Een goedaardige tumor is geen kanker; alleen een kwaadaardige tumor is kanker. Goedaardige tumoren (ook 'benigne' tumoren genoemd, dat is Latijn voor goedaardig) groeien over het algemeen langzaam, ze rukken zich niet los uit hun oorspronkelijke omgeving en groeien er niet in door zoals kwaadaardige tumoren.
Soms kan een goedaardige tumor kwaadaardig worden. Dat gebeurt als de tumorcellen steeds meer gaan afwijken van normale cellen. En als ze vervolgens ongecontroleerd gaan delen. Met controles houdt de arts de afwijkende cellen in de gaten.
Een zwelling kan lang onopgemerkt blijven als deze diep in het lichaam of in elastisch weefsel zit. Vage pijnklachten kunnen dan de eerste klachten zijn. Als de tumor net onder de huid zit, kunt u deze voelen als een zwelling of knobbeltje. De tumor zelf doet geen pijn.
Een borstkankercel deelt zich gemiddeld genomen 1x per 200 dagen. Het proces groeit langzaam: als 1000 cellen zich delen worden het er 2000. Indien daarentegen 10.000.000 cellen zich met dezelfde groeisnelheid delen worden dat 20.000.000 waardoor men de indruk krijgt dat de tumor steeds sneller groeit.
T1c: de tumor is tussen de 1 en 2 centimeter groot. T2: de tumor is tussen de 2 en 5 centimeter groot. T3: de tumor is groter dan 5 cm. T4: de tumor is in de omliggende weefsels gegroeid.
T1-T4 beschrijft de grootte tumor en de mate van verspreiding naar omringende weefsels. Hoe groter het getal na de T, hoe groter de tumor is.
Een goedaardige tumor kenmerkt zich vaak door een ronde vorm. Een kwaadaardige tumor daarentegen groeit meer als een aardappel die begint uit te lopen. Deze 'sprieten' groeien door de wanden van omliggend weefsel en organen heen.
Een goedaardige tumor is geen kanker. Het gezwel groeit niet door andere weefsels heen. En verspreidt zich niet door het lichaam. Voorbeelden van goedaardige tumoren zijn wratten of een vleesboom in de baarmoeder.
Een veelvoorkomende goedaardige afwijking in de borst is een fibroadenoom of bindweefselknobbel. Dit is een gezwel dat ontstaat door plaatselijke groei van steun- en klierweefsel. Het voelt aan als een zacht, stevig en meestal pijnloos knobbeltje.
Een echografie is een onderzoek met geluidsgolven. Deze golven hoor je niet. De weerkaatsing (echo) van de golven maakt organen en weefsels zichtbaar op een beeldscherm. Zo kan de arts de organen in het lichaam bekijken en een mogelijke tumor en/of uitzaaiingen zien.
Mogelijke klachten bij uitzaaiingen zijn: botpijn, misselijkheid, hoofdpijn, benauwdheid en vermoeidheid. Bij uitzaaiingen zijn er behandelingen mogelijk die uw leven verlengen en klachten verminderen, bijvoorbeeld bestraling tegen pijn.
Voor patiënten met uitgezaaide kanker kan leven en dood dicht bij elkaar liggen. Er is soms een kans op genezing en soms een mogelijkheid om met (innovatieve) behandeling nog vele jaren te leven. Maar als een behandeling niet aanslaat kan het ook snel aflopen.
Met bevolkingsonderzoek kan men een bepaalde kankersoort in een vroeg stadium opsporen. Door deel te nemen aan bevolkingsonderzoek vergroot u de kans op vroegtijdige ontdekking en genezing van kanker.
Ongeneeslijk zieke kankerpatiënten genezen soms 'spontaan'. Niet zelden begint de genezing na een zware infectie. Aangezien een infectie het afweersysteem stimuleert, werd de suggestie geopperd dat het afweersysteem op eigen kracht een kankergezwel kan opruimen.
Het is mogelijk dat een tumor na de behandeling weer aangroeit en terugkomt (recidief). Dat gebeurt vooral als bij de behandeling niet de gehele tumor verwijderd kon worden (bij meer dan de helft van de patiënten ontstaat een recidief).
Een tumor is meestal onregelmatig van vorm en voelt heel hard aan, want bestaat uit vast weefsel. Ook een jonge volwassene (tot 40 jaar) kan klierzwellingen hebben ten gevolge van een infectie.
De term 'kanker' verwijst naar een groep ziektes waarin abnormale cellen zich op een chaotische manier delen en verspreiden. Meestal vormen die abnormale cellen een massa, ook wel tumor genoemd. Echter, eigenlijk betekent een “tumor” gewoon dat er een opstapeling van cellen is, die al dan niet kankerachtig kunnen zijn.
Als een goedaardige bottumor klachten geeft, groeit of 'kwaadaardige trekjes' heeft, halen we de tumor meestal weg met een operatie. Welke operatie dat is, hangt af van de soort tumor en de plaats van de tumor. Soms kunnen behandelen met radiofrequente ablatie. Er is dan geen operatie nodig.
Pijn bij kanker komt veel voor. Verschillende factoren kunnen een rol spelen bij het ontstaan van de pijn. Zo kan een tumor druk uitoefenen op het omliggende weefsel zoals de huid, organen of zenuwen. Hierbij wordt de pijnprikkel via de zenuwbanen naar de hersenen geleid waardoor pijn kan ontstaan.
Een adenoom wordt dan vaak bij toeval ontdekt. Leveradenomen kunnen echter wel klachten veroorzaken. Veel patiënten geven aan last te hebben van (vage) buikpijn rechtsboven in de buik. Leveradenomen kunnen heel soms gaan bloeden, waardoor de lever opzwelt.
Bij één op de twintig patiënten zijn uitzaaiingen al aanwezig op het moment van de diagnose. Bij één op de vijf patiënten zaait de borstkanker later alsnog uit, dit gebeurt vaak pas jaren na het ontdekken en behandelen van de oorspronkelijke tumor. De kans dat uitzaaiingen ontstaan, verschilt per persoon.
Uitzaaiingen die mogelijk kunnen genezen zijn: uitzaaiingen in de lever, of. 1 of een paar uitzaaiingen in de longen, of. uitzaaiingen in het buikvlies en de buikholte.