Dwars en opstandig gedrag, bijvoorbeeld: zich verzetten, doen alsof men de opdracht niet hoort, weigeren te voldoen aan regels of verzoeken, ruziemaken. Prikkelbaar en driftig gedrag, bijvoorbeeld: lichtgeraakt of snel geërgerd zijn, woedend worden als men zijn zin niet krijgt of als iets niet lukt.
ODD staat voor de Engelse term Oppositional Defiant Disorder, oftewel oppositioneel-opstandige gedragsstoornis. Het is een gedragsstoornis waarbij kinderen aanhoudend agressief en opstandig gedrag vertonen en de neiging hebben om anderen opzettelijk lastig te vallen en te irriteren.
Bij dwingend, persoonsgericht gedrag moet je anders handelen.Dat gedrag moet je meteen benoemen, anders wordt het steeds erger. Bijvoorbeeld: 'Ik begrijp dat u boos bent, maar ik wil niet dat u mij uitscheldt/zo dichtbij staat/mij bedreigt'. Maak ook duidelijk welk effect het dwingende gedrag op jou heeft.
Het ene kind vertoont misschien meer dwars gedrag dan het andere kind. Het is een normaal verschijnsel en hoort bij het opgroeien. Sommige kinderen ontdekken hun eigen wil en zitten midden in een identiteitsontwikkeling. Andere kinderen nemen niet zonder meer aan wat volwassenen tegen hen zeggen.
Storend gedrag is wanneer dat gedrag een negatieve invloed heeft op het kind en de omgeving. Je spreekt van gedragsproblemen als een kind zich agressief of antisociaal gedraagt, de omgeving daar last van heeft en het gedrag enkele maanden duurt.
De ander onderuithalen of kleineren. De ander te schande maken of kwaad spreken over de ander. Lachterig doen over de gevoelens van de ander. De ander als dom betitelen wanneer hij/zij voor eigen keuzes gaat.
De meest voorkomende soorten verstorende gedragsstoornis zijn oppositionele uitdagende stoornis (ODD) en gedragsstoornissen .
Door rustig te blijven geef je het kind/ de volwassene de ruimte om boos te zijn. Toon begrip en heel veel geduld. Bedenk elke keer weer dat het kind jou niet bewust dwars zit, maar dat het niet weet hoe het zich anders kan uiten. Je kan jezelf rustig houden of maken door je even op iets heel anders te concentreren.
Door het samengaan met andere ziektebeelden, is de diagnose ODD niet eenvoudig te stellen. Zo overlappen bijvoorbeeld de symptomen van een oppositioneel-opstandige gedragsstoornis en ADHD. Bij ODD ligt de nadruk echter meer op agressiviteit en bij ADHD op impulsiviteit.
Volgens Bos leren we het kinderen zelf aan om te roepen naar hun moeder. “Zij is vaak de eerste bij wie een kind in de armen ligt en degene die hen voedt.Vanaf de geboorte is de moeder doorgaans meer betrokken bij de baby dan de vader.
Theatrale persoonlijkheidsstoornis. Mensen met een theatrale persoonlijkheidsstoornis of aandachtsstoornis, houden van veel aandacht.
Claimend gedrag hangt vaak samen met een psychische nood, bijvoorbeeld onzekerheid, angst, eenzaamheid, verveling, verdriet en andere emotionele pijn. Of er kan een depressie onderliggen, een dwangmatigheid, een overheersende persoonlijkheid, psychotische problemen, of overdreven bezorgdheid voor ziekte.
Gedragsproblemen zijn niet aangeboren, maar worden veroorzaakt door de omstandigheden. Mogelijke oorzaken voor gedragsproblemen zijn een niet-stabiele opvoeding of het meemaken van ingrijpende gebeurtenissen zoals geweld of seksueel misbruik. Gedragsproblemen kunnen voorkomen bij kinderen en bij volwassenen.
ODD is aangeboren, maar het kan verergeren door de risicofactoren in het kind en in de omstandigheden. CD staat voor Conduct Disorder. In het Nederlands: Gedragsstoornis.
De periodieke explosieve stoornis is een psychische aandoening. Wie aan deze aandoening lijdt, kan zijn woede of drift niet beheersen en vertoont buitensporig gewelddadig gedrag.
Als je kind altijd of heel vaak boos is, dan is er meestal een onderliggende oorzaak. Je kind voelt zich bijvoorbeeld niet veilig, ervaart veel stress op school of heeft conflicten met vriendjes.Ook het temperament van je kind speelt een rol. Het ene kind wordt sneller boos dan het andere kind.
Wat zijn de verschillen? Het belangrijkste verschil is dat uw kind met ADHD meestal moeite heeft met opletten en hyperactief is.Met ODD is uw kind opstandig, humeurig en boos . ADHD-symptomen openbaren zich meestal wanneer uw kind 12 jaar of jonger is.
DCD is een specifieke en afzonderlijke stoornis die vaak samen voorkomt met andere ontwikkelingsstoornissen . Van de kinderen met DCD heeft 50% ook ADHD, PDD-NOS, autisme en taalstoornissen zoals dyslexie en andere leerstoornissen.
ODD en CD vallen onder de zogenaamde agressieve gedragsstoornissen. Kinderen met ODD (opstandig gedrag) zijn met regelmaat ongehoorzaam, driftig, zoeken ruzie en zijn snel gefrustreerd. Kinderen met CD (normoverschrijdend gedrag), pesten, bedreigen en intimideren en hebben een gebrek aan respect voor anderen.
Kinderen met een pittig temperament zijn voor ouders en begeleiders best een uitdaging om op te voeden. Het kost veel energie. 'Pittige kinderen' zijn snel verdrietig of flink boos, komen vaak in 'opstand', hebben moeite met nee' en 'moeten'.Deze kinderen kunnen bazig, koppig en dwingend zijn.
Je kind wordt boos uit frustratie. Er grenzen opgelegd worden, waar je kind het niet mee eens is. Iemand iets over hem/haar gezegd heeft, waardoor hij zich gekwetst, beledigd, afgewezen of gekleineerd voelt. Het zich niet serieus genomen voelt.
Het koppige kind toont een grote behoefte om zichzelf te laten gelden . Ze wil haar omgeving beïnvloeden, controle hebben over haar eigen lichaam en activiteiten, haar stem laten horen. Ze wil keuzes maken en die keuzes gerespecteerd zien. We willen en hebben deze dingen allemaal nodig, dat is duidelijk; ze zijn universeel menselijk.
Een veelvoorkomende trigger is frustratie wanneer een kind niet krijgt wat hij of zij wil of gevraagd wordt iets te doen waar hij of zij geen zin in heeft . Bij kinderen gaan woedeproblemen vaak gepaard met andere psychische aandoeningen, waaronder ADHD, autisme, obsessief-compulsieve stoornis en het syndroom van Gilles de la Tourette.
agressief zijn tegenover dieren en andere mensen of sadistisch gedrag vertonen, waaronder pesten en fysiek of seksueel misbruik . de neiging hebben om fysieke gevechten te beginnen. wapens gebruiken in fysieke gevechten. veelvuldig liegen. crimineel gedrag zoals stelen, opzettelijk brand stichten, inbreken in huizen en vandalisme.