Tweedegraads familieleden: broers, zussen, kleinkinderen, opa's, oma's, schoonzussen, zwagers, stiefzussen, stiefbroers. Derdegraads familieleden: ooms, tantes, neven en nichten (kinderen van een broer of zus), overgrootouders, achterkleinkinderen.
Zijn vader of moeder is dan 1e graad neef of nicht en hij is de zoon daarvan en dus 2e graad.
Het kind van een neef of nicht is een achterneef/achternicht.
Volgens de Dikke Van Dale is een achterneef de zoon van een neef of nicht en een achternicht de dochter van een neef of nicht. Omdat er verschillende soorten neven en nichten zijn, zijn er ook verschillende soorten achterneven en achternichten: De kleinkinderen van je broers en zussen. Jij bent hun oudoom of oudtante.
Antwoord: Achteroom, omdat zijn vader jouw oom is.
Verklaring onder ede als neef en nicht willen trouwen
Neef-nichthuwelijken mogen in Nederland alleen plaatsvinden als er een beëdigde verklaring is van beide partners dat zij uit vrije wil toestemming geven voor het huwelijk. De voorwaarde geldt ook voor huwelijken van mensen van hetzelfde geslacht.
Schoonouders/schoonvader/schoonmoeder: de ouders van man of vrouw (= aanverwant). Schoonzoon/schoondochter: de man of vrouw van zoon of dochter (= aanverwant).
Reacties. Tante Hans. Toegevoegd na 50 minuten: Ok, ok Ik noem haar tante, maar ze is mijn achtertante zoals je in bijgevoegde link zelf kunt vaststellen.
Derde graad
neven en nichten (kinderen van broers of zussen); ooms en tantes (broers of zussen van de ouders).
Neef definities
(m.) Uitspraak: [nef] Verbuigingen: neven (meerv.) 1) zoon van een broer of zus van vader of moeder aangetrouwde neef (echtgenoot van een nicht, geen bloedverwant) 2) zoon van broer of zus Voorbeeld: &nbs...
Er wordt gesproken van consanguïniteit als (huwelijks)partners door afstamming van een of meer gemeenschappelijke voorouder(s) verwant zijn aan elkaar. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om neef en nicht (gezamenlijke grootouders), of om achterneef en achternicht (gezamenlijke overgrootouders).
De broer van de oma zelf is een oudoom. De dochter van de broer van de oma is een achternicht; dezelfde term die ook gebruikt wordt voor een kleindochter van je oom (oftewel een dochter van je neef of nicht). Zoals je in dit overzicht ziet (bron), wordt de term achterneef/nicht veel meer gebruikt.
Ook de echtgenote van een oom of tante wordt meestal een (aangetrouwde) tante genoemd. Een tante is een derdegraads bloedverwantschap. Degene van wie iemand een tante is wordt een neef (man) of nicht (vrouw) genoemd.
Eerstegraads familieleden: partner*, ouders (ook adoptie- en stiefouders), schoonouders, kinderen (ook adoptie- en stiefkinderen), schoondochters- en zonen. Tweedegraads familieleden: broers en zussen, kleinkinderen, grootouders, schoonzussen en zwagers, stiefbroers- en zussen.
De bloedverwanten in de 1ste graad zijn de ouders en de kinderen; de bloedverwanten in de 2de graad zijn de grootouders, de kleinkinderen en de broers en zussen.
De graad van bloedverwantschap kan worden uitgerekend door het aantal geboorten tussen jouw en het andere familielid te tellen. Je kunt erven tot en met de zesde graad van bloedverwantschap. Voorbeelden: Je moeder is 1e graads (in rechte lijn).
Tweedegraads familieleden: broers, zussen, kleinkinderen, opa's, oma's, schoonzussen, zwagers, stiefzussen, stiefbroers. Derdegraads familieleden: ooms, tantes, neven en nichten (kinderen van een broer of zus), overgrootouders, achterkleinkinderen.
Tweede graad
grootouders van uw partner; kleinkinderen van uw partner; broers en zussen van uw partner.
De meeste mensen noemen het neef of nicht. Maar de officiële term is tantezegger of oomzegger. Jouw neef en nicht zijn de kinderen van de broer of zus van je eigen ouders. Het woord tantezegger/oomzegger wordt echter niet gebruikt in Nederland en voor het gemak zeg je dan dat het je neefje of nichtje is.
Dat is niet vreemd want het woord ''stief'' betekent oorspronkelijk 'beroofd van de bloedband/ iets missend'. Dat klinkt niet echt positief, toch is ''stief'' de term die we het meest gebruiken als onze ouder een nieuwe partner krijgt.
(v.) Verbuigingen: achternichtenVerbuigingen: achternichtje de dochter van een neef, nicht, oudoom of oudtante Voorbeeld: `Anna is mijn achternicht.
Het vrouwelijke equivalent is schoonzus, zwagerin of zwageres.
Schoonzus = Een schoonzus (of zwagerin) is een familielid, waarbij de verwantschap is ontstaan door een partnerschap: begint je broer-zus een relatie met een vrouw dan wordt zij je schoonzus.
Een schoonouder betreft de moeder of de vader van de persoon met wie men is (of was) getrouwd. Soms wordt het begrip schoonouder ook gebruikt in niet-huwelijkse relaties zoals een geregistreerd partnerschap. In het geval van de moeder spreekt men van schoonmoeder, in het geval van de vader spreekt men van schoonvader.