Een monopolist heeft over het algemeen controle over meerde delen van een markt, van grondstoffen tot het eindproduct. Doordat er geen concurrentie is, heeft de consument geen keus tussen verschillende producten en kan de monopolist zelf de prijs en kwaliteit van zijn product bepalen.
Feitelijk monopolie: er is sprake van een feitelijk monopolie als één bedrijf alle concurrenten uit de markt heeft gewerkt, met behulp van een technologische voorsprong of een patent of octrooi (= wettelijk alleenrecht om gedurende een bepaalde tijd een product te maken). Denk hierbij bijvoorbeeld aan medicijnen.
Soms lijken producten veel op elkaar, en soms minder. Ook kan het zijn dat er op bepaalde markten veel concurrentie is en op andere markten weinig tot geen. Hierdoor ontstaan er verschillende marktvormen: de volkomen concurrentie, monopolistische concurrentie, oligopolie en monopolie.
Er zijn vier marktvormen: volkomen concurrentie, monopolistische concurrentie, oligopolie en monopolie.
Wat zijn voorbeelden van een monopolie? We kennen in Nederland een aantal monopolies en in de meeste gevallen zijn dit staatsmonopolies, denk bijvoorbeeld aan Prorail, een bedrijf dat door de overheid beheerd wordt en verantwoordelijk is voor het beheer van de treinsporen in Nederland.
Een markt is een plek waar kopers en verkopers elkaar kunnen ontmoeten om de uitwisseling of transactie van goederen en diensten te vergemakkelijken . Markten kunnen fysiek zijn, zoals een winkel, of virtueel, zoals een e-retailer. Andere voorbeelden zijn illegale markten, veilingmarkten en financiële markten.
Er zijn vijf hoofdtypen markten : consumenten, bedrijven, instellingen, overheden en wereldwijd. Consumentenmarkten bieden vrijheid over productontwerp en hebben een grote en diverse klantenbasis.
Elk extra verkocht product levert dezelfde opbrengst op, ook wel marginale opbrengst (MO). Daarom geldt bij deze marktvorm: P = GO = MO.
Een andere marktvorm is monopolie, hierbij is er 1 aanbieder en die beheerst tenminste 80% van de markt. Kenmerken van een monopolie zijn verder dat er veel vraag is en dat het product homogeen is. Een voorbeeld van een monopolie is NS, zij zijn de enige die reizen per trein aanbieden in Nederland.
Het bedrijf is de enige producent van de goederen of diensten en er zijn geen andere vervangers. Voorbeelden van pure monopolies zijn Microsoft (Windows) op de softwaremarkt en de United States Postal Service (USPS) . Een puur monopolie kent aanzienlijke toetredingsdrempels, die economisch, juridisch of technologisch van aard kunnen zijn.
monopolie:
liën, -s), alleenhandel. als trefwoord met bijbehorende synoniemen: monopolie (zn) : alleenrecht.
Monopolies controleren het grootste deel of alle marktaandeel in een industrie of sector. Tot de meest opvallende monopolies in de Amerikaanse geschiedenis behoren Standard Oil , American Tobacco, US Steel en AT&T.
De NS heeft een monopolie op vrijwel het gehele Nederlandse spoor. Een doorn in het oog van concurrerende vervoersbedrijven, die de markt willen openbreken.
Er zijn twee soorten monopolies, gebaseerd op de soorten toetredingsdrempels die ze uitbuiten. De ene is natuurlijk monopolie, waarbij de toetredingsdrempels iets anders zijn dan een wettelijk verbod.De andere is legaal monopolie, waarbij wetten concurrentie verbieden (of ernstig beperken) .
De maximale winst voor de producent bij monopolistische concurrentie is een winst van nul.
Waarom is MO = MK maximale winst? MO = MK betekent dat de opbrengst van een extra product gelijk is aan de kosten van dat product. Hierdoor neemt de winst niet verder toe als er meer wordt geproduceerd. Dit punt markeert de optimale productieomvang waarbij de winst maximaal is.
De marginale opbrengsten kun je berekenen door de extra totale opbrengsten te delen door het aantal extra verkochte producten. Voor een overzicht voor alle variabelen zoals deze, ga naar het overzicht.
De totstandkoming van de marktprijs hangt af van het samenspel van vraag en aanbod; hoe hoger de prijs, hoe minder producten de consumenten bereid zijn te kopen.Hoe lager de prijs, hoe meer ze willen kopen. De vraagcurve heeft daarom een dalend verloop.
De derde markt betreft beursgenoteerde effecten die over-the-counter worden verhandeld tussen niet-beursgenoteerde brokers en institutionele beleggers. Over-the-counter (OTC) transacties vinden plaats tussen twee partijen zonder dat er een aandelenbeurs is. De vierde markt betreft OTC-transacties tussen particuliere instellingen.
markt, een middel waarbij de uitwisseling van goederen en diensten plaatsvindt als gevolg van kopers en verkopers die met elkaar in contact staan, hetzij rechtstreeks, hetzij via bemiddelende agenten of instellingen . Markten zijn in de meest letterlijke en directe zin plaatsen waar dingen worden gekocht en verkocht.
De Haagse Markt of Haagse Mart is de grootste markt van Nederland, gelegen in Den Haag op de scheidslijn van de wijk Transvaal en de Schilderswijk. Volgens de gemeente is het een van de grootste markten van Europa. Het marktgebied ligt aan de Herman Costerstraat, tussen het Hobbemaplein en de Hoefkade.
Fysieke markten - Fysieke markten zijn een opstelling waar kopers de verkopers fysiek kunnen ontmoeten en de gewenste koopwaar van hen kunnen kopen in ruil voor geld . Winkelcentra, warenhuizen en detailhandelszaken zijn voorbeelden van fysieke markten.