Bij longfibrose gaat het om het meten van de saturatie in het bloed met een metertje aan de vinger of in het slagaderlijke bloed bij een bloedgasmeting. Een waarde van 95 tot 100% is normaal. Zie ook Desaturatie. Met een saturatiemeter (oxymeter) worden de hartslag en de zuurstofsaturatie in het bloed gemeten.
Idiopathische longfibrose is een chronische ziekte. De gemiddelde levensverwachting na de diagnose is volgens studies 3 tot 5 jaar. Het verloop van de ziekte kan sterk variëren van persoon tot persoon.
Bij longfibrose vormt zich littekenweefsel (fibrose) in de longen. Hierdoor kunnen de longen minder goed of onvoldoende zuurstof opnemen. De patiënt merkt dit doordat hij snel buiten adem is. Eerst vooral bij inspanning, later ook in rust.
Longfibrose wordt gekenmerkt door een chronisch verloop, het betreft meestal een levenslange aandoening. Indien de aandoening progressief verloopt, dat wil zeggen dat de long steeds minder goed in staat is om zuurstof op te nemen, kan dit elders in het lichaam ook een schadelijke invloed hebben.
Longfibrose is een zeldzame en ernstige longziekte, waarbij rondom de longblaasjes fibrose (littekens) wordt gevormd. De ruimte rondom de longblaasjes noemen we het interstitium. Daarom valt de longfibrose binnen de interstitiële longziekten (ILD).
Klachten / symptomen longfibrose
Niet goed kunnen inspannen en weinig energie hebben. Vermoeidheid. Conditie gaat achteruit. Vage pijn in de borst.
Er bestaat geen behandeling of geneesmiddel voor longfibrose. Er bestaan wel middelen die het proces van verlittekening in de longen tegengaan. Deze medicijnen remmen dus de achteruitgang.
Röntgenfoto en CT-scan van de borst
Zo kan een arts littekenweefsel op de longen opmerken en zo longfibrose vaststellen. Met een röntgenfoto wordt longweefsel in het lichaam zichtbaar gemaakt. Hierop is littekenweefsel echter niet altijd goed te zien.
Een bekend voorbeeld is het antibioticum Nitrofurantoïne bij de behandeling van een blaasontsteking. Daarnaast zijn er nog vele andere medicijnen, zoals cytostatica, die ook longfibrose kunnen veroorzaken.
Als behandeling toch noodzakelijk blijkt, krijg je bij sommige vormen van longfibrose in eerste instantie een hoge dosis corticosteroïden. Deze corticosteroïden verminderen de werking van het immuunsysteem waardoor je minder schade aan je longen krijgt en je ziekte kan stabiliseren.
Zowel bij longfibrose als bij COPD is roken een veelvoorkomende trigger. Het is echter niet bekend hoeveel COPD-patiënten een vorm van longfibrose hebben. De vroege symptomen van longfibrose, onder meer droge hoest en kortademigheid, zijn vergelijkbaar met die van andere longziekten.
Longfibrose is een chronische ziekte. Meestal is de ziekte progressief. Dat betekent dat de klachten geleidelijk toenemen. Na verloop van tijd krijgt iemand steeds meer klachten.
Lange tijd hoesten is vaak de eerste klacht bij longkanker. Andere klachten die u kunt krijgen: bloed ophoesten, moe zijn, geen zin in eten en afvallen als u dat niet wilt. Longkanker komt vaak door lang en veel roken. Soms ontstaat het bij mensen die nooit gerookt hebben.
Longfibrose gaat niet over. Dokters proberen de klachten minder te maken en met medicijnen de vorming van littekenweefsel af te remmen. Sommige mensen met longfibrose krijgen extra zuurstof. Voor enkele mensen is een longtransplantatie mogelijk.
Ver stadium
De longinhoud is de hoeveelheid lucht die een mens kan in- en uitademen. Door een kleinere longinhoud raak je sneller buiten adem of moet je naar adem happen (kortademigheid). Ook de longfunctie (hoe goed de longen werken) kan bij ernstige sarcoïdose achteruitgaan.
De ademnood is soms zo hevig dat je het gevoel hebt dat je stikt. Soms moet je hoesten. Als je zoiets meemaakt, heb je een aanval van nachtelijke kortademigheid. Het is verstandig naar de dokter te gaan, want de kans bestaat dat je een hartziekte of een longaandoening hebt.
De schatting is dat er in Nederland jaarlijks bij ongeveer 1000 patiënten longfibrose wordt ontdekt (gediagnostiseerd). De meeste mensen bij wie de ziekte zich openbaart zijn ouder dan 50 jaar. Om te weten te komen of u longfibrose heeft, moeten er vaak allerlei onderzoeken worden gedaan.
Een vlekje op de longen wijst op een afwijking; deze kan goedaardig of kwaadaardig zijn. Om te kunnen vaststellen wat de oorzaak is van de afwijking, is verder onderzoek nodig. Deze folder geeft u informatie over de longen en de verschillende onderzoeken.
Bij sarcoïdose in de longen raakt het longweefsel langzaam vol met littekens, waardoor de longen na verloop van tijd blijvend beschadigd raken. Op longfoto's ziet deze ernstige vorm eruit als een patroon van streepjes en vlekjes, meestal in het midden van de longen.
Met behulp van röntgenstraling worden de longen in plakken in beeld gebracht waarna met de computer een driedimensionaal beeld van de longen verkregen wordt. Zo krijgt de longarts een goed en gedetailleerd beeld van de longen en het verloop van de luchtwegen.
Je ziet alleen vertekeningen in de foto waarop duidelijk te zien is dat het om een rokers long gaat en niet om een asbest long.
De term "interstitiële longziekten of longfibrose" is een verzamelnaam voor longaandoeningen waarbij het longweefsel door bindweefselvorming aangetast wordt. Deze bindweefselvorming van het longweefsel, is een chronische ziekte waarin de opname van zuurstof bemoeilijkt wordt.
Fibrose is bindweefselvorming in een orgaan of weefsel, doorgaans bij een genezingsproces indien goedaardig of in een pathologische manifestering.
Longemfyseem is een langdurige (chronische) aandoening van de longen die zich kenmerkt door chronische hoest, kortademigheid, piepen op de borst, opgeven van sputum (dik slijm) en een toenemende beschadiging van de longen.