Ruim 80% van een beroerte is een herseninfarct en 20% een hersenbloeding.
Kans op herstel
Meestal kan een arts na enkele weken een voorzichtige voorspelling doen. De grootste vooruitgang vindt plaats in de eerste weken. Na de eerste maanden tot jaren na een beroerte kan nog verbetering optreden. Ongeveer de helft van de patiënten kan na een half jaar zelfstandig leven.
Patiënten met een herseninfarct hebben een vijf keer hogere overlijdenskans. Bij patiënten met een hersenbloeding is de kans op overlijden zelfs meer dan acht keer zo groot.”
Ook als de bloeding uit zichzelf snel tot stilstand komt, is de prognose sterk wisselend. Het ziekbed kan lang zijn en ook tijdens deze periode is de mate waarin de patiënt herstelt moeilijk te voorspellen. Volledig herstel is mogelijk, maar ook ernstige invaliditeit kan het gevolg zijn.
Een herseninfarct heeft blijvende gevolgen. Hoe ernstig die zijn hangt samen met de plek en grootte van het infarct. De meest zichtbare gevolgen zoals verlammingen of niet goed kunnen praten vallen als eerste op. Maar er kunnen ook veranderingen zijn in het denken, doen of gedrag die minder duidelijk zijn in het begin.
Perioden van langdurige psychologische stress kunnen leiden tot cerebrovasculaire accidenten (CVA). Dit schrijven wetenschappers van de universiteit van Göteborg onder leiding van Katarina Jood in een publicatie op de website van BioMed Central Medicine.
Bij een hersenbloeding knapt een bloedvat en loopt er bloed in de hersenen die daardoor onder druk komen te staan. Bij een herseninfarct is sprake van een verstopping van een van de bloedvaten door een bloedpropje. De hersenen krijgen dan te weinig bloed, waardoor een zuurstofgebrek ontstaat.
Het belangrijkste symptoom van een subarachnoïdale bloeding is plotselinge hevige hoofdpijn die vaak wordt omschreven als 'de ergste ooit'. In zeldzame gevallen is er geen hoofdpijn, maar bijvoorbeeld alleen nekpijn of plotselinge verwardheid.
In Nederland krijgen jaarlijks ruim 40.000 mensen een beroerte. Een beroerte kan hele lichte gevolgen hebben maar kan ook zware verlamming, spraakgebrek en zelfs de dood tot gevolg hebben. Enkele cijfers: Ongeveer 25% van de getroffenen overlijdt ook effectief aan de gevolgen van de beroerte.
De signalen van een TIA, herseninfarct en hersenbloeding zijn gelijk. De 3 belangrijkste signalen zijn: een scheve mond, verwarde spraak en een verlamde arm. Als de klachten snel volledig verdwijnen of als je achteraf denkt dat je uitvalsverschijnselen had, is het belangrijk om dezelfde dag naar de huisarts te gaan.
Van een CVA (beroerte) kan je ernstige zichtbare gevolgen overhouden zoals geheel of gedeeltelijke verlamming links of rechts van het lichaam, slecht of niet kunnen praten en verward praten (afasie). Maar ook onzichtbare gevolgen van hersenletsel die de buitenwereld niet ziet.
verminderd gevoel, verlammingsverschijnselen langs één kant, verlies van spierkracht, scheefstand van de mond, epileptische aanvallen, bewusteloosheid, vergrote pupillen.
Behandelen bloeding ín de hersenen
Aan een bloeding in het hersenweefsel (ICH) is vaak weinig te doen. Het is afwachten tot de bloeding stopt. Wel is het direct nodig om te stoppen met gebruik van bloedverdunners, om de bloeding gemakkelijker te laten stoppen. Je krijgt bloeddrukverlagers als je bloeddruk te hoog is.
Naast centrale pijn kunnen mensen na een beroerte ook pijn hebben als gevolg van lokale problemen (zoals schouderpijn, spasticiteit, blijvende hoofdpijn en spier- of gewrichtspijnen).
Van de mensen met een herseninfarct overlijdt 14% binnen 30 dagen en van de mensen met een intracerebrale bloeding is dat zelfs 50%. Van de mensen die overleeft blijft een aanzienlijk deel afhankelijk van anderen bij het dagelijks functioneren.
"Mensen met hersenletsel raken sneller vermoeid, geestelijk en lichamelijk. Cognitieve taken, zoals concentreren, onthouden en overzicht krijgen, kosten extra energie. Veel mensen zijn gevoeliger geworden voor prikkels, zoals geluid. Ook daar word je moe van", vertelt psycholoog Kim Huygelen.
De essentie van functionele neurologie is het inzetten van de plasticiteit (aanpassingsvermogen) van het brein om herstel op te laten treden. Neuroplasticiteit is dus essentieel voor het herstel van hersenen en zenuwen. Door het brein op de juiste wijze te stimuleren, kan het brein zichzelf herstellen.
De meest voorkomende oorzaak van hersenbloeding is hoge bloeddruk, omdat die de wand van de kleine bloedvaatjes beschadigt. Andere mogelijke oorzaken zijn overmatig alcoholgebruik, aangeboren afwijkingen aan de bloedvaten, hersentumoren en bloedverdunnende behandelingen.
“Mensen die veel zitten hebben veertig procent meer kans binnen drie jaar na hun beroerte te overlijden.” Jaarlijks krijgen zo'n 43.000 mensen een beroerte. Van de mensen die een beroerte overleven, krijgt één derde binnen vijf jaar een nieuwe beroerte of overlijdt.
Bij een herseninfarct raakt een slagader (een bloedvat waardoor bloed naar de hersenen gepompt wordt) verstopt. Hierdoor krijgt een deel van de hersenen geen voeding en zuurstof meer. Dat deel stopt onmiddellijk met functioneren. Als de verstopping te lang duurt, zullen de hersencellen beschadigen en afsterven.
Veel behandelaars denken dat taalproblemen verminderen tot drie maanden na een beroerte, maar dat is niet zo. Pas na zes maanden is er geen duidelijke vooruitgang meer in de taalvaardigheid. In de eerste zes weken herstellen woordbegrip en zinsopbouw en in de eerste drie maanden kan de woordklank verbeteren.
Wat is een herseninfarct? Een herseninfarct, of Cerebro Vasculair Accident (CVA), is een aandoening aan de hersenen. Door een plotselinge blokkade in een ader, krijgt een (klein) deel van de hersenen geen zuurstof. Hoe langer dit duurt, hoe groter de kans is dat er blijvende schade ontstaat.
Dit kan bijvoorbeeld een wandelingetje zijn of een boek lezen. Het kan ook helpen om je mobiele telefoon even weg te leggen. Daarnaast bestaan er veel ontspanningsoefeningen die je kunt volgen. Muziek kan je ook helpen ontspannen; het heeft een aantoonbaar positief effect op de hersenen.
Na een beroerte hebben veel mensen last van vermoeidheid. Ongeveer de helft van de mensen is na 2 jaar nog steeds vaak moe. Het gaat om ongewone en extreme vermoeidheid, lichamelijk maar ook psychisch. U kunt bijvoorbeeld moe zijn terwijl u weinig gedaan heeft.