In de hunebedden vinden archeologen allerlei grafgiften: hun gereedschap en wapens (pijl en boog, bijlen, vuurmaakset, etc.), potten met eten en drinken en sieraden (kralen van tanden, barnsteen, git en fossiel) mee.
In de hunebedden zijn potten, sieraden en wapens gevonden die waarschijnlijk als grafgiften zijn geschonken aan de doden. De grafgeschenken worden meegegeven voor in het hiernamaals, het leven na de dood. De vele potten die zijn gevonden danken hun naam aan de vorm die ze hebben: trechterbekers.
Hunebedden zijn de restanten van stenen grafkelders waarin het boerenvolk dat het noorden van ons land circa 5400 jaar geleden bewoonde, zijn doden bijzette. Vrij algemeen wordt aangenomen dat het massagraven waren, waarin veel generaties een laatste rustplaats kregen.
Het Trechterbekervolk bouwden de hunebedden voor hun overledenen. Als er iemand was overleden, werd hij of zij begraven in een hunebed. Het was een gemeenschappelijk graf, want alle overledenen lagen hier bij elkaar. Soms lagen er wel honderden overledenen bij elkaar begraven in een hunebed.
Een hunebed of dolmen is een megalithische (Oudgrieks: μέγας megas: groot, λίθος lithos: steen) grafkamer uit het neolithicum (4000-3000 v. Chr.) die bestaat uit ten minste drie, maar vaak (veel) meer staande draagstenen, overdekt door een of meer dekstenen.
Toen het ijs weer smolt, zijn de stenen blijven liggen. Dat zijn de grote stenen waarmee de hunebedden zijn gebouwd. We noemen die stenen daarom ook wel zwerfkeien: ze zijn vanuit het Noorden helemaal hierheen gezworven.
Ze zijn gebouwd van zwerfkeien die in de IJstijd naar Drenthe zijn meegevoerd. Hunebedden hebben geen naam, maar wel een nummer. In Drenthe vind je D1 tot en met D54 (D48 bleek toch geen hunebed en D33 is afgebroken). 47 van deze hunebedden vind je langs de Hunebedhighway, de Route 66 van Nederland.
In die tijd was er nog geen landsgrens zoals nu, laat staan een provinciegrens. Op de plekken waar stenen te vinden waren, bouwden ze hunebedden op hogere plaatsen in het landschap. In Drenthe liggen op de Hondsrug de meeste hunebedden, omdat dit gebied hoger ligt en stenen daardoor makkelijker te verzamelen waren.
De hunebedden zoals wij ze kennen zien er heel anders uit dan ze ooit gebouwd zijn. De stenen, soms wel 20.000 kilo zwaar, zijn vermoedelijk eerst op een zelfgebouwde heuvel getrokken.Zo lagen ze hoog boven de grond. Vervolgens werden de zijkanten van de heuvel uitgegraven om de draagstenen te plaatsen.
De hunebedden zijn gebouwd door de mensen van de Trechterbekercultuur in de Nieuwe Steentijd (3400 – 2850 voor Chr.), het waren jagers-verzamelaars-boeren. Deze boeren in Noord-Nederland waren grotendeels afhankelijk van de jacht en het verzamelen.
Datering: De hunebedden (de dolmen en de ganggraven) zijn gebouwd tussen 3350 en 3050 v. Chr., tijdens de Horizonten 1-4 ( zie Brindley), of de Drouwen-fase. Zij zijn toen en tijdens de Vroege Havelte-fase (Horizont 5, 3050-2950 v. Chr.)
Als er een hunebedden-'Book of Records' bestond, dan stond dit hunebed op nummer één. Het is het grootste (meer dan 22 meter lang), heeft de zwaarste deksteen van allemaal ( 20.000 kilo) en is als allereerste opgegraven (in 1685). Waarschijnlijk is het ook het drukst bezochte hunebed van allemaal.
D27 Borger
Dit hunebed bevindt zich pal naast het Hunebedcentrum en is met zijn lengte van 22,5 meter, 9 dekstenen op 26 draagstenen en 2 sluitstenen en een complete poort het grootste hunebed van Nederland. En ook het meest complete en zonder twijfel ook het meest fotogenieke.
De hunebedbouwers zagen er niet veel anders uit dan wij, maar waren wel kleiner: tussen de 155-165 centimeter. De mensen zullen een lichte huid hebben gehad met blond of bruin haar en blauwe ogen. Onze hunebedbouwers – de eerste boeren in het noorden van Nederland.
De hunebedden zijn de oudste, zichtbare archeologische monumenten van Nederland. Het zijn de collectieve grafmonumenten van een prehistorische boerencultuur. Deze dankt haar naam, 'Trechterbekercultuur', aan de karakteristieke vorm van het aardewerk dat in grote hoeveelheden in de hunebedden is aangetroffen.
De hunebedden in Nederland zijn megalithische grafheuvels gebouwd in de nieuwe steentijd, het Neolithicum, van 3450 tot circa 3250 v. Chr., maar ze zijn gebruikt tot circa 2850 v. Chr. Dit valt onder andere af te leiden uit het gebruikte aardewerk, waaronder de gedurende de gehele periode gebruikte trechterbeker.
De Nederlandse hunebedden zijn gebouwd door de mensen van de Trechterbekercultuur. Dit was tussen 3.400 en 3.200 voor Christus. Naar de menselijke resten onder de hunebedden is geen onderzoek meer te doen, want die resten zijn vergaan in de loop der tijd.
Oog in Oog met de Hunebedbouwers
D27 ligt op openbaar terrein en is gratis te bezoeken. Je hoeft hiervoor dus geen entreebewijs van het Hunebedcentrum aan te schaffen. Toch zien we dat de meest gestelde vraag van de bezoekers is hoe de hunebedbouwers in staat waren om zo'n monument te bouwen.
Hunebedden zijn het symbool van de provincie Drenthe. Ze werden 5000 jaar geleden door boerenstammen gebouwd. 54 van deze graven hebben de tand des tijds doorstaan. Ieder hunebed is een tombe gemaakt van enorme, massieve stenen.
De hunebedden in Nederland stonden ooit in de provincies Drenthe, Groningen en Overijssel. Heden ten dage staan er daarvan nog 53 op hun originele locatie: 52 in Drenthe, en één in Groningen.
In de IJstijd, zo 90.000 jaar geleden, was het Noorden van Europa helemaal met ijs bedekt. Met dat ijs kwamen ook veel zand en stenen uit Noorwegen en Zweden mee. Toen dat ijs na duizenden jaren smolt, bleven de stenen liggen. We noemen die stenen, zwerfkeien.
Verzamelen van de stenen in de omgeving van het hunebed. Tot een uur lopen (5 kilometer) werd er gezocht naar geschikte stenen. Deze stenen werden verplaatst met rollers of een slede en touwen door de hunebedbouwers.
Naast het Hunebedcentrum, in Borger, ligt D27, met zijn 22,6 meter het grootste hunebed van Nederland. De grootste steen die ooit in een Nederlands hunebed is verwerkt, ligt hier (schatting 20.000 kilo).