Zavelgrond is de meest ideale grond voor tuinplanten. Het is een combinatie van klei- en zandgrond: klei met zestig tot tachtig procent zand. Het is goed te bewerken, goed doorlatend en meestal rijk aan humus.
Kies ervoor om NIET te spitten voor een vruchtbare grond
Bij het spitten maak je de grond los en wissel je de grond om. De bovenste laag aarde (zuurstofrijke grond) komt nu 25 cm dieper in de grond te liggen. Op deze manier haal je dus de verschillende bodemlagen door elkaar.
De bodemvruchtbaarheid wordt bepaald door de chemische, fysische en biologische eigenschappen van de bodem. Bodemleven, zoals wormen, aaltjes, schimmels en bacteriën, zorgen ervoor dat de bodem vruchtbaar blijft. Hoe meer variatie in het bodemleven, hoe beter het is voor de (vruchtbaarheid van de) bodem.
Kleigronden zijn over het algemeen slecht waterdoorlatend. Als er water blijft staan in je tuin dan is dat vaak een gevolg van een storende laag in de ondergrond. Zo'n laag kun je doorbreken door de border diep door te spitten met een mobiele kraan.
Van nature is kleigrond meestal neutraal tot basisch, dat wil zeggen kalkrijk. Zandgrond kan alle kanten op, aan de kust is de zandgrond vaak basisch, op de Veluwe meestal zuur. Veengrond is vrijwel altijd van nature zuur, dat wil zeggen kalkarm.
Onkruid. Wat ook lastig kan zijn op zware klei, zijn de vaak hardnekkige wortelonkruiden, bijvoorbeeld Riet, Kweek(gras), Zevenblad (ook wel Tuinmansverdriet genoemd), Heermoes of Heggewinde (Pispotjes). Het groeit alle kanten op en laat zich lastig verwijderen.
Kleigrond bevat voor een deel schelpen waardoor deze grond van zichzelf kalkhoudend is en dus een hogere zuurgraad heeft. Extra toevoegen van kalk is meestal niet noodzakelijk. Voor zandgrond is dat wezenlijk anders. Zandgronden zijn van zichzelf vaak zuurdere gronden.
Lava verbetert de structuur van de bodem
Vooral in zandgronden verhoogt lava de waterabsorberende kwaliteit van de grond. In natte periodes kan de lavakorrel het water vasthouden om het vervolgens tijdens droge periodes terug af te geven. Er is gewoon een grotere waterbuffer aanwezig.
Zand en kalkrijke grond laten water snel door. Klei-, slib- en veengrond houden water juist lang vast. Veel planten houden er niet van om te nat te staan. Wil je extra drainage toevoegen, voeg dan stenen, scherven of grind toe.
Een goede grond is luchtig, voldoende vochtig en met voedingsstoffen die de planten laten groeien. De volgende factoren zijn hierbij van belang: - De grondsoort. De soort grond (klei, zavel, zand, veen) is belangrijk voor de groei van planten.
Je kunt de bodem verbeteren door de eerste 20 centimeter tuingrond eenmalig goed los te maken door te spitten en daarna hoogwaardige compost in de bovenste grondlaag aan te brengen. Daarna doet de natuur de rest. Gebruik geen GFT compost of andere, vaak goedkope of gratis af te halen, compostsoorten.
Na de winter is de grond in je tuin niet meer zo luchtig. Door Pokon Gedroogde Mestkorrels te strooien in het voorjaar geef je de bodem een echte oppepper. Het verbetert je grond door het hoge gehalte organische stof en maakt het hierdoor weer een luchtig geheel.
Als je een plant hebt die prima tegen een zuurdere grond kan, kun je veenmos gebruiken om extra vocht in je grond vast te houden. Maar als je plant meer neutrale grond nodig heeft, voegt het toevoegen van Sphagnum mos de watervasthoudende eigenschappen toe die je nodig hebt.
Niet elke plant groeit even goed op kleigrond, zelfs niet met de allerbeste voorbereiding. Andere planten zullen het juist heel goed doen. Maar om je gerust te stellen: tachtig procent van de planten kan prima groeien op kleigrond.
Afgraven voor een gazon of border
Een gazon of border vraagt om een afgegraven tuin. Je vult de grond naderhand op met tuinaarde om te zorgen voor een voedzame bodem. Je graaft in dit geval de tuin af met een diepte tussen 10 en 25 cm.
Toepassingen met Drainzand
Het laat zeer goed water door, blijft los maar is toch relatief voordelig in vergelijking met drainagegrind of andere materialen. Drainzand wordt ook gebruikt om kleigronden en andere zware grondsoorten te verschralen (luchtiger / losser te maken).
Zandgrond is goed waterdoorlatend. Het nadeel is bij droogte dat de kleine zanddeeltjes snel uitdrogen, hierdoor kunnen ze de voedingsstoffen niet goed vasthouden. Zandgronden in Nederland zijn te vinden in Noord-Brabant, Overijssel, Drenthe en een deel van Limburg.
Hoe herken je zure grond? Je ziet een mix van vijftig procent grove delen onderin met daarboven circa 8 millimeter donkere delen. Dit zijn organische delen (grove afgestorven planten en dierenresten). Dan heb je te maken met bosgrond, een mooie maar iets zure bodem die makkelijk te bewerken is.
Lavameel bevat een hoog gehalte aan silicium. Daarnaast bevat het ook andere belangrijke voedingsstoffen als calcium, fosfor, magnesium en veel andere sporenelementen. Lavameel is een meststof en bodemverbeteraar in 1!
Hoeveel moet/mag je gebruiken? Om te beginnen moet je weten dat lavagruis (of -meel) een gesteente is en langzaam wordt afgebroken. Het is geen meststof en je kan het dus ook niet te veel geven.
In de fruit-, aardappel- en wijnteelt wordt lavameel men al met succes toegepast tegen meeldauw of andere zwamziekten. Krijgen we bijv. met luizen of rupsen te maken, dan kunnen we ingrijpen door met Lava+ te bestuiven. Lava+ werkt zeer effectief tegen bladluizen (het fijne poeder verstikt ze).
Zuurminnende planten houden niet van kalk, denk aan heide, veenbes en rododendron. Kalk verspreidt zich ook door de bodem, dus zorg dat je flink ver van deze planten blijft tijdens het strooien.
Bepaalde planten, bloemen en gewassen in je (moes)tuin worden helaas graag opgegeten door slakken. Om dit te voorkomen kun je gebroken eierschalen rondom je planten en gewaassen leggen. De schalen zijn te scherp voor de lijfjes van de slak waardoor ze er niet overheen gaan.
Kan je te veel kalk strooien? Ja, dat kan. Kalk verlaagt de zuurgraad van de bodem in je tuin. Deze zuurgraad wordt uitgedrukt met een waarde, namelijk de pH-waarde.