Antwoord. Overnieuw komt in Nederland vaak voor in informele spreektaal, maar het is onduidelijk of het tot de standaardtaal in Nederland gerekend kan worden. Standaardtaal in het hele taalgebied zijn opnieuw en over.
'Overnieuw' betekent hier vooral 'nog een keer' en 'op een andere manier'. De betekenis van 'opnieuw' is hier 'helemaal overdoen'.
Iets overnieuw doen impliceert namelijk dat je niet alleen weer bij het begin wilt beginnen, maar ook dat je het die tweede keer helemaal anders wilt doen. En dit komt minder goed naar voren wanneer je opnieuw gebruikt.
nog een keer, een vorige gebeurtenis herhalend.
Nee, dat kan geen officieel Nederlands woord zijn. Omdat het namelijk twee woorddelen met tegengestelde betekenis zijn. Dus die kan je niet aan elkaar plakken. 'Toen' betreft de verleden tijd, en 'straks' betreft de toekomst.
Me is geen bezittelijk voornaamwoord
Voorbeelden: me broer, me fiets, me taalfout. Dat moet zijn: mijn broer, mijn fiets, mijn taalfout. Tip: vervang me door mij.
Het woord datum kent een Latijns en een Nederlands meervoud: data en datums. Voor de aanduidingen van dag-maand-jaar kunt u zowel datums als data gebruiken. In de betekenis 'gegevens' is echter alleen data juist; het woord data kent dan geen enkelvoud.
Antwoord. Overnieuw komt in Nederland vaak voor in informele spreektaal, maar het is onduidelijk of het tot de standaardtaal in Nederland gerekend kan worden. Standaardtaal in het hele taalgebied zijn opnieuw en over.
opnieuw {bijwoord} again {bw.}
Het is allebei goed. Alle recente woordenboeken en spellinglijsten vermelden printen én uitprinten. Uitprinten voelt voor sommige mensen als een fout: als een verhaspeling (contaminatie) van printen en uitdraaien.
Kun jij dit voor mij uitprinten? Hoewel het woord 'uitprinten' inmiddels zo vaak gebruikt is dat het bijna ingeburgerd is, is het eigenlijk een contaminatie. Het moet zijn 'uitdraaien', een inmiddels redelijk ouderwets woord, of 'printen'. Edit: inmiddels is het woord 'uitprinten' volgens het Groene Boekje ook correct.
Groter dan geldt nog steeds als de correctere vorm die het best past in de schrijftaal. Groter als komt veel voor. In informeel taalgebruik en in de spreektaal vinden sommigen dat niet zo erg, maar voor anderen is het ook dan echt een fout(je). De (taal)norm is dus duidelijk: groter dan heeft de voorkeur.
De Nederlandse taal verandert voortdurend. Zo komen er ieder jaar nieuwe woorden bij, in 2018 bijvoorbeeld vliegschaamte, in 2015 testosteronbom en uberen, in 2014 stemfie: selfie in het stemhokje. Niet alleen de Nederlandse woordenschat verandert, maar ook de klanken en de grammatica.
heeft ingediend (volt. deelw.) Iets laten weten of voorstellen bij een officiële instantie.
Bij een pleonasme herhaal je vaak een deel van de betekenis van een woord. Meestal gebeurt dit door een combinatie van een bijvoeglijk naamwoord met een zelfstandig naamwoord of een werkwoord. Voorbeelden hiervan zijn: ronde bal, omlaag vallen, weer hervatten, aanwezige bezoekers, valse voorwendsels.
achtergrond, antecedent, doopceel, geschiedenis, historie, verleden tijd, vroegere tijd. oorzaak (zn) : aanleiding, achtergrond, grond, reden.
Voorbeelden van contaminaties zijn onafgezien van (uit ongeacht en afgezien van), verexcuseren (uit verontschuldigen en excuseren), zich beseffen (uit zich realiseren en iets beseffen). Als contaminaties vaak gebruikt worden, kunnen ze algemeen aanvaard raken.
Stijlfouten zijn fouten tegen de goede stijl. Vaak gaat het om verhaspelde uitdrukkingen, een verkeerde woordkeuze of zinnen die ontsporen. In sommige gevallen gebruiken auteurs dergelijke afwijkingen met opzet; dan worden het stijlfiguren genoemd en wordt er (meestal) geen bezwaar tegen gemaakt.
Museum heeft twee correcte meervouden in het Nederlands: musea en museums. Er is geen betekenisverschil. Musea is de oorspronkelijke Latijnse meervoudsvorm, museums is de vernederlandste vorm.
Als beide naar personen verwijst en zelfstandig gebruikt wordt, schrijven we beiden. Beide is zelfstandig gebruikt als er geen zelfstandig naamwoord op volgt en beide ook niet aangevuld kan worden met een zelfstandig naamwoord uit dezelfde zin of de zin die onmiddellijk voorafgaat.
In de meeste gevallen is het aan te bevelen om na een vergrotende trap (zoals jonger, beter, groter) + dan de vorm ik te gebruiken, omdat de zin een onderwerpsvorm vereist. U kunt die vorm vinden door de zin aan te vullen met een werkwoordsvorm.