Kleine visjes kunnen schuilen tussen de tentakels van een kwal en zo overleven. Verder is de kwal een delicatesse voor schildpadden en sommige vissen en eet-ie zelf weer kreeftjes, waardoor de populatie goed blijft. Wist je trouwens dat een kwal nog kan steken als-ie dood is?
De tentakels van kwallen hebben giftige netelcellen. Wanneer je gestoken wordt, spuit de kwal gif in je bloedbaan. Hierdoor kan je jeuk en pijn voelen. Wanneer je uit het water stapt, drogen de netelcellen uit.
Kwallen zijn eenvoudig gebouwde zeedieren met een gelatineus, parapluvormig lichaam en neerhangende tentakels. Het lichaam kan zodanig gepulseerd worden dat een efficiënte voortbeweging ontstaat. De tentakels zijn bewapend met netelcellen en worden gebruikt om prooien te vangen en roofdieren af te schrikken.
Kwallen steken met brandharen, die vaak als tentakels onder de kwal langen of op zijn oppervlak zitten. Deze geven een reactie bij aanraking. Op de plaats waar deze brandharen de huid hebben geraakt, treedt een reactie op met roodheid, zwelling en soms blaarvorming. Er is vaak (veel) pijn, een branderig gevoel of jeuk.
Als een badgast die ligt te zonnebaden, liggen ze met hun klok op de zeebodem. Ze houden de eigen microscopische algen in hun weefsels in leven door ze “in zonlicht te baden, zodat ze kunnen groeien,” legt Brotz uit, waarna ze door de kwal als voedingsbron worden gebruikt.
De irukandji is een kleine, glasheldere kwal. Hij wordt maar een paar centimeter lang en leeft in de tropische wateren rond de noordkust van Australië. Dit kwalletje wordt in het algemeen gezien als het giftigste dier ter wereld en in tegenstelling tot andere kwallen heeft de irukandji ook netelcellen op het lichaam.
Het eeuwige leven
Toch kan de Turritopsis nutricula wel degelijk sterven: de regeneratie werkt namelijk alleen bij volwassen exemplaren. Ziekte of hongerige roofdieren worden jonge kwallen wel fataal, maar er is geen ander dier bekend met deze hoge kans op biologische onsterfelijkheid.
Kwallen hebben eigenlijk geen hersenen, dus ze zijn zich er niet van bewust. Voor hun is het hetzelfde als in de zee.
De onderzoeker laat de imposante kwal op het strand liggen zodat andere mensen hem ook kunnen bewonderen. Wie dat wil, kan het dier gewoon oppakken. Deze kwal is ongevaarlijk, volgens Ecomare, het centrum voor wadden en Noordzee. De netelcellen zijn te zwak om door de menselijke huid te dringen.
De netelcellen van kwallen bevatten gif
Aan de buitenkant van die slierten zitten netelcellen. Komt de kwal in contact met een vijand, dan schieten de netelcellen als een soort harpoen uit de tentakel. Het gif uit die cellen komt in je huid terecht, met jeuk en pijn tot gevolg.
Kwallensoorten in de Wadden- en Noordzee
De meest voorkomende kwal is de oorkwal. De steek van deze soort doet niet veel pijn en de gevolgen zijn minimaal. Na een steek kan de huid hoogstens wat rood, opgezwollen en een beetje jeukerig zijn, maar deze klachten verdwijnen na een aantal uur.
Om alvast één misverstand uit de wereld te verhelpen, kwallen bijten niet maar steken met hun tentakels. Dat wordt dan wel een kwallenbeet genoemd. De tentakels van kwallen bevatten netelcellen met gif. Tijdens een kwallenbeet wordt dit gif in de huid van de mens gespoten.
Handig om te weten: niet elke kwal steekt. Kompaskwallen, blauwe haarkwallen en de kruiskwallen kunnen voor flink wat overlast zorgen. Die laatste - gelukkig zeldzaam voorkomende soort in Nederland - kan zelfs tot een ziekenhuisbezoek leiden. Maar de meeste kwallen steken niet, die kriebelen hooguit.
Kwal – Oneindig
Ze maken cycli van oud naar weer jong, dit kan oneindig door gaan.
Plassen over een kwallenbeet: het zou het prikken tegen gaan, maar maakt het juist erger! Harpoenachtige cellen van de kwallententakels die op je huid liggen komen door de urine alsnog in je vel. Azijn helpt wel, omdat het het gif in de cellen neutraliseert.
Wat eten kwallen? Kwallen eten vissenlarven en kreeftachtigen. Met de netelcellen die ze op hun tentakels hebben verlammen ze hun prooi, en met hun tentakels brengen ze de prooi naar hun mond.
Het kan in veel gevallen de verdere afgifte van gif voorkomen. Druppel na de kwallenbeet dus wat azijn op de plek en wrijf het in. Na een beet van een kwal kan de pijn even aanhouden. Ook kan de huid flink jeuken.
Kwallen kunnen steken omdat ze omdat ze speciale prik-cellen hebben. Die gebruiken ze normaal gesproken om hun eten mee te vangen. Kwallen eten heel kleine beestjes, zoals zeewatervlooien en minivisjes. Die verdoven ze met een stofje uit hun prik-cellen.
Antwoord van de Bieb:Sea Life Scheveningen zegt het volgende:Niet langer dan een paar uur. Dit hangt ook van het weer af: als de zon schijnt gaat het verdrogen sneller. Eigenlijk is het ook niet echt ''overleven'', een kwal op het droge is langzaam aan het sterven.
Voor een dieet is het eten van een kwal perfect. 'Er zitten heel weinig voedingswaarde in', zegt Ammerlaan. 'Je kunt het vergelijken met ijsbergsla, alleen dan met proteïne. Het is dus erg gezond.
Deze kwallen liggen vaak ondersteboven op de bodem van een oceaan of watertank en trekken hun lichaam één keer per seconde in.
Kwal smaakt niet echt ergens naar, hooguit een beetje ziltig, het gaat om de structuur (en de dressing). Je zou je kunnen verbeelden dat het supercrunchy noodles zijn. Mooi homogeen, dus geen rare stukjes en zeker niet glibberig.
De Turritopsis dohrnii, de onsterfelijke kwal is een dier waarvan je zou kunnen zeggen dat het werkelijk onsterfelijk is. Volgens National Geographic heeft het dier de mogelijkheid de ouderdom om te draaien. Als de kwal gewond raakt of ziek begint te worden dan gaat het dier drie dagen in een poliep status.
Kwallen hebben bovendien nauwelijks organen, ze hebben geen hart, geen bloedvaten en geen hersenen en ook geen botten, schelp of hoornpantser. Er zitten geen ogen in en geen oren aan en met hun rudimentaire spieren en zenuwen kunnen ze maar weinig doen.
De andere vijf procent bestaat uit cellen, een maag en mond. De meeste kwallen kunnen niet zwemmen en drijven mee met de stroming van de zee. Ze komen in alle oceanen en zeeën voor en er zijn zelfs een paar soorten die in zoet water leven.