De emoe is niet zoals de Struisvogel afkomstig uit Zuid Afrika, maar uit Australië. In het wild eten ze ook alles wat er te vinden is. Een emoe heeft geen vleugels zoals de Struisvogel, maar hele kleine vleugeltjes welke haast niet zichtbaar zijn, en waar je ze dus ook niet aan vast kunt pakken.
De emoe is de tweede grootste loopvogel (hij vliegt dus niet) ter wereld, na de struisvogel : tot 2 m groot en tot bijna 50 kg zwaar. Hij heeft krachtige poten met 3 tenen (de struisvogel heeft er maar 2) en kan zeer snel en lang lopen. Het mannetje is een ultra moderne papa !
De emoe veren zijn veel fijner en korter dan van de nandoe en zijn tweeledig ingeplant. De veren zijn licht van kleur en afhangend. Alleen de uiteinden zijn donker waardoor de emoe overwegend bruingrijs van kleur is. De hals is donker, bijna zwart en vol bevederd.
De emoe (Dromaius novaehollandiae) is een vogel uit het (monotypische) geslacht Dromaius en de familie Casuariidae (Kasuarissen en emoes). Deze loopvogel is na de struisvogel de grootste nog levende vogelsoort en de grootste van Australië.
De nandoe heeft lange, sterke looppoten en een lichaam met grote, donsachtige veren. Hij lijkt daarmee op de struisvogel maar is een stuk kleiner en lichter.
De emoe is de grootste inheemse vogel van Australië, ruim twee meter hoog en tussen de 36 en 54 kilo zwaar. Ze zijn weliswaar niet zo snel als struisvogels, maar kunnen wel hard lopen: maximaal 50 kilometer per uur. Emoes hebben unieke, dubbele veren.
De emoe is de grootst nog levende vogelsoort, na de struisvogel. Hij bewoont de meeste gebieden van Australië, uitgezonderd de gebieden die dichtbevolkt zijn. Het liefst leeft hij in woestijnen, op de vlaktes en in de bossen. In het dichte regenwoud komt hij liever niet.
De zwakke vleugels van de emoe worden in het ei ontwikkeld. De emoe, de nationale vogel van Australië, is een van de vogelsoorten die niet los kunnen komen van de grond. In tegenstelling tot andere talentloze vliegers, zoals de struisvogel en de kip, heeft de emoe onbeduidend kleine vleugeltjes.
De kuikens groeien snel, tot een kilo per week en na ruim een jaar zijn ze volwassen. In het wild leven emoes zo'n jaar of tien, maar in gevangenschap kunnen ze meer dan het dubbele daarvan bereiken.
De nandoe lijkt op een struisvogel, maar is veel kleiner. Ook de poten zijn anders. Struisvogels hebben namelijk twee tenen en nandoes drie. Het mannetje en vrouwtje zijn nauwelijks te onderscheiden.
Het ei is olijfgroen en ongeveer 14 cm hoog en 9 cm breed. Het uiteindelijke kuiken weegt bij geboorte al zo'n 500 gram.
Emoes paren in de zomer en broeden in de koelere maanden. Emoes baltsen door te springen en maken vreemde en onverwachte draaibewegingen. De hen legt 7-10 eieren, die olijfgroen van kleur zijn. Bij de emoe maakt de haan het nest en broedt alleen de eieren uit.
Maar in principe zijn alle eieren van vogels veilig voor menselijke consumptie. Naast die van de kip worden ook eenden- en ganzeneieren gegeten. Maar de eieren van de kwartel, fazant, kalkoen, emoe en struisvogel staan in sommige werelddelen eveneens op het menselijke menu.
Elk vogelei heeft twee soorten wit eiwit maar bij de emoe ei is dit verschil groot, heel normaal bij de emoe. TIP; zet het uitgeblazen ei niet in de directe zon, dan verdwijnt de mooie groene kleur langzaam naar donker grijs.
Australiërs hebben wereldwijd meegevochten in oorlogen. Maar op eigen bodem hebben ze een oorlog verloren van de emoes. Emoes kunnen niet achteruit lopen. Pijnlijk dat je dan een oorlog van ze verliest.
Emoes zijn omnivoren. Het grootste deel van hun menu bestaat uit plantaardig materiaal en is seizoensafhankelijk. Wortels, bladeren, gras en zaden, maar ook muizen en andere kleine dieren staan op het menu. Voor loopvogels zijn speciale voeders ontwikkeld.
De benen scharnieren wel hetzelfde maar ze hebben aan de voeten 3 tenen welke bijna alledrie even groot zijn. Ze hebben dan ook 3 nagels, die aanmerkelijk kleiner zijn dan bij de Struisvogel. Ze wegen ook veel minder ongeveer 50 tot 60 kg voor een volwassen emoe.
De minimale oppervlakte zal 20 m² zijn met een minimum oppervlakte per dier van 2.5 m² (voor dieren van 12 maanden of ouder). Geen enkele loopvogel mag individueel gehouden worden. Agressie tussen de dieren moet zoveel mogelijk vermeden worden. Emoes moeten kunnen beschikken over een waterbad en schaduw.
Struisvogels hebben niet de juiste veren om te kunnen vliegen en hebben te kleine vleugels. De baarden van de veren zitten namelijk niet aan elkaar zoals bij veren van andere vogels die wel kunnen vliegen. Hierdoor gaat de wind gemakkelijk door de baarden heen en kan de struisvogel niet opstijgen.
De ekster broedt in april-juni met 1 of 2 legsels. Per broedsel legt de ekster 5 tot 7 gestippelde, groenachtige eieren.
De andescondor (Vultur gryphus) is een roofvogel die tot de verbeelding spreekt. Met een kop-staartlengte tot 1,30 meter, een vleugelspanwijdte van 2,70 tot 3,20 meter en een gewicht tot 15 kilogram voor mannetjes is het de grootste vliegende vogel ter wereld.
Van de steltloopers, welke niet vliegen, kent men den Struisvogel en Kasuwaris; van het eerste geslacht onderscheidt men thans drie, van het laatstgenoemde twee soorten. Het zijn allen zeer groote vogels; de afrikaansche, tweevingerige struisvogel is zelfs de grootste soort van deze geheele klasse van het dierenrijk.