Een gebiedsontsluitingsweg (GOW) is in de Nederlandse wegcategorisering een weg met gelijkvloerse kruisingen die is bedoeld om landelijk of stedelijk gebied te ontsluiten.
Binnen de bebouwde kom:
- Erftoegangsweg, een erf of woonstraat waar maximaal 30 km/uur geldt, iedereen op dezelfde rijbaan rijdt en geen belijning aanwezig is. Op kruispunten geldt: bestuurders van rechts gaan voor.
Een gebiedsontsluitingsweg is een weg die is ontworpen of aangewezen om een gebied aan te sluiten op wegen van hogere orde. Op de wegvakken vindt alleen stromen plaats, op de kruispunten uitwisseling. Het is de middelste van de drie wegcategorieën die onderscheiden worden binnen Duurzaam Veilig.
Erftoegangswegen bieden toegang tot woningen, bedrijven, scholen, winkels, enzovoort. Erftoegangswegen liggen in een gebied met de functie 'verblijven'. Dat betekent dat hier allerlei soorten verkeer met elkaar mengen: voetgangers, fietsers, auto's, en vrachtauto's.
Erftoegangswegen komen zowel binnen als buiten de bebouwde kom voor. Volgens de landelijke richtlijnen geldt op een erftoegangsweg buiten de bebouwde kom uiteindelijk een maximumsnelheid van 60 km/uur.
De vraag over een algehele limietverlaging, raakt aan het achterliggende probleem van de zogeheten 'grijze wegen'. Dit zijn wegen met een snelheidslimiet van 50 km/uur waarop de functies erftoegang en doorstroming beide voorkomen.
Een stroomweg is een type weg in Nederland die bestemd is om veel verkeer te verwerken en het verkeer door te laten stromen met zo min mogelijk oponthoud. De stroomweg is bij voorkeur ongelijkvloers met een maximumsnelheid van minimaal 100 km/h.
Erftoegangswegen: Op erftoegangswegen komen geen rijstroken voor maar een rijloper. Het gedeelte van het verharde dwarsprofiel dat voldoende breed is voor een enkel maatgevend voertuig wordt de rijloper genoemd. De normale breedte van de rijloper bedraagt 3,50 meter.
Gele streep op de stoeprand
Is de lijn onderbroken, dan mag je hier niet parkeren. Is de lijn doorgetrokken, dan is zelfs stilstaan verboden. Net als laden en lossen of even snel uitstappen.
Gebiedsontsluitingswegen verbinden gebieden binnen en buiten de bebouwde kom. Ze hebben een maximumsnelheid van 80 km/u. Binnen de bebouwde kom is die 50 km/u of soms 70 km/u.
Een tweebaans snelweg moet minimaal 9 meter breed zijn inclusief vluchtstrook. Echter waar de ruimte dit toe laat is tweebaans snelweg vaak 12 meter breed. De rechter baan is i.v.m. vrachtauto's op de meeste snelwegen 0.50 tot 1 meter breder dan de linker rijstrook.
De verschillende wegen in Nederland zijn rijkswegen, provinciale wegen, lokale wegen en waterschapswegen. De wegbeheerders in Nederland zijn Rijkswaterstaat, provincies, gemeenten en waterschappen.
Een provinciale weg kan zowel een stroomweg (autosnelweg en autoweg), een gebiedsontsluitingsweg als een erftoegangsweg zijn. Nederland kent 6713 kilometer aan provinciale wegen (2004).
In Nederland geldt overdag (van 06.00 tot 19.00 uur) op alle snelwegen een maximumsnelheid van 100 kilometer per uur. Met uitzondering van de trajecten waar nu ook een aangepaste limiet van 80 kilometer per uur geldt.
Algemene aanduiding van de maximum toegestane snelheid
Binnen de bebouwde kom: 50 km/u. Buiten de bebouwde kom: 80 km/u. Op autowegen: 100 km/u. Op autosnelwegen: 100 tot 130 km/u *
Een industriegebied is geen speciaal gebied voor de maximum snelheid. Er bestaan alleen deze gebieden: erf (15 km), een maximale km zone (bijv. 30 km ), binnen de bebouwde kom (50 km) en buiten de bebouwde kom (80 km).
Een verdrijvingsvlak bestaat uit diagonale strepen of een witte driehoek. Het is niet toegestaan te rijden op een verdrijvingsvlak. Boete € 250,-. Bestuurders moeten altijd stoppen vóór een voor hen bestemde stopstreep.
Het beste antwoord. Dit zijn meetpunten. Ze worden vliegschijven genoemd. Het zijn belangrijke hulpmiddelen bij het maken van gedetailleerde landkaarten en plattegronden.
dubbele witte middenstrepen zonder groene kleur: 80 kilometer per uur; geen middenstreep: 80 kilometer per uur, behalve als er langs de weg een bord staat met 60 kilometer per uur.
Rijbaan en rijstrook zijn allebei correcte woorden, maar er is een betekenisverschil. Een rijbaan is een aaneengesloten deel van een verharde weg dat bedoeld is om bereden te worden. Een rijstrook is een deel van de rijbaan dat ongeveer de breedte heeft van één voertuig.
Asverspringing (eenzijdige wegversmalling)
Negatief effect van deze maatregel is de mogelijkheid tot het klemrijden van fietsers en een vermindering van het aantal parkeerplaatsen. De nadelen van deze maatregel zijn dus vaak groter dan de voordelen.
In ASVV-norm 12.2.11 wordt een wegbreedte van 4,6 m als minimum vermeld voor de situatie "tweerichtingsverkeer auto". In deze aanbeveling wordt een breedte van 1 m als minimum voor het trottoir gehanteerd.
Op autowegen geldt standaard een maximumsnelheid van 100 km/h, doch zijn vele autowegen uitgevoerd met snelheden van 80 en 70 km/h. Daar ontstaat vaak de vergissing bij weggebruikers die de verkeersregels niet voldoende kennen, door standaard 80 km/h te rijden op een autoweg.
Groene streep op de weg betekenis
Het wel of niet mogen inhalen wordt ook duidelijk weergegeven door de witte strepen aan de weerszijden van de groene lijn. Het gaat bij een groene lijn om de maximumsnelheid van 100km/u en moet de wegsituatie het dus wel toelaten om veilig die snelheid te behouden.
Buiten de bebouwde kom is de maximumsnelheid 70 km/u. Er moet dus geen verkeersbord geplaatst worden om je aan deze limiet te doen herinneren. Let op, in Wallonië en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest is de maximumsnelheid buiten de bebouwde kom nog steeds 90 km/u.