Ventrikelfibrilleren of kamerfibrilleren is een ernstige hartritmestoornis. De hartkamers worden snel en chaotisch geprikkeld. Hierdoor trekken ze niet meer samen. Er wordt geen bloed meer rondgepompt en er ontstaat een hartstilstand.
geregeld een hartslag van meer dan 120 slagen per minuut in rust. geregeld een hartslag van minder dan 45 slagen per minuut. onregelmatige hartslag. hartkloppingen.
Klachten bij ritmestoornissen. Het kan zijn dat je altijd een afwijkend ritme hebt of slechts af en toe. Zo'n aanval kan dan bijvoorbeeld een paar uur duren, maar kan ook na een paar minuten weer over zijn.
Zo was een harslag in rust tussen 51 en 80 slagen per minuut gelinkt met een 40 tot 50 procent hoger risico op een vroege dood, in vergelijking met degene met een hartslag onder de 50 slagen.
Bij veel ritmestoornissen kun je je werk en hobby's blijven doen. Maar dit geldt niet voor iedereen. Soms is een onderzoek op je werkplek nodig, bijvoorbeeld als je een pacemaker of ICD hebt. Als de hartritmestoornis onder controle is, kun je vaak je gewone werk of hobby's weer oppakken.
digoxine. Digoxine behoort tot de groep geneesmiddelen die hartglycosiden worden genoemd. Digoxine verbetert de pompkracht van het hart en zorgt voor een regelmatige rustige hartslag. Artsen schrijven het voor bij hartfalen en hartritmestoornissen.
Hevige of langdurige stress is een risicofactor voor hart- en vaatproblemen, zoals slagaderverkalking, hoge bloeddruk, vaatkramp, hartinfarct en hartritmestoornissen.
In de jaren 60 werd het mogelijk om het hartritme te herstellen door cardioversie. Dit is een behandeling om tijdelijk van de ritmestoornis af te komen. Sinds de jaren 80 is ablatie mogelijk. Deze behandeling helpt veel hartpatiënten blijvend van hun ritmestoornis af.
Atriumfibrilleren gaat in meer dan de helft van de gevallen vanzelf over, vaak binnen twee dagen. Bij een derde van de mensen duurt atriumfibrilleren langer dan twee dagen of komt het steeds terug. Het bloed in het hart kan daardoor wat trager gaan stromen. Er is dan een kleine kans dat er bloedstolsels ontstaan.
Als je hartkloppingen hebt, haal je vaak veel te snel adem. Om controle te krijgen over die ademhaling is het goed ademhalingsoefeningen te doen. Zoek bijvoorbeeld een rustig plekje om controle te krijgen over je ademhaling en tot rust te komen. Probeer door je buik te ademen.
Gebruik van bepaalde stoffen zoals tabak, alcohol en drugs. Soms is er iets mis met de vorming van de elektrische prikkels of de geleiding van die prikkels, maar kan er geen directe oorzaak van de hartritmestoornis worden vastgesteld. Boezemfibrilleren hangt sterk samen met ouderdom.
Boezemfibrilleren is een ritmestoornis die niet levensbedreigend is, maar meestal wel behandeld moet worden. Dit om schade aan het hart te voorkomen.
Het verschil in sterfterisico is het grootst op 20-39-jarige leeftijd (minstens 2 keer zo hoog bij mannen).
Flauwvallen door een hartritmestoornis treedt eerder op tijdens het sporten en wordt vaak voorafgegaan door hartkloppingen of pijn op de borst. Bij hartkloppingen kun je het gevoel hebben dat je hart op hol slaat, dat het uit je borstkas zal springen. Je kunt ook het gevoel hebben dat je hart 'overslaat'.
Boezemfibrilleren is een hartritmestoornis. De hartslag is onregelmatig en vaak te snel of soms juist te langzaam. Deze aandoening is niet gevaarlijk, maar moet vaak wel behandeld worden om schade aan het hart te voorkomen.
Een hoge hartslag in rust zonder duidelijke oorzaak kan een teken zijn van een hartritmestoornis. Dit kan gevaarlijk zijn. Het is daarom belangrijk dat de huisarts onderzoekt wat de oorzaak is, ook als je geen klachten hebt. Hij controleert je hartritme en bepaalt of meer onderzoek of een behandeling nodig is.
1 - 2 jaar: 100 - 150. 2 - 5 jaar: 95 - 140. 5 - 12 jaar: 80 - 120. ouder dan 12 jaar: 60 - 100.
Een actieve levensstijl is dus gunstig voor personen met VKF. Om zo'n gunstige impact te genereren, moet je wel voldoende bewegen: 2,5 uur per week. Dat kan een combinatie zijn van wandelen, zwemmen, fietsen of joggen, liefst aan een matige intensiteit.
Het is niet levensbedreigend, maar kan op lange termijn onder meer leiden tot hartfalen. Vaak stopt boezemfibrilleren spontaan, maar in veel gevallen komt het later weer terug. Boezemfibrilleren wordt meestal behandeld met medicijnen die het hartritme rustiger en regelmatiger maken.
Ja, soms zijn hartritmestoornissen erfelijk. Vaak erft iemand de afwijking in het gen van één van de ouders die de ziekte ook heeft. Dit heet autosomaal dominante overerving. Soms ontstaat het foutje in het gen bij iemand zelf.
De kleinste taken zijn al te veel gevraagd en dat kan zorgen voor gevoelens van falen. Als je een burn-out hebt, dan heb je vaak ook veel klachten die voorkomen bij een depressie. Zo voel je je vaak somber, lusteloos en heb je last van schuldgevoelens. De ziektebeelden zijn moeilijk van elkaar te onderscheiden.
Duidelijke signalen
Het voelt alsof iemand een band om je borst snoert. Bij een hartinfarct gaat dit gevoel niet over. De pijn op de borst gaat vaak samen met: uitstralende pijn naar de armen, schouderbladen, hals, kaak of maagstreek.
Bij extreme spanning die een goede prestatie in de weg staat, kan de arts een medicijn als propranolol voorschrijven. Propranolol zorgt ervoor dat uw hartslag wat minder snel gaat en dat u minder trilt. Het werkt na ongeveer een uur. De werking houdt zes tot acht uur aan.