Ook hier komt 1921 verreweg als droogste jaar naar voren, en wordt ze gevolgd door de droogtes van 1996, de jaren vijftig (1949, 1953-1954, 1956, 1959-1960) en 1976. De meest recente droogtes van 2017 en 2018 waren behoorlijk intens, maar niet in dezelfde mate als de grootste droogtes van de 20ste eeuw.
Droogte ontstaat als er meer water uit de bodem verdampt, dan dat er bij komt. En verdampen, dat deed het water in 1976. Het KNMI schatte dat er landelijk 17% meer water verdampte dan normaal, met lokale uitschieters tot 21%. Nederland was dus kurkdroog.
In de 20e eeuw is een periode van een jaar slechts eenmaal nog droger geweest: van september 1920 tot en met augustus 1921 viel hier 370 mm. In 1959 en 1976 was het net als in 1921 vooral in het groeiseizoen droog, waardoor de voedselvoorziening in het gedrang kwam.
In de zomer heeft Nederland vaker te maken met droge periodes, doordat er dan meer water verdampt dan dat er neerslag valt. Maar momenteel staat 2022 volgens het KNMI wel in de top-5 van droogste jaren sinds het begin van de metingen in 1901.
En hoe meer de aarde opwarmt, hoe meer vocht verdampt uit oceanen, rivieren en land. Door de warmere temperaturen sterven veel planten af, waardoor nog minder water wordt verdampt. Het resultaat is een neerwaartse spiraal die leidt tot (extreme) droogte.
De droogte neemt af. Hoewel er regionaal nog grote verschillen zijn, is er landelijk geen sprake meer van een grotere vraag dan aanbod van zoet water. Daarom wordt nu overgegaan van het niveau 'feitelijk watertekort' (niveau 2) naar 'dreigend watertekort' (niveau 1).
Gemiddeld valt in Nederland 847 mm per jaar, maar in de Randstad en in de hoger gelegen gebieden valt meer neerslag. Duidelijk herkenbaar zijn de Utrechtse Heuvelrug, De Veluwe, de Hondsrug en de Vaalserberg. De droogste regio van Nederland is het uiterste oosten van Noord-Brabant en het noorden en midden van Limburg.
Het droogste seizoen van het jaar is de lente, van half maart tot mei.
De meeste droogtes sinds 1964 vonden plaats in Ethiopie, Somalie en Kenya. De langste droogteperiode duurde 9 jaar: sinds 1969 tot 1978 in Chad.
Daar komt neerslag uit, die uiteindelijk via het grondwater of rivieren weer in zee terechtkomt. Herhaal. Zo'n 35 procent van die neerslag komt via het grondwater of de rivier weer in zee terecht. De rest verdampt opnieuw.
In 1976 was het 17 dagen lang warmer dan 30 graden, met een piek van 35,4 graden. Het ging toen over een hittegolf, nu spreken we van een hittepiek met een uitschieter tot bijna 40 graden. Ook in 1976 werden maatregelen genomen. Sommige fabrieken sloten en water mocht niet zomaar verspild worden.
In de zomer valt er in ons land gemiddeld ruim 200 mm neerslag, met uitschieters onder de 100 mm tot ruim boven de 300 mm (figuur 1). Ook zijn er langjarige schommelingen zichtbaar met wat vaker nattere zomers tussen 1950 en 1970, daarna een periode met wat drogere zomers en sinds 2000 weer wat nattere.
Wat is droogte? Er is sprake van droogte als er gedurende langere tijd minder regen valt dan normaal in combinatie met grote verdamping. Dus als er meer water verdampt dan dat er bijkomt, ontstaat droogte. De droogte wordt berekend uit de hoeveelheid regen die valt, verminderd met de verdamping.
De laatste jaren maken we de ene na de andere warme zomer mee, maar topzomer in ruim honderd jaar is nog steeds die van 1947. In De Bilt kwam de gemiddelde temperatuur uit op 18,7 graden tegen 16,6 normaal (gemiddeld over 1971-2000).
De hittegolf van 1975 was vooral recordbrekend vanwege zijn duur: 18 dagen achtereen was het heter dan 25 graden, weet het KNMI, en daarvan was het zes dagen achtereen tropisch heet.
Etmaalgemiddelde temperatuur 1979
De laagste gemiddelde temperatuur was -12,4 °C op 5 januari 1979 en de hoogste gemiddelde temperatuur was 22,2 °C op 3 juni 1979.
Boven de Atacama-woestijn in het noorden van Chili is het eigenlijk géén weer. Het is er de ene dag warmer dan de andere, dat wel, maar een inktzwarte regenwolk moet er een attractie van formaat zijn. In de Atacama-woestijn regent het namelijk nooit. Of beter gezegd: bijna nooit.
De Veluwe is met ruim 950 mm per jaar het gebied waar op jaarbasis de meeste regen valt, in Midden-Limburg (minder dan 750 mm per jaar) valt de minste neerslag. Dat blijkt uit gegevens van Weeronline.
Het droogste plekje ter wereld is, volgens gegevens van de WMO, Arica, een stadje met nog geen 200.000 inwoners in het noorden van Chili. Over een periode van 59 jaar viel er jaarlijks gemiddeld slechts 0,76 millimeter regen, dus minder dan 1 millimeter!
In de weersvoorspelling voor de zomer van 2022 staat dat met name de maanden juni en augustus droog en warm zullen zijn. In de maand juli lijkt het iets meer te gaan regenen, maar zelfs dat is niet zeker. Als de wind niet uit het Westen, maar uit het Zuiden komt, zal het ook deze maand extreem warm worden.
In de herfst valt de meeste regen: 231 millimeter. 'Dit komt door de combinatie van warmte en wind', legt Siegmund uit. 'Het is dan nog niet zo koud, dus er zit meer vocht in de lucht en er zijn ook veel stormen. '
Mooi-weerdagen in cijfers
Juli en augustus bieden doorgaans de meeste dagen met mooi weer. Gemiddeld over 100 jaar tellen die zomermaanden er in De Bilt elk 7, tegen 5 in april en juni. September levert gewoonlijk 4 mooi-weerdagen op, maart 3, oktober 2 en de wintermaanden gemiddeld 1 à 2.
Als we kijken naar de hoeveelheid regen, vind je de natste plek op aarde, in India. Het is het dorpje Mawsynram in de staat Meghalaya. Het regent daar echt veel. Per jaar valt daar gemiddeld 11.872 millimeter regen.
Wanneer de maandneerslag kleiner is of gelijk aan is dan 2 keer de waarde van de maandtemperatuur, dan hebben de planten onvoldoende water. Hier spreekt men van een droge maand. van de temperatuur komt.
Nederland ligt vlak aan zee. En de wind waait vaak van zee naar land. En dat zorgt voor veel wolken boven ons land: meer kans op regen dus!