Een woordgroep is een opeenvolging van woorden die bij elkaar horen, maar die niet samen één woord vormen (ronde tafel, een heel mooi boek). Een samenstelling is een woord dat bestaat uit twee delen die beide ook zelfstandig kunnen voorkomen (keukentafel = keuken en tafel).
Een zin kan uit één of meer bijzinnen bestaan.Een woordgroep is een groep woorden die geen eindig werkwoord heeft.
Woordgroepen zijn combinaties van woorden die bij elkaar horen in een grammaticaal verband (bijvoorbeeld in een zin) maar niet één woord vormen. Tussen de delen van een woordgroep komt een spatie.
Citeer een ZINSGEDEELTE: Je citaat loopt ZEKER NIET van hoofdletter tot punt. Citeer een TEKSTDEEL of TEKSTFRAGMENT: Je citaat bestaat uit meerdere zinnen. Citeer een WOORDGROEP: Je kiest nu (minstens twee) woorden die bij elkaar horen. Mogelijk gebruikt de examenmaker nog andere woorden dan deze.
Je kunt in het Nederlands eindeloos veel samenstellingen maken. Dit kun je doen met zelfstandig naamwoorden, bijvoeglijke naamwoorden, werkwoorden en afleidingen. De hoofdregel is dat samenstellingen altijd aan elkaar worden geschreven.
Simpele regel: altijd aan elkaar
Samenstellingen (woorden uit twee of meer zelfstandige naamwoorden) schrijf je altijd aan elkaar, zonder spaties dus. Het is bijvoorbeeld autoverzekering en niet auto verzekering. Ook langere woorden schrijf je aan elkaar, tenzij er verwarring ontstaat.
Een zin is een groep woorden die samen in een zin werken, maar geen onderwerp of werkwoord bevatten . Vaak worden zinnen gebruikt voor beschrijvingen van mensen, dingen of gebeurtenissen. Voorbeelden: Vol vreugde sprong het meisje op en neer. De man met het rode jasje is mijn vader.
Citeren is het letterlijk kopiëren van andermans woorden. Dit kan een zinsdeel, een zin of een alinea zijn. Hierbij is het belangrijk dat je de geciteerde tekst tussen aanhalingstekens plaatst en dat je correct verwijst naar de originele auteur(s) in de tekst en in de literatuurlijst.
Er is een verschil tussen enkele en dubbele aanhalingstekens. Met dubbele geef je vaak "een citaat weer"; met enkele markeer je bijvoorbeeld woorden die je niet in de 'letterlijke' betekenis gebruikt.
De kernzin van een alinea is de zin die de hoofdgedachte van de alinea bevat. Vaak is de eerste zin van de alinea de kernzin, maar ook de tweede zin of de laatste zin van de alinea kan kernzin zijn. Een enkele keer staat de kernzin in het midden van de alinea.
Zinsdelen zijn woorden of woordgroepjes binnen de zin die bij elkaar horen. Een zinsdeel kan uit 1 woord bestaan, maar ook uit meerdere woorden. Als je de volgorde van de zin verandert, blijven die woordgroepen altijd bij elkaar. Ieder zinsdeel heeft bovendien zijn eigen taak.
Het woord koffiedrinken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Voorbeeld: De woorden 'en', 'ook', 'ten eerste', 'vervolgens' wijzen op een opsomming. De woorden 'bijvoorbeeld', 'zoals', 'zo', 'ter illustratie' wijzen op een voorbeeld.
Een zin is een verzameling woorden die een onderwerp en een gezegde bevatten en die gebruikt kunnen worden om een complete gedachte uit te drukken. Bijvoorbeeld, Birds fly is een zin. Een zin is een groep woorden die geen onderwerp en gezegde heeft. Een zin kan niet op zichzelf staan en drukt geen complete gedachte uit.
Een woordgroep is een opeenvolging van woorden die bij elkaar horen, maar die niet samen één woord vormen (ronde tafel, een heel mooi boek). Een samenstelling is een woord dat bestaat uit twee delen die beide ook zelfstandig kunnen voorkomen (keukentafel = keuken en tafel).
Wanneer u een zin schrijft, is een clausule een complete gedachte die een onderwerp en een werkwoord bevat. Een frase is een groep woorden die de onderwerpen en objecten in de zin wijzigt om extra informatie te geven, maar het is geen complete gedachte.
Er zijn geen vaste regels voor het gebruik van enkele of dubbele aanhalingstekens. Tegenwoordig krijgen enkele aanhalingstekens meestal de voorkeur. Aanhalingstekens geven aan dat woorden letterlijk geciteerd worden. Ze worden ook gebruikt om de betekenis van een woord of uitdrukking te omschrijven.
Dubbele aanhalingstekens worden gebruikt voor directe citaten en titels van composities zoals boeken, toneelstukken, films, liedjes, lezingen en tv-programma's. Ze kunnen ook worden gebruikt om ironie aan te geven en een onbekende term of bijnaam te introduceren. Enkele aanhalingstekens worden gebruikt voor een citaat binnen een citaat .
Vaak wordt de Engelse term parentheses gebruikt als wordt gesproken over een zin(sdeel) dat tussen haakjes staat. Een tekst kan tussen haakjes worden gezet om extra informatie aan een zin toe te voegen of om correct naar bronnen te verwijzen in een academische tekst.
Gebruik het beletselteken (de drie puntjes ...) om een onderbreking in je tekst aan te geven. Je geeft hiermee bijvoorbeeld aan dat de lezer zelf de zin moet aanvullen, wat in een wetenschappelijke tekst vaak te veel ruimte voor interpretatie overlaat.
De APA-stijl is een uitgebreide handleiding voor het schrijven van wetenschappelijke teksten. APA staat voor de American Psychological Association, maar de richtlijnen worden ook toegepast in andere vakgebieden. Een belangrijk onderdeel van de APA-stijl zijn de richtlijnen voor literatuurverwijzing en bronvermelding.
een groep woorden, meestal met een werkwoord, die een gedachte uitdrukt in de vorm van een verklaring, vraag, instructie of uitroep en begint met een hoofdletter wanneer geschreven : Hij is erg ongeduldig en onderbreekt me altijd halverwege de zin. Je conclusie is goed, maar de laatste zin is te lang en ingewikkeld.