Tussen intelligent en intellectueel zit een verschil. Bij intellectueel bedoelen we voornamelijk mensen die veel hebben geleerd. En vaak gaat het dan ook om een belangrijke studie waarbij veel kennis nodig is.
Een intellectueel is een persoon met een grote algemene ontwikkeling en een goed ontwikkeld oordeelsvermogen die betrokken is bij het wetenschappelijk, maatschappelijk en cultureel debat. Intellectuelen worden beschouwd als de hoeders en voortbrengers van de cultuur.
Je wordt intellectueel uitgedaagd wanneer je: Steeds iets nieuws mag doen. Vraagstukken mag onderzoeken die nog niet eerder onderzocht zijn en waarvan het antwoord onbekend is. Complexe onderzoeksgebieden toevertrouwd krijgt die ook nog jouw interesse hebben.
Slim definities
intelligent, snel van begrip.
Intelligentie. De Amerikaanse onderzoeker Robert Sternberg1 onderscheidt drie aspecten van intelligentie: De analytische vaardigheden, de schoolvakken. De creatieve vaardigheden, de intrinsieke motivatie, flexibiliteit bij het verwerken van een problemen, ongewone oplossingen bedenken en nieuwe verbanden leggen.
Intelligent is wat je in aanleg kunt, een indicatie van je verstandelijke vermogens. Slim is wat je doet ; het gebruiken van je verstandelijke vermogens.
Wat hij of zij wel uit je test haalt, is wat je intellectuele capaciteiten zijn. Die geven een indicatie van je vermogen om: Abstract, logisch en consistent te kunnen redeneren. Relaties te kunnen ontdekken, leggen en doorzien.
In het geval van Intelligentie of Intellectuele Autonomie gaat het dan om de vraag of iemand vaker of juist minder vaak dan anderen uit zich zelf bijvoorbeeld oplossingen voor problemen aandraagt. Dat gedrag typeert dan die persoon.
Via de Big Five persoonlijkheidstest willen recruiters inzicht verwerven in het karakter en de persoonlijkheid van de sollicitant. Dit doen ze door je te scoren op de 5 hoofddimensies nl. extravert/introvert; inschikkelijkheid, zorgvuldig/onzorgvuldig, emotioneel stabiel/instabiel en openheid voor ideeën en ervaringen.
De Big Five staat voor de 5 machtigste zoogdieren die u tijdens een safari of gamedrive kunt zien. Het zijn de heersers in het dierenrijk: de leeuw, de olifant, de buffel, de neushoorn en het luipaard.
Vijf persoonlijkheidskenmerken. De vijf persoonlijkheidskenmerken uit de Big Five persoonlijkheidstheorie zijn extraversie, vriendelijkheid, emotionele stabiliteit, ordelijkheid en openheid. Op basis van iemands score op deze vijf persoonlijkheidskenmerken krijg je een goed beeld van iemands persoonlijkheid.
Doorgaans wordt een IQ dat tussen de 85 en de 115 ligt gezien als een normaal of gemiddeld IQ. Een IQ dat hoger is dan 115 wordt gezien als een bovengemiddeld IQ. Bij een IQ van 130 of hoger is er sprake van hoogbegaafdheid. Wanneer het IQ lager is dan 85, dan is er sprake van zwakbegaafdheid.
De meeste kandidaten zullen een capaciteitentest als zeer lastig ervaren. Vooral het tijdselement maakt een capaciteitentest voor sommige zeer lastig. We raden je aan om je goed voor te bereiden op een capaciteitentest!
Tegenwoordig kom je het in iedere sollicitatieprocedure tegen, de cognitieve capaciteitentest. Een dergelijke cognitieve test (o.a. shl assessments voor mbo, hbo, en wo) bestaat altijd uit verschillende onderdelen, bijvoorbeeld: figuurreeksen, cijferreeksen, analogieën, of numeriek redeneren.
strafrecht - het brein achter een delict. De intellectuele dader is de aanstichter van het delict; hij doet het delict plegen of spoort daartoe aan.
inschikkelijk = inschikkelijk bijv. naamw. Uitspraak: [ɪn`sxɪkələk] als je je makkelijk aanpast of doet wat anderen willen Voorbeeld: `Zij is bang voor conflicten en is daarom altijd inschikkelijk.
De betekenis van zelfdiscipline is dan: jezelf dwingen om iets te doen of na te laten. zelfbeheersing: jezelf beheersen. gehoorzaamheid aan jezelf om je aan afspraken te houden.
Genen die zowel de structuur als het functioneren van het brein beïnvloedden, vormen een verklaring voor de gemeten IQ-verschillen. Posthuma zegt in haar proefschrift dat verschillen in IQ voor wel tachtig tot negentig procent aan erfelijke factoren liggen.
De andere helft van de studenten op een mbo heeft een hoger IQ. Bij studenten op een universiteit is het gemiddelde IQ 115. Ook voor deze groep geldt dat er studenten zijn die lager scoren dan het gemiddelde.
verstand (zn) : begaafdheid, begrip, benul, bevatting, bevattingsvermogen, brein, denkvermogen, geest, geestvermogen, hersens, intellect, intelligentie, inzicht, kruim, notie, ratio, rede, wijsheid, zin. schranderheid (zn) : intelligentie, scherpzinnigheid, slimheid, verstandigheid.
De cognitieve ontwikkeling van de mens is gekoppeld aan zijn/haar leeftijd. Met elk jaar dat een kind ouder wordt, wordt het slimmer. Aan het einde van de puberteit is de cognitieve ontwikkeling gestabiliseerd. Een 18-jarige doet dan een IQ test amper nog beter dan een 16-jarige.
Albert Einstein (1879-1955)
Einstein, de man achter de relativiteitstheorie, was notoir slecht in het onthouden van namen, getallen en data. Desondanks wordt zijn IQ geschat op 160, waarmee hij een genie was.
Natuurlijk zijn daarbij uitzonderingen, maar over het algemeen heeft een kind op het VWO bijvoorbeeld een gemiddeld IQ van minimaal 116. Voor een leerling op het Havo is het gemiddeld IQ minimaal 107.
Het verschil met karakter is dat persoonlijkheid door opvoeding en omgeving beïnvloed wordt en pas vorm krijgt tijdens de adolescentie, terwijl karakter vaak meer als de biologische aanleg, de (aangeboren, vrij onveranderlijke) aard van die persoon wordt beschouwd.