Een 'natte' stem (een pruttelend stemgeluid of borrelende ademhaling). Ongewenst gewichtsverlies of tekenen van uitdroging. Regelmatig ontstekingen van de longen of luchtwegen. Zuurbranden, opboeren of eten opgeven.
U herkent een slikstoornis aan de volgende verschijnselen:
U heeft het gevoel dat er eten, drinken of medicijnen in uw keel of slokdarm blijft steken. Er blijven voedselresten achter in uw mond. Kauwen of slikken doet pijn. Uw stem klinkt na het eten en/of drinken borrelig (nat).
Slikken en verslikken
Slikken doen we zeer vaak; zo'n 3000 keer per dag. Naast het doorslikken van eten en drinken, slikken we ons speeksel weg. Overdag doen we dit zo'n twee keer per minuut, 's nachts een keer per minuut. Slikken is voor een groot deel een reflexmatig proces.
Als u zich (vaak) verslikt, kan voedsel in uw longen terecht komen. Hierdoor kunt u een longontsteking krijgen. Rijnstate heeft een multidisciplinair slikteam om slikstoornissen te onderzoeken. Bij onbegrepen klachten kan nader onderzoek diagnostische informatie opleveren.
Slikproblemen herkennen
Verslikken, hoesten, kuchen tijdens het eten of drinken. Speeksel, eten of drinken loopt uit de mond. Moeite met het bewegen van de tong of met het kauwen. Moeite met het inzetten van een slikbeweging.
Stress en angst kunnen ook leiden tot problemen met het eten en drinken. Slikstoornissen hebben zowel lichamelijke als sociale gevolgen. Lichamelijke gevolgen zijn bijvoorbeeld verslikken, moeite met kauwen, het blijven hangen van voedsel of ongewenst gewichtsverlies.
Slikproblemen komen vooral voor bij spierziekten, na een beroerte, bij de ziekte van Parkinson, bij afwijkingen van de slokdarm en na behandeling van kanker in de mond of keel. Slikproblemen kunnen vanzelf weer over gaan. Behandeling is lang niet altijd nodig.
Misschien kan er dan ook iets aan gedaan worden. Het is goed om naar de huisarts te gaan als één (of meer) van de volgende beweringen voor jou geldt: Je hoest (opeens) veel en vaak, en voelt je benauwd. Je hoest veel of vaak, en dit duurt langer dan 3 weken.
Slikken doen we zeer vaak: speeksel wordt overdag twee maal per minuut weggeslikt en tijdens slaap ongeveer eenmaal per minuut. Slikken lijkt eenvoudig, maar is in werkelijkheid een zeer ingewikkeld samenspel van diverse spieren en zenuwen. Hierbij spelen timing, coördinatie, gevoel en spierkracht een grote rol.
Overleven zonder tong is erg moeilijk, omdat het orgaan nodig is om te kauwen en slikken.
Het is mogelijk dat er toch voedsel in de longen terechtkomt. Dit kan gebeuren als u: niet voelt dat er eten en drinken 'het verkeerde keelgat' in gaat; moeite heeft met hoesten of als u niet meer kunt hoesten.
Bij pijn bij slikken is er sprake van een irritatie van de slijmvliezen in de keel. Dit geeft vaak een pijnlijk gevoel in de keel. Vaak gaat het slikken en spreken wat lastiger. Bij heftigere keelpijn kan er sprake zijn van een keelontsteking, waarbij meer klachten en ook koorts of opgezette klieren kunnen ontstaan.
stille aspiratie: als de hoestreflex uitblijft of niet krachtig genoeg is, komt voedsel of drank terecht in de luchtweg. Keelschrapen, kuchjes, ademnood en borrelende stem na het slikken kunnen signalen zijn van stille aspiratie.
Normaal gaat het slikken automatisch en vanzelf zonder dat we erbij nadenken. Bij het slikken zijn veel spieren betrokken, maar ook hersenzenuwen. Door een goede samenwerking tussen de spieren en zenuwen kunnen we slikken zonder problemen. Dat doen we gemiddeld 600 keer per dag.
Slikproblemen ontstaan door een verminderde functie van de mond- en/of keelspieren. kunnen het gevolg zijn wanneer verslikken erg vaak voorkomt. Door COVID-19 kunt u (ernstig) verzwakt en benauwd zijn. Dit heeft gevolgen voor de kwaliteit en veiligheid van uw slikfunctie.
De zitpositie is de beste houding om goed te kunnen slikken. Hoofd, nek, mond, tong, keel, kaken, strottenhoofd en slokdarm werken in deze houding het beste met elkaar samen. Het slikken verloopt op deze manier snel. Men slikt ongeveer 600 keer gedurende een dag en een nacht.
Goed nieuws: volgens een onderzoek dat is gepubliceerd in het wetenschappelijke magazine Scientific American, eten we er geen één. Nul spinnen per jaar. En deze onderzoekers kunnen het weten, want ze deden er namelijk meerdere jaren over om erachter te komen.
Klopt het ook? Nee. Dat is het kortste antwoord dat we kunnen geven. Het inslikken van een spin tijdens de slaap is iets dat hoogst zelden gebeurt.
Geen enkele spin kroop zijn mond in. Diana legt in de video uit dat je adem al voldoende is om je mond the mijden. Ook onze hartslag, de trillingen in onze ademhaling, het snurken en eventuele praten wat we doen in onze slaap houden spinnen niet van.
Mensen met beginnend COPD hoesten veel. Het begint vaak met een zogeheten 'rokershoestje'. Daarbij wordt nogal eens slijm opgehoest. Sommigen hebben ook last van kortademigheid of een piepende ademhaling tijdens inspanning.
Overdag staan of zitten we vaak rechtop, maar 's avonds belanden we vaak gestrekt op de bank en liggen we uiteindelijk plat in bed. Als de luchtwegen dan geïrriteerd raken, kan dit ontstane slijm zich gemakkelijk achterin de keel ophopen, waardoor er flink gehoest moet worden om de weg weer vrij te malen.
Een longontsteking kun je aan de volgende klachten herkennen: kortademigheid. hoesten. eventueel ophoesten van geel, groen of bruin slijm.
Een behandeling is vaak niet nodig. Vaak is het voldoende dat mensen gerustgesteld worden dat er geen ernstige oorzaken voor overmatig slijm in de keel zijn. De klacht verdwijnt hierna vaak geleidelijk vanzelf, met af en toe nog opspelen van de klacht. Na verloop van weken tot maanden is het vaak definitief verdwenen.
Mensen met een dysfagie ten gevolge van een spierziekte kunnen moeite hebben met het kauwen doordat de spieren snel vermoeid raken. Door vermoeidheid kunnen de spieren achterin de keel het voedsel ook niet goed in de richting van de slokdarm transporteren.