Een morele vraag is in zijn formulering neutraal. Een vraag als “Mag Jan misbruik maken van zijn macht als baas door Piet op cursus te sturen?” is al veroordelend over Jan door het woord misbruik dat een afkeuring inhoudt.
Morele vraag formuleren
Belangrijk: de vraag moet met ja of nee te beantwoorden zijn en zo precies mogelijk zijn. Van belang is dat duidelijk is welke behandelingen of handelingsmogelijkheden ter discussie staan en mogelijk zijn. De formulering moet heel precies gebeuren.
Een moreel (of ethisch) dilemma ontstaat als er een botsing is tussen verschillende morele waarden. Het kiezen voor de ene waarde gaat dan ten koste van de andere waarde.
Morele vragen zijn vragen die gaan over hoe te leven; hoe we moeten handelen om het leven waardevol / goed te maken. Of zoals sommigen auteurs zeggen: over wat deugt en wat niet deugt. In onderstaande lijst gaat het dus over wat goed handelen is of zou zijn op je werk.
Bij een dilemma gaat het erom dat je moet kiezen tussen twee kwaden. Je wordt gebeten door de hond of door de kat. Vaak is het een keuze tussen geld en principes, tussen commercie en vaktechniek. Kies je voor het tevredenstellen van je klant, of kies je toch voor het vaktechnisch juiste, maar verlies je de klant.
Er is sprake van een moreel dilemma als men moet kiezen tussen twee of meer met elkaar in strijd zijnde principes of belangen. Bijvoorbeeld als de verpleegkundige merkt dat een cliënt1 behoefte heeft om te praten over de pas overleden partner en dit niet binnen de zorgindicatie past.
'Moraal' is het geheel van waarden en normen dat voor een persoon of een groep van belang is. 'Ethiek' is het systematisch nadenken over die moraal. Ethiek bestudeert en analyseert dus de moraal. Dit analyseren doe je door waarden en argumenten te ordenen en te beoordelen.
Moraal (of zeden) is de opdeling van de handelingen (ofwel gedragingen), in een gegeven (voorgestelde of bestaande) maatschappelijke context, in handelingen welke correct zijn of als wenselijk worden gezien en welke niet.
Iemand heeft volledig moreel besef ontwikkeld als hij goed van kwaad kan onderscheiden. Dat onderscheid kan hij bedenken, voelen en hij kan ernaar handelen.
Moreel is de geestesgesteldheid, geestelijke weerbaarheid, moed, werkkracht of strijdlust die in moeilijke omstandigheden door een individu of groep wordt getoond. Moreel betekent zedelijke kracht, zedelijke moed, zelfvertrouwen of de wil om door te zetten.
Wat is een ethisch dilemma? Wanneer verschillende waarden met elkaar botsen – bijvoorbeeld vrijheid en veiligheid – is er sprake van een ethisch dilemma. Bij een dilemma 'schuurt' de kwestie of het dilemma bovendien vaak tussen verschillende betrokkenen. Iedereen heeft namelijk ook weer zijn eigen waarden.
Je kunt een dilemma omschrijven als: een situatie met een of/of karakter ( ingrijpen of niet ingrijpen); aan beide mogelijkheden zitten negatieve consequenties, beide mogelijkheden lijken niet goed; het geheel heeft een dwingend karakter; je moet een keuze maken, of het een, of het ander; niets doen is ook een keuze.
Soorten dilemma's: Er zijn diverse soorten dilemma's. De belangrijkste soorten zijn: persoonlijke dilemma's, bedrijfseconomische dilemma's, maatschappelijke dilemma's, duivelse dilemma's en tot slot morele dilemma's. Persoonlijke dilemma's Persoonlijke dilemma's zijn lastige keuze die in het privéleven gemaakt worden.
De moraal van een verhaal is de diepere betekenis van een tekst. Deze staat er vaak niet letterlijk in, maar is de belangrijke boodschap die de schrijver van een verhaal aan jou over probeert te brengen.
Kenmerken van een ethisch dilemma zijn: Je moet kiezen uit twee of meer keuzes. Het onderwerp gaat over waarden en normen. Je hebt de keus uit oplossingen die ongewenst zijn (voor cliënt, medewerker, organisatie) of niet ideaal zijn.
Waarden zijn algemene principes die als richtinggevend voor een bepaalde praktijk worden gezien. Waarden geven dus richting aan het handelen. Morele waarden in de gezondheidszorg zijn bijvoorbeeld eerlijkheid, weldoen, vertrouwen, privacy, respect voor autonomie, niet-schaden en rechtvaardigheid.
Morele overtuigingen maken deel uit van iemand zijn moraal. Morele overtuigingen verwijzen naar de opvattingen die iemand heeft over wat goed en kwaad is, wat men wel en niet behoort te doen. Ze verwijzen naar de criteria die men hanteert bij het morele oordelen.
Voorwaarde voor de morele ontwikkeling
Om een goed moreel besef te hebben is het nodig dat een persoon zich verantwoordelijk voelt voor het eigen gedrag, goed van kwaad kan onderscheiden en zich kan verplaatsen in een ander en ook kan invoelen hoe een ander zich kan voelen bij een situatie.
Bij moreel redeneren wordt er geprobeerd om morele waardeoordelen ('moral value judgments') vast te stellen. Niet elk waardeoordeel drukt een moreel waardeoordeel uit. Als er gezegd wordt: 'onze koningin kleedt zich mooi', is het een waardeoordeel, maar niet moreel.
Een moraal is een antwoord op de vraag 'wat is goed gedrag? ' “Je mag niet stelen” zou een voorbeeld kunnen zijn van een moraal. Andere voorbeelden zijn: “je moet zorgen voor zieke mensen” en “je mag niet pesten”.
Moreel of moraal is datgene wat we als goed gedrag zien. Dit betekent niemand doden, maar ook niet stelen of iemand opzettelijk kwetsen. Het tegenovergestelde van moreel is immoreel, waarbij het handelen of gedrag tegen de ethiek in gaat.
Persoonlijk moraal: hiermee worden de normen en waarden van een persoon of een groep personen bedoeld. Individuele moraal: wanneer het over de normen en waarden van één persoon gaat. Groepsmoraal: in groepen kunnen ook bepaalde moralen heersen.
Ethiek in het dagelijks (vrije) leven
Veel ervaringen geven we namelijk een morele kleuring. Over onze eigen handelingen of handelingen van anderen vellen we dan, vooraf of achteraf, een moreel oordeel. We spreken dan in termen van moeten of behoren.
Redenen op collectief niveau
Fatsoenlijkheid en moreel verantwoord handelen vormen de olie tussen de maatschappelijke raderen. Ze vergroten de mate waarin andere burgers voorspelbaar zijn en laten daardoor sociale contacten soepeler verlopen.
De formele betekenis van het woord karakter refereert aan de combinatie van iemands mentale en morele kwaliteiten. Centraal staan iemands ideeën over wat goed en slecht gedrag is, over wat zonden en deugden zijn. Moreel karakter gaat over zaken als integriteit, doorzettingsvermogen, incasseringsvermogen en nederigheid.