Tweede bal Al wat langer in gebruik, voor 'bal die terugkomt van een tegen- stander nadat die hem niet heeft kun- nen controleren'. Ook wel 'afvallende bal' genoemd. Je kunt je daarop instel- len door iets te doen wat tegenwoordig 'voetballen vanuit de tweede bal' heet.
'Panna' is Surinaams voor 'poortje'. POCKETSPITS Kleine, lichtgebouwde spits. Geen Lukaku of Benteke dus. POSITIEBUITENSPEL Een aanvaller die buitenspel staat maar de bal niet krijgt, wordt niet afgevlagd.
Een centrale verdediger die een vrijere rol heeft noemt men een libero. Hij speelt meestal achter de rest van de verdediging. Eens hij de bal in zijn bezit heeft, moet hij het spel opbouwen. Dit kan hij doen door een lange pass te versturen of door mee in de aanval te trekken.
De positie van spits is 1 van de meest begeerde posities in het voetbal. Een spits komt meestal het meest in scoringspositie. Een ploeg speelt nagenoeg altijd met 1 of 2 spitsen.
Trap bijvoorbeeld altijd met je wreef, beweeg je armen goed mee, neem een lichte schuine aanloop, zet je standbeen goed naast de bal en zwaai het been waarmee je schiet goed door. Zorg verder dat je de bal in het midden raakt en dat je lichtjes over de bal heen buigt, zodat de bal niet ver omhoog schiet.
Een goede techniek is de basis van een goede voetballer. Wanneer jij makkelijk met de bal kunt omgaan, een goede pass in huis hebt, tweebenig bent, makkelijk je tegenstander passeert, dan kan jij heel makkelijk een scout overtuigen.
Het 4-3-3-systeem bevat 4 verdedigers, 3 middenvelders en 3 aanvallers. De opstelling wordt aangeduid als een aanvallend systeem, maar zoals bij elke opstelling zorgt de taakinvulling van de spelers voor een aanvallende of defensieve speelwijze.
Clubs die de aanval willen kiezen, spelen tegenwoordig vaak in een 3-4-3, 4-3-3 of 4-2-3-1-opstelling. Als een ploeg geen tegendoelpunt wil krijgen, wordt er al snel gekozen voor 5-3-2, 4-5-1 of 4-4-2, maar dan met een verdedigend ingesteld middenveld.
Nummer 6. In het verleden werd nummer 6 ook vaak gedragen door een centrumverdediger, maar Barcelona-middenvelder Xavi was een bekende uitzondering. Tegenwoordig is het rugnummer vaak bestemd voor een verdedigende middenvelder.
Op welke positie je het beste je werkervaring op je cv zet, hangt af van jouw situatie. Op je cv rangschik je de informatie op relevantie: het belangrijkste zet je bovenaan. In de meeste gevallen staat de werkervaring vrij hoog op het cv, maar wel ná de 'Personalia' en het 'Persoonlijk profiel'.
Positie voetbalveld nummer 10
De ongeschreven regel is dat de nummer 10 staat voor een vrije rol op het middenveld en hij of zij is vaak meer aan het aanvallen dan het verdedigen. Dit is veelal de meest gewilde positie van een voetballer.
De naam verwijst naar het rugnummer 9, meestal gedragen door de diepe spits. Een valse negen laat zich uitzakken tot op het middenveld om daar een man-meer-situatie te creëren en om zijn bewakers, de centrale verdedigers van de tegenstander, kwijt te spelen.
Het betekent niet dat je automatisch met het rugnummer 10 speelt. Het komt wel vaak voor dat degene die in de rol van de '10 speelt', ook het rugnummer 10 draagt. Tot de taken van de nummer 10 behoren: openingen creëren, dribbelen, het spel verdelen én scoren.
In de jacht op talent komen de Nederlandse clubs uit bij steeds jongere kinderen. Al voor hun zesde jaar worden ze gescout op de amateurvelden en verleid om naar de opleiding van een profclub te gaan.
Iedere week bezoeken zo'n honderd KNVB-scouts in Nederland de standaardteams van de verenigingen uit de buurt. Zij kijken naar verschillende aspecten binnen het aanvallen, verdedigen en omschakelen. Heeft een speler(ster) genoeg kwaliteit, dan krijgt deze een uitnodiging voor Jeugdplan Nederland (JPN).
In Nederland worden spelers soms al onder de elf jaar gescout, al zeggen scouts zelf dat dat eigenlijk nog te vroeg is. De KNVB scout tussen de leeftijden 11 en 17 jaar. Volgens scouts kun je de potentie van spelers pas écht zien na 14 jaar als de eerste jaren van de puberteit zijn werk hebben gedaan.
De Braziliaanse middenvelder Ronny Heberson speelde in Europa onder andere voor Sporting Lissabon en Hertha BSC. In dienst van de Portugese club schoot hij ooit een waanzinnig harde vrije trap tegen de touwen. De bal zou maar liefst een topsnelheid van 211 kilometer per uur hebben bereikt.
De juiste snelheid is op basis van die cijfers 212 kilometer per uur, wat nog altijd onvoorstelbaar snel is. Zeker als je nagaat dat Roberto Carlos en Ronald Koeman op hun best rond de 120 kilometer per uur kwamen. Ter vergelijking: PSV-kanon Alex kwam bij zijn rake vrije trap tegen Excelsior tot 110 km/u.
Er zijn twee dingen belangrijk om de effectbal onder de knie te krijgen. Een harde aanloop en heel veel oefenen. Je moet de bal als je trapt schampen aan de zijkant. Hierdoor gaat de bal ronddraaien.
Voordat we de naar de speelwijze kijken, is het goed om eerst de definitie van een valse nummer 9 vast te stellen: “Een valse nummer 9 is een centrumspits, die binnen een 1-4-3-3 opstelling, zich regelmatig vanuit de spits laat uitzakken met als doel zichzelf in te schakelen in de opbouw van achteruit.
Omdat er geen buitenspelers zijn, is het nummer 7 (rechtsbuiten) voor een middenvelder. Het nummer 11 is voor de tweede spits.
Flankspelers kunnen op de linker- of rechterflank spelen en soms kunnen ze uit de voeten op beide flanken. Er zijn verschillende typen flankspelers. Ten eerste is er de links/rechtshalf. Deze spelers kunnen vaak ook als centrale middenvelder spelen en beschikken over een goede pass.