Hypomanie is een lichte vorm van manie. Evenals bij een manie treden hyperactiviteit, overmatige vreugde, impulsiviteit of prikkelbaarheid op, maar het contact met de realiteit gaat niet verloren en er treden ook geen psychotische symptomen op (zoals wanen en hallucinaties).
Je hebt een opgeblazen gevoel van eigenwaarde. Je hebt minder behoefte aan slaap. Vaak voel je je na een paar uurtjes in bed al helemaal uitgerust. Je bent spraakzamer dan gebruikelijk.
Bij een observator roept dit als (hypo)manisch te omschrijven gedrag een gevoel van hilariteit op, althans in eerste instantie. Dit gevoel ontstaat enerzijds door de neiging van de patiënt de persoonlijke grenzen van de observator te overschrijden en anderzijds als gevolg van de context waarin dit gedrag optreedt.
Bij een hypomane periode houdt deze minstens vier dagen aan. Anders dan bij een manische episode, is een hypomane episode niet ernstig genoeg om duidelijke beperkingen in het sociaal of beroepsmatig functioneren te veroorzaken. Ook is ziekenhuisopname niet noodzakelijk, en zijn er geen psychotische verschijnselen.
Verschil tussen manie en hypomanie
In een manische periode wordt je dagelijks functioneren vaak verstoord, omdat je het zicht op de realiteit kwijt bent. We spreken van een hypomanie als de klachten milder zijn en er geen problemen in het functioneren ontstaan. De omgeving ziet doorgaans ook geen afwijking.
Hoewel een eerste episode op elke leeftijd kan optreden, begint de stoornis meestal tussen het 15e en 24e jaar. Dit is voor mannen en vrouwen gelijk.
In een manische periode bent u veel opgewekter, actiever en zelfverzekerder dan u gewend bent. Of u voelt zich opgejaagd, doet dingen zonder er goed over na te denken en wordt sneller boos dan normaal. In een depressieve periode bent u somber en passief. U voelt zich waardeloos en heeft geen energie om dingen te doen.
Manie is een periode van overdreven opgewektheid, waarbij men de realiteit uit het oog verliest. Soms kunnen ingrijpende gebeurtenissen, zoals een bevalling of het overlijden van een naaste, een manie uitlokken. Vaak worden perioden van manie afgewisseld met perioden van depressie.
Zonder behandeling gaan beide stoornissen meestal vanzelf over, maar vooral depressies kunnen vele maanden, soms zelfs jaren voortduren. Bij een manie kunt u lichamelijk helemaal uitgeput raken. Dat kan soms levensgevaarlijk zijn. Een depressie is een belangrijke oorzaak van zelfmoordpogingen en zelfmoord.
Een manie ontstaat soms als begeleidend verschijnsel van een hersenstoornis zoals een hersenkneuzing, een gezwel, slagaderverkalking van de hersenvaten, ontsteking, vergiftiging of verslaving. De oorzaak van dergelijke manieën is onbekend.
Deze symptomen kunnen zowel voorkomen in een manische als in een hypomanische episode. Vaak zijn ze in een manie wel sterker aanwezig. Een hypomanische episode gaat soms ook onopgemerkt voorbij.
Een bipolaire stoornis heeft veel weg van een borderline stoornis, maar de twee persoonlijkheidsstoornis zijn wel verschillend. Een van de grootste verschillen is dat bij een bipolaire stoornis de stemmingsveranderingen een stuk langer duren (weken tot maanden) dan bij een borderline stoornis (uren tot dagen).
Een bipolaire stoornis type II wordt gesteld als iemand tenminste een keer een hypomanie heeft doorgemaakt, en een keer een depressieve episode, en nog nooit een manische episode heeft doorgemaakt.
Bij een bipolaire stoornis ervaart iemand uitersten in stemming en activiteit. Hij beweegt zich als het ware tussen twee stemmingspolen, een manische en een depressieve, met tussendoor een normale stemming. In een manische episode voelt iemand zich vaak opgewekt, energiek, uitbundig en daadkrachtig.
Bij een bipolaire stoornis heeft u manische en depressieve periodes. In een manische periode bent u veel opgewekter, actiever en zelfverzekerder dan u gewend bent. Of u voelt zich opgejaagd, doet dingen zonder er goed over na te denken en wordt sneller boos dan normaal.
Na een manische periode kunnen mensen te maken krijgen met de gevolgen van ondoordachte initiatieven of risicovol gedrag. Als gevolg van de problemen die een manische of depressieve periode met zich meebrengt, kan het zelfvertrouwen afnemen. Vaak ontstaan schuldgevoelens over wat er gebeurd is.
Probeer niet de therapeut te zijn voor de persoon met een bipolaire stoornis, maar wel een vriend of vriendin. Je kan je bezorgdheid uiten, bijvoorbeeld door gewoon te vragen: ”Hoe gaat het?” Of door je eigen zorgen te benoemen: “Ik maak me toch een beetje ongerust …”.
Een bipolaire stoornis is niet te genezen, maar is wel zodanig te behandelen dat je een tamelijk 'normaal' leven kunt leiden. Een combinatie van therapie en medicijnen levert vaak het beste resultaat.
Zorg ervoor dat u bij enkele mensen in uw omgeving uw hart kunt luchten. Probeer ook contact met mensen buitenom uw gezin te houden. Contact met mensen die hetzelfde meemaken, kan prettig zijn. U vindt ze bijvoorbeeld via de Vereniging Manisch-Depressieven en Betrokkenen (VMDB) en stichting Labyrint~In Perspectief.
Mensen met een bipolaire stoornis kunnen extra gevoelig zijn deze bewegingsstoornissen. De modernere middelen kunnen bij een bipolaire stoornis wel als een antidepressivum werken. Bijwerking van deze medicijn is dat u er zwaarder van wordt.
Een bipolaire stoornis wordt ook wel een manisch-depressieve stoornis genoemd. Het is een psychiatrische aandoening, waarbij de stemming wisselt tussen zware depressieve en (hypo)manische periodes. Het is een aandoening die verantwoordelijk is voor heel wat psychisch leed.
Waarschijnlijk openbaart zich een bipolaire stoornis bij 10% van de mensen na het 50ste levensjaar (Hirschfeld e.a., 2003). Dit hoofdstuk gaat over patiënten ouder dan 60 jaar met een bipolaire stoornis.
Een bipolaire stoornis is een ernstige psychische aandoening die niet vanzelf overgaat en voorkomt bij 1 tot 2 procent van de Nederlandse bevolking.