De sterke (kern)kracht, sterke interactie of sterke wisselwerking is de sterkste van de vier fundamentele natuurkrachten uit de natuurkunde en is nog ongeveer 100 keer sterker dan de elektromagnetische kracht. Ze is verantwoordelijk voor de stabiliteit van atoomkernen.
Zwaartekracht op aarde
Hoe verder van de aardas af, hoe groter deze middelpuntvliedende kracht. Op de evenaar is deze kracht het grootst, aan de polen is ze nul.
De zogenaamde sterke kernkracht is veel sterker, maar werkt alleen op zeer korte afstand (binnen een atoomkern). Electromagnetisme is ongeveer honderd keer sterker dan zwaartekracht, maar heeft een ladingsverschil nodig om te kunnen werken. Het is de sterkste "kracht" in de zin dat het ALLES bijeen laat bewegen.
In de natuurkunde worden vier fundamentele interacties waargenomen (ook bekend als fundamentele krachten) die de basis vormen van alle bekende krachten in de natuur: zwaartekracht, elektromagnetische, sterke nucleaire en zwakke nucleaire krachten.
De natuurkunde kent vier fundamentele natuurkrachten: sterke kernkracht, zwakke kernkracht, elektromagnetische kracht en zwaartekracht.
elektrische kracht;magnetische kracht (aantrekken en afstoten);trekkracht, duwkracht;opwaartse kracht (op een voorwerp dat in een vloeistof is ondergedompeld)
Deze fundamentele krachten zijn de sterke kernkracht, de elektromagnetische kracht, de zwakke kernkracht en de zwaartekracht.
De zwakke kernkracht zorgt ervoor dat het ene elementaire deeltje kan worden omgevormd in het andere. Zo kan een neutron veranderen in een proton (positief geladen kerndeeltje) door een elektron (negatief geladen elementair deeltje) uit te stoten.
Een veldkracht is een kracht die op afstand werkt en het gevolg is van een krachtveld zoals het zwaartekrachtsveld; Een contactkracht is een kracht die enkel kan optreden wanneer er direct contact is tussen twee voorwerpen.
Een natuurkracht is een bepaalde kracht die voorkomt in de natuur. In de natuurkunde zijn vier natuurkrachten bekend die gelden in het hele universum (dus waar je ook in ons universum bent, de natuurkrachten zijn overal van toepassing): Zwaartekracht. Dit houdt materie op grote schaal bij elkaar.
Uit jouw rijtje is bijvoorbeeld de zwaartekracht Fz een actieve kracht: die werkt eigenlijk altijd als een voorwerp in de buurt van een ander voorwerp is. Om daar iets van te merken moet één van de voorwerpen dan wel (heel) groot zijn zoals de aarde of de maan bijvoorbeeld.
Al decennialang weten we niet beter dan dat er vier fundamentele natuurkrachten zijn, te weten: de elektromagnetische kracht, de zwakke kernkracht, de sterke kernkracht en de zwaartekracht.
De planeten blijven in een mooie baan om de zon heen omdat ze vastgehouden worden door de aantrekkingskracht van de zon. Doordat de aarde om de zon heen draait en vastgehouden wordt door de aantrekkingskracht valt de aarde niet naar beneden.
Een ongeoefend mens kan van 6g buiten bewustzijn raken als deze langere tijd aanhoudt. Er is speciale kleding die deze grens kan verhogen. Bijvoorbeeld piloten van de Red Bull Air Race kunnen (in hun pak) versnellingen van 14g aan. Zij houden wel een marge van 2g aan voor de veiligheid, dus ze gaan niet verder dan 12g.
Het zware voorwerp raakt als eerste de grond
De geleerde Aristoteles uit de Griekse oudheid wist het al:zware voorwerpen vallen sneller dan lichte voorwerpen.
De newton (symbool N) is de SI-eenheid van kracht. De eenheid newton is gedefinieerd als de kracht die een massa van 1 kilogram een versnelling van 1 m/s² geeft: De newton is genoemd naar Isaac Newton. Het is een afgeleide eenheid, die zelf uit te drukken is in de basiseenheden.
De eenheid van de grootte van de kracht is newton (N). Er kunnen meerdere krachten tegelijk inwerken op een voorwerp. De nettokracht of resulterende kracht is de vectorsom van alle krachten uitgeoefend op dat voorwerp: Een vader en zijn zoon duwen samen een doos over de vloer verder.
Het voorwerp verplaats zich ook met de kracht mee. Als de kracht naar links beweegt, doet het voorwerp dit ook. Bij deze wet hoort ook een formule: F = m x a. F staat voor kracht (van het Engelse Force), m staat voor massa (niet te verwarren met gewicht) en a voor de versnelling.
De zogenaamde quarks, de leptonen en de bosonen. Laten we beginnen met de quarks. Door elektronen op protonen en neutronen te schieten hebben we gevonden dat protonen en neutronen uit kleinere deeltjes bestaan. Deze deeltjes worden quarks genoemd.
Het molecuul bestaat uit atomen, die zijn opgebouwd uit een kern met elektronen eromheen. Maar dan ben je er nog niet. In de kern zitten protonen (positief geladen) en neutronen (neutraal geladen). Deze kerndeeltjes zijn op hun beurt weer opgebouwd uit quarks, de kleinste deeltjes tot nu toe bekend.
Protonen worden geclassificeerd als baryonen en bestaan op hun beurt weer uit quarks, namelijk twee upquarks, een downquark en kortlevende quark-antiquarkparen. Deze quarks worden bij elkaar gehouden door gluonen, de dragers van de sterke kernkracht.
De eenheid van energie is de Joule (J). Uitgedrukt in grondeenheden: J = kg·m2·s-2.
3) De spankracht Fs is de kracht waarmee een touw (of draadje o.i.d.) aan een voorwerp trekt. De spankracht werkt dus op het voorwerp en grijpt aan op de plaats waar het touw aan het voorwerp bevestigd is. De spankracht wijst altijd van het voorwerp af.