Een leerstoornis is een probleem dat zich voordoet tijdens de prille kinderjaren in het leren van vaardigheden, zoals lezen, schrijven, rekenen, spreken, taal en zelfs bewegingen (motorische vaardigheden).
De meest voorkomende leerstoornissen zijn dyslexie en dyscalculie. Maar er bestaat ook dysgrafie en dyspraxie, deze komen echter minder vaak voor. Maar denk ook eens aan faalangst, ADHD, het Syndroom van Asperger en PDD-nos.
Tussen deze twee is er een duidelijk verschil. Zo heeft een kind leermoeilijkheden als het moeilijk kan volgen op school. De oorzaak kan liggen bij het kind zelf of in de omgeving. Leerstoornissen zijn problemen die specifiek het lezen, spellen en rekenen moeilijker maken.
Een leerstoornis wordt veroorzaakt door interne factoren, zoals de aanleg of een rijpingsstoornis van het centrale zenuwstelsel. Voorbeelden hiervan zijn bijvoorbeeld een hoge of juist hele lage intelligentie en stoornissen zoals dyslexie, dyscalculie, ADHD, ADD, syndroom van Asperger, PDD-NOS en DCD.
Leerstoornissen kunnen een ingrijpend effect hebben op de persoon in kwestie. Vaak vertonen kinderen met een leerstoornis secundaire (bijkomende) gedragsproblemen, bijvoorbeeld depressie, faalangst, agressie.
Een kind kan een leerachterstand hebben als het ten opzichte van de gemiddelde leerling achterloopt op bijvoorbeeld lezen, spelling of rekenen. Leerkrachten kunnen een leerachterstand signaleren door observaties, methodetoetsen en leerlingvolgsysteem-toetsen.
Lichamelijke klachten
Ze kunnen onrustig zijn, veel zweten, snel blozen of last hebben van hartkloppingen, hyperventilatie en een droge mond. Je ziet ook wel pubers met faalangst die gaan stotteren, trillende handen hebben, oogcontact vermijden of vaak naar de wc moeten.
Wanneer je langere tijd problemen hebt met leren, zelfs na extra begeleiding op school, kan het zijn dat je een leerstoornis hebt. Je hebt moeite om zaken aan te leren. Er zijn verschillende leerstoornissen: Dyslexie: je hebt moeite met lezen en spellen, zie hiervoor zorgpad dyslexie.
Soms heeft een kind een probleem in het taalsysteem. Dit kan dysfasie zijn. Dysfasie is een neurologische stoornis in de spraak-taalontwikkeling: het kind begrijpt meestal veel meer van wat anderen zeggen dan het zelf kan zeggen. Dysfasie komt best vaak voor, ook de ernstige vormen.
De dyslexie zal nooit helemaal overgaan. Het is aannemelijk dat de leerling nog steeds in aanmerking komt voor ondersteuning op niveau 2, en wellicht ook op niveau 3. Met de behandelaar kan worden afgestemd over de manier van oefenen en welke materialen daarvoor geschikt zijn.
Naast het niveau van lezen en spellen wordt ook gekeken naar een aantal factoren, die de gesignaleerde lees- en spellingproblemen kunnen verklaren. De taken die worden afgenomen meten onder andere fonologische vaardigheden, snel benoemen en kennis van de letter-klankkoppelingen.
We spreken van gedragsproblemen als: een kind zich dwars en opstandig gedraagt, gauw geprikkeld is en driftig wordt, anderen ergert, antisociaal gedrag vertoont (zoals liegen of stelen) of zich agressief gedraagt. het kind, de ouders of de omgeving er nadelige gevolgen van ondervinden.
Dyscalculie is, net als dyslexie, een leerstoornis. Mensen met dyscalculie hebben hardnekkige rekenproblemen. Hardnekkig betekent dat de rekenproblemen niet over gaan met wat extra instructie en oefenen.
In Vlaanderen heeft zo'n 5 procent van de leerlingen dyscalculie, een rekenstoornis. Deze kinderen worstelen met alle aspecten van de wiskunde.
Met voeding en supplementen kun je ook heel veel doen om je systeem rustiger te krijgen. Er zijn allerlei testjes om uit te zoeken welke disbalans iemand heeft. Gaba bijvoorbeeld is een kalmerende neurotransmitter die veel mensen met ADHD tekort komen, dus een supplement kan rustgevend werken.
Kenmerken ADHD
De kenmerken van ADHD zijn te verdelen in 3 gebieden: aandachtsproblemen, hyperactiviteit en impulsiviteit.
Wat is dyspraxie? Dyspraxie of DCD (developmental coordination disorder) is een (neurobiologische ontwikkelings-) stoornis van de motoriek, die niet verwant is aan lichamelijke stoornissen zoals cerebrale parese of stoornissen van de intelligentie zoals een geestelijke beperking.
Een gedragsstoornis is aangeboren en niet te genezen; iemand vertoont gedrag dat voortkomt uit een aandoening, zoals autisme, ADHD, een verstandelijke beperking of een persoonlijkheidsstoornis. Een gedragsstoornis kan voorkomen bij kinderen, jongeren en volwassenen.
Een psycholoog zou jou goed kunnen helpen om jouw faalangst te overwinnen. Cognitieve gedragstherapie is bijvoorbeeld een therapievorm die effectief kan zijn bij faalangst. Samen met een psycholoog kijk je naar hoe gedachten jouw gedrag beïnvloeden.
Ze denken negatief over zichzelf en presteren daardoor vaak onder hun niveau. Hierdoor worden zij bevestigd in het negatieve beeld dat ze van zichzelf hebben en kan een negatieve spiraal ontstaan. Hetzelfde kan gebeuren bij faalangst in sociale situaties.
Faalangst kan veel oorzaken hebben. Hoewel faalangst waarschijnlijk ook erfelijk is, kunnen kinderen faalangst ontwikkelen door onzekerheid, een reeks vervelende gebeurtenissen op school of problemen thuis. Ook een stoornis als dyslexie kan een aanleiding zijn om faalangstig te worden.