Effectieve leerstrategieën zijn altijd actief: je bent op een actieve manier met de leerstof bezig en je gebruikt daarbij verschillende activiteiten. Deze leerstrategieën lijken veel tijd te kosten, maar in de praktijk valt dat mee.
Spreid leer- en oefenmomenten in de tijd
Dat heeft een beter effect op hun langetermijngeheugen dan 'blokken'. 3 keer een uur studeren aan een onderwerp verspreid over een week is beter dan 1 keer 3 uur studeren op dezelfde dag. Leerlingen moeten leerstof herhalen, maar het liefst niet onmiddellijk na de les.
Een leerstrategie is de manier waarop een leerling het leren aanpakt. Daarbij horen de stappen die hij zet om het leerdoel te bereiken, zoals: Het onderscheiden van hoofd- en bijzaken, Verbanden leggen tussen bestaande en nieuwe kennis.
Actief ophalen – genereer de stof zelf
Om te voorkomen dat een leerling voor zichzelf de illusie creëert dat de stof er wel goed in zit, is 'actief ophalen' een goede leerstrategie. Actief ophalen betekent in feite dat je de leerstof opnieuw weet te produceren zonder het zien van het lesboek of gemaakte aantekeningen.
Cognitieve leerstrategieën zijn gericht op het onthouden van informatie en het integreren van nieuwe informatie bij bestaande kennis in het geheugen. Metacognitieve leerstrategieën dienen om het leren te reguleren. Hierbij kun je denken aan plannen, monitoren (tijdens een taak de voortgang bewaken) en evalueren.
Uit onderzoek weten we dat er veertien leerstrategieën zijn (zie kader) én dat – als leerlingen deze leerstrategieën beheersen – ze beter presteren en meer gemotiveerd zijn voor school.
Het kind leert zelf doelen te stellen, initiatief en verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen leerproces, zelfregulering is daarmee het vermogen om een taak doelgericht te kunnen doen en verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen handelen. Zelfregulering is één van de 21e eeuwse vaardigheden.
Studievaardigheden zijn methoden die toegepast kunnen worden bij het leren. Leerlingen die goede studievaardigheden beheersen, studeren vaak gemakkelijker. Voorbeelden van studievaardigheden zijn samenvatten, woordjes leren en mindmappen maar ook het plannen, organiseren en structureren van het schoolwerk.
Leerstrategieën zijn concrete manieren van leren: hiermee leren kinderen hoe ze moeten en kunnen leren. Leerlingen kunnen deze strategieën bewust inzetten om het leren zo soepel mogelijk te laten verlopen.
Het gaat dan om strategieën waarbij de docent de leerstof verbindt met de wereld buiten de school, bijvoorbeeld door aan te sluiten bij de voorkennis en interesses van leerlingen of het organiseren van excursies. Ook een groot effect heeft samenwerkend leren.
Metacognitie is het 'leren over leren'. Metacognitieve strategieën zijn de tools om over het leerproces van de leerlingen te praten en er inzicht in te krijgen. Metacognitie is een erg effectieve strategie.
Een belangrijke vaardigheid voor succesvolle leeruitkomsten is zelfregulerend leren. Hieronder wordt verstaan dat leerlingen zelf in staat zijn hun leerproces te plannen, te monitoren, uit te voeren en bij te sturen (Pintrich, 2004; Zimmerman, 2008).
De universitaire richtlijn ligt op 40 à 50 uren per week
Op een gewone dag volstaan 8 uur, zoals op een normale werkdag. Althans tijdens het semester. In de examens zelf is het anders. In de examens kan je beter 10 uur per dag studeren.
Lezen is dus niet automatisch onthouden wat je leest. Als je reflexen nog storen en je ogen niet optimaal samenwerken met je hersenen is het lezen al lastig genoeg! Je hersenen hebben geen energie en capaciteit meer over om nog meer te doen, zoals begrijpen en onthouden!
De deelnemers aan de test die met een rode achtergrond werkten, scoorden hoger bij opdrachten waarbij oog voor detail en concentratie belangrijk was, zoals het onthouden van woorden.
Voorbereidingsfase: Doelen stellen, plannen, jezelf motiveren voor de taak; Uitvoeringsfase: Concentreren op de taak, toepassen van leerstrategieën, eigen voortgang monitoren; Reflectiefase: Zelfbeoordeling en bepalen van vervolgstappen, op basis van het resultaten.
Cognitie is afgeleid van de Latijnse term cognitio. Het betekent: kennis, inzicht. Meta komt uit het Grieks en betekent: betreffende. Metacognitie is dus de studie die de kennis(verwerving) zelf tot onderwerp van studie heeft; kennis over kennis.
Zelfregulatie vaardigheden
Vaardigheden die het zelfregulerend vermogen ondersteunen zijn: Het reguleren van gedachten, gevoelens, vermogens en gedrag. Het afstemmen. Dit is een belangrijke vaardigheid als het gaat om het samenwerken met de omgeving.