Zo zijn bijvoorbeeld hard en zacht antoniemen, omdat ze het tegenovergestelde van elkaar betekenen. Een antoniem is het tegenovergestelde. Een antoniem vind je dus door het tegenovergestelde van een gegeven woord te noemen. Bijvoorbeeld jong en oud, dik en dun, hoog en laag, zwart en wit.
Twee woorden zijn elkaars antoniem als ze een tegengestelde betekenis hebben. Het woord is afgeleid uit het Grieks: anti ("tegen"), onoma ("naam, benoeming").
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis): oud ≠ fris, jong, neo, nieuw, recent, vers.
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis): vragen ≠ antwoorden, repliceren.
Een antoniem is een exacte tegenstelling. Zo zijn bijvoorbeeld hard en zacht antoniemen, omdat ze het tegenovergestelde van elkaar betekenen. Een antoniem is het tegenovergestelde. Een antoniem vind je dus door het tegenovergestelde van een gegeven woord te noemen.
Een tegenstelling is iets dat tegenover elkaar staat, dus bijvoorbeeld: dik-dun, licht-donker, zwart- wit, lang-kort, mooi-lelijk, maak ook de oefeningen over de tegenstellingen. Er zijn ook tegenstellingen in zinnen, tussen zinnen of bijvoorbeeld tussen alinea's.
Zegt men het water zakt of valt, dan heeft men het oog op den tegenwoordigen stand van het water in tegenstelling met den vroegeren. Figuurlijk zegt men: de prijzen dalen; het hoofd laten zakken; den moed laten zakken of zinken; hij is diep gezonken; die staat, zie toe, dat hij niet volle; wij struikelen allen in vele.
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis): laat ≠ vroeg.
scherp ≠ bot, onscherp, stomp, vaag, wazig.
ouderwets:
als trefwoord met bijbehorende synoniemen: ouderwets (bn) : verouderd, van vroeger, oud, antiek, conventioneel, conservatief, gedateerd, belegen, achterhaald, nostalgisch, oubollig, archaïsch, uit de tijd, uit de mode, ingeworteld, square, oudmodisch, pruikerig.
Mooi is bijvoorbeeld een antoniem van lelijk, en slecht een antoniem van goed.
Enkele veelvoorkomende synoniemen van oud zijn ancient, antiquated, antique, archaic, obsolete en venerable. Hoewel al deze woorden betekenen "in het min of meer verre verleden tot stand gekomen of gebruikt", kan oud betrekking hebben op zowel de werkelijke als de relatieve lengte van het bestaan.
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis): stiekem ≠ eerlijk, loyaal, openhartig, oprecht, waarachtig.
Antoniemen zijn woorden die de tegengestelde betekenis van een ander woord hebben . Het zijn over het algemeen bijvoeglijke naamwoorden, voorzetsels en werkwoorden. Zelfstandige naamwoorden (zoals kleuren) hebben zelden antoniemen. Houd in gedachten dat, hoewel sommige woorden heel anders kunnen zijn, dat niet betekent dat ze het tegenovergestelde van elkaar zijn.
niet ter zake dienend, geen argument opleverend; tegenstelling: relevant. ...
Toevoegen aan lijst Delen. /ˈtɑrdi/ /ˈtɑdi/ Andere vormen: tardier; tardiest .
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis): weigeren ≠ aannemen, aanpakken, doen, dulden, functioneren, gedogen, goedvinden, permitteren, toelaten, toestaan, toestemmen, tolereren, veroorloven, werken.
Het gekke is dat het woord tegenwoordig ook in precies de tegenovergestelde betekenis voorkomt: 'aarzelend', 'onzeker'.
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis): vies ≠ fris, goddelijk, heerlijk, helder, hemels, lekker, rein, schoon, smakelijk.
Voordat een van beide woorden in het lexicon verscheen, stond dit seizoen tussen zomer en winter bekend als oogst, of hærfest in het Oudengels . Het woord is van Germaanse oorsprong en betekent "plukken", "plukken" of "oogsten", van de handeling van het binnenhalen en bewaren van gewassen vóór de winter.
tegenovergestelde (zn) : tegendeel, tegengestelde, omgekeerde, antoniem.
Een antoniem van huilen is lachen.
Een tegenstelling wordt ook wel antithese genoemd. Een tegenstelling is een stijlfiguur. Het houdt in dat twee tegengestelde termen worden gebruikt in een zin om de tekst te verlevendigen. Een voorbeeld van een tegenstelling is: 'In de stille kamer knettert zij van woede'.
verschil (zn) : onderscheid, afwijking, tegenstelling, contrast, discrepantie, divergentie, ongelijkheid, differentie, decalage.