter de dijk, maar ook om oude (geïsoleerd liggende) kreken.
Zeewater is het zoute water dat in zeeën en oceanen voorkomt. Het onderscheidt zich van zuiver water door het grote aantal erin opgeloste stoffen, zoals anorganische vaste stoffen, organische stoffen en gassen. Daarnaast bevat zeewater ook zwevend materiaal als slibdeeltjes en plankton.
Scaldis is de Latijnse naam van de Schelde (rivier). Scaldis kan ook verwijzen naar: Royal Scaldis Sporting Club, een korfbalclub uit Mortsel, de eerste korfbalclub van België
De Schelde wordt gevoed door regen- en grondwater. In herfst en winter valt er meer regen en is er dus meer afvoer van zoet water naar de zee. Het zoute water vloeit richting zee. In de zomer is het droger en verplaatst het zoute water in de Schelde zich weer landinwaarts.
Zwemmen in de Oosterschelde is heerlijk! Een wereld van slikken, schorren en zandplaten waarbij het getij twee keer per dag het landschap volledig transformeert. Het natuurgebied was oorspronkelijk een riviermonding met een open verbinding naar zee.
De meeste zeehonden leven in de Voordelta. Maar je ziet ook zeehonden in het Grevelingenmeer, de Westerschelde in het Nationaal Park Oosterschelde. Bijvoorbeeld op de Roggenplaat in de Oosterschelde. Vanaf het uitzichtpunt op de Plompe Toren op Schouwen-Duiveland heb je goede kans om ze te spotten.
Onderzoek heeft uitgewezen dat de Oosterschelde een belangrijke kraamkamerfunctie heeft voor verschillende haaiensoorten. Naast de hondshaai komen ook de gevlekte gladde haai en de ruwe haai voor.