Met formeel taalgebruik wordt algemeen Nederlands bedoeld dat veel mensen vormelijk (ouderwets of stijf) vinden. Formeel betekent: zoals het hoort, netjes. Informeel taalgebruik is correct taalgebruik dat we als 'los' ervaren. Informeel betekent gewoon, zoals je praat.
Formeel betekent dan 'zakelijk, officieel, tot het publieke domein behorend', informeel 'niet-zakelijk, ongedwongen, tot de privésfeer behorend'.
Informele communicatie noemt men de onderlinge contacten die men heeft zonder officiële structuur zoals die er bij een echte vergadering of gestructureerd werkoverleg wel is. Informeel overleg is spontaan, maakt uitwisseling van inzichten makkelijker en geeft mensen een vrijer podium om hun zegje te doen.
Bij formele teksten gebruik je geen afkortingen.Je zegt 'geachte meneer of mevrouw', 'u' of je sluit een brief af met een 'vriendelijke groet'. Ook denk je goed na over de lay-out van je geschreven tekst, want je gebruikt alinea's, witregels en bijvoorbeeld titels.
Iets is formeel als het aan regels moet voldoen. Een situatie kan formeel zijn. Taalgebruik kan ook formeel zijn. Je kunt ook op een formele manier met elkaar omgaan.
Gesprek volgens de formele communicatie. De voorwaarden zijn: het doel is van tevoren vastgesteld; er is een gespreksleider die bepaalt wat er wordt besproken en op welke manier en het gespreksonderwerp is bij beide gesprekspartners bekend.
Informeel betekent dat iets niet officieel of formeel is. Het heeft te maken met een ontspannen, ongedwongen en vriendelijke sfeer. In informele situaties worden minder formele taal en kleding gebruikt en is er meestal meer ruimte voor persoonlijke interactie en humor.
Begin je vragen met woorden als wie, wat, wanneer, waar, waarom of hoe. Als je de ander vraagt of iets goed ging, zegt hij ja of nee. Stel je een open vraag, dan krijg je veel interessantere antwoorden.
Een formele begroeting begint met Geachte. Daarna volgt mevrouw of meneer en dan de familienaam als je die kent. Beste is informeel.
Bij een formele aanhef als Zeer geachte mevrouw of Weledelgestrenge heer, past Hoogachtend of Met de meeste hoogachting het best. Brieven die beginnen met Geachte heer of Geachte mevrouw, kunnen zowel met Met vriendelijke groet(en) als met Hoogachtend worden afgesloten.
Het grote verschil tussen informele communicatie en formele communicatie zit hem in de intentie en van wie het komt. Bij informele communicatie zijn het je collega's zelf die met elkaar communiceren en bij formele communicatie gaat het echt om een communicatiedeskundige waarvoor je bedrijf betaalt.
Neem het initiatief om het gesprek af te sluiten.
Maak dat op het geschikte moment duidelijk door het gesprek af te ronden, bijvoorbeeld door te herhalen wat de kern van het gesprek is en duidelijk te maken dat u afscheid wilt nemen.
Informeel betekent dat het niet-officieel is. Verschillende dingen kunnen informeel zijn. Een situatie kan informeel zijn. Maar teksten of woorden kunnen ook informeel zijn.
Deze vorm van leiderschap ontstaat – als vanzelf – binnen een team, de informele leider neemt de leiding zonder dat iemand daarom heeft gevraagd. Een formele leider heeft daarentegen dus wel officieel de taak gekregen om leiding te geven, deze persoon wordt vaak aangesteld door het bestuur of door de directie.
gemoedelijk (bn) : aangenaam, behaaglijk, genoeglijk, gezapig, gezellig, informeel, knus, ongedwongen, vriendelijk. familiair (bn) : amicaal, familiaar, gemeenzaam, informeel, ongedwongen, onvormelijk, vertrouwelijk.
Dat hangt vooral af van je relatie met de geadresseerde. Als je die helemaal niet kent, of alleen oppervlakkig, kies dan voor het enkelvoud. Die formule is wat formeel; je bent vriendelijk, maar je bewaart wel enige afstand, wat prettig kan zijn in een zakelijk contact.
Een aanspreking met Geachte is het formeelst en bruikbaar in onder meer officiële contexten. Beste en Dag zijn informeler. Ze klinken iets persoonlijker en minder afstandelijk dan Geachte. Ze zijn bruikbaar in allerlei (zakelijke) contexten.
Mensen die deel uitmaken van het sociale netwerk van de hulpbehoevende. Voorbeelden: familieleden, vrienden, kennissen en buren.
Dit is een overleg met een burger, een medewerker van de overheid en een neutrale gespreksleider. Dit gesprek kan in alle domeinen plaatsvinden. Het gesprek is bedoeld om naar elkaar te luisteren, ergernis weg te nemen, vragen te beantwoorden en op verzoek uit te leggen hoe een besluit tot stand is gekomen.
De informele activiteiten kunnen we kortweg karakteriseren als de cultuur van een organisatie: activiteiten die de eigenheid van de organisatie meer karakteriseren dan welke stapeling van formele activiteiten ook.