De schoolslag is waarschijnlijk de oudste gestandaardiseerde zwemslag en werd voor het eerst geregistreerd in middeleeuws Europa. In de 19e eeuw begon de schoolslag meer gestructureerd te worden, met de nadruk op een rechtopstaande positie en een afwisseling van arm- en beenbewegingen.
Vlinderslag is de zwaarste zwemslag binnen de vier zwemslagen (schoolslag, borstcrawl, rugcrawl en vlinderslag). De vlinderslag is ooit voorgekomen vanuit de schoolslag en is daarmee de 'jongste zwemslag'. Bij vlinderslag haalt de zwemmer met twee armen tegelijk over en door het water.
In principe zijn er vier zwemslagen: borstcrawl, schoolslag, rugcrawl en vlinderslag.
Jarenlang bestonden alleen maar de schoolslag, vrije slag en rugslag, maar uit de schoolslag zou nog een 4e techniek ontstaan: de vlinderslag.
De vrije slag
De borstcrawl wordt vaak gezwommen als “vrije slag” omdat het de snelste manier van zwemmen van de zwemslagen is. Maar als er in een wedstrijd “vrije slag” staat mag je ook schoolslag, vlinderslag of rugslag zwemmen.
De hoogste snelheid die bereikt kan worden met de borstcrawl is 2,17 m/s. Alhoewel de vlinderslag een hogere pieksnelheid heeft door de gelijktijdige armbeweging, is de gemiddelde snelheid slechts 1,98 m/s.
De front crawl-slag is de snelste slag van de vier competitieve slagen, en de vlinderslag is de op één na snelste slag . De vlinderslag kan worden beschouwd als de symmetrische slag van de front crawl-slag in termen van de twee slagfasen.
Als je wilt werken aan meer mobiliteit van de wervelkolom (stijve onderrug) dan raden we de schoolslag of vlinderslag aan. De vlinderslag is ook ideaal voor mensen die veel achter een computer werken, om de borst meer te openen en een kromme bovenrug te voorkomen.
De schoolslag wordt gezien als de oudste zwemslag en wordt veel gebruikt bij reddingszwemmen, recreatief zwemmen en wedstrijdzwemmen.
Vlinderslag is de beste zwemslag om je buikspieren te trainen.
Flutteren of dolfijntrappen is niet toegestaan, met uitzondering van één dolfijntrap bij het begin en het einde van elke beurt.
Borstcrawl: de belangrijkste spieren zijn de trapeziusspier en de brede rugspier. Hiernaast heb je voor deze slag nodig: je borst, armen, schouders, bovenrug, buikspieren, onderrug, billen, heupen en benen. Bijna al je spiergroepen dus! Schoolslag: Hierbij train je vooral je rug: de brede rugspier.
Als de meest efficiënte zwemslag is de vrije slag een populaire keuze voor competitieve zwemevenementen, waaronder de Olympische Spelen. Sterker nog, veel Olympische zwemmers geven de voorkeur aan de vrije slag vanwege de snelheid en eenvoud.
1e plaats: Vlinder
Het is de meest effectieve allround-beweging voor het verstevigen en opbouwen van spieren.
De schoolslag is niet alleen een zwemveilige slag, maar ook nog eens erg geschikt voor het verbeteren van de gezondheid. Want je gebruikt bij het zwemmen van deze slag veel spieren, wat er weer voor zorgt dat je gehele lichaam zich beter ontwikkeld en dat je meer calorieën in rust en tijdens het sporten verbrand.
Vrije slag: Ook wel frontcrawl of "vrije" genoemd - dit is de snelste slag en de slag die de meeste zwemmers het langst kunnen doen zonder moe te worden - ironisch genoeg is het veel vermoeiender voor een beginner dan schoolslag of (voor sommigen) rugslag. Bij het oefenen is vrije slag de standaardslag om te doen.
Schoolslag: de eerste zwemslag
Het was schoolslag! In 1696 beschreef het boek The Art of Swimming een vroege vorm van head-up schoolslag . Nadat de originele Franse tekst in het Engels was vertaald, werd deze stijl van schoolslag honderden jaren lang de populairste zwemslag in Europa.
Vlinderslag (butterfly)
Dit is de moeilijkste van de zwemstijlen - en de zwaarste! Maar waarschijnlijk ook daarom de coolste van de vier zwemstijlen, omdat zo weinig mensen de vlinderslag kunnen zwemmen (of de kracht ervoor hebben).
Wat is de makkelijkste zwemslag voor beginners? De elementaire rugslag is doorgaans de eerste en makkelijkste zwemslag voor beginners om te leren. Daarna is de vrije slag een geweldige manier voor beginners om hun vaardigheden uit te breiden en ademhalingstechnieken te oefenen.
De belangrijkste zwemslagen, namelijk vrije slag/borstcrawl, vlinderslag, schoolslag en rugslag , kunnen echter ongewenste spanningen op de wervelkolom veroorzaken . Mensen met matige tot ernstige rugpijn moeten andere wateractiviteiten overwegen dan zwemmen met conventionele slagen.
Tijdens een zwemtraining van een half uur verbrand je ongeveer evenveel calorieën als met een uur hardlopen. Een uurtje zwemmen (dit zijn gemiddeld 30 baantjes van 25 meter) is dan ook al goed voor de verbranding van zo'n 600 (!) kcal.
Wanneer we bijvoorbeeld onder water lopen, bouwen we dus meer spierkracht op, omdat onze spieren meer weerstand moeten bieden. Dit maakt zwemmen een ideale sport voor artrose.
Het meest terugkerende probleem bij de beenbeweging schoolslag zijn de 'steekvoeten'. Kinderen strekken de voeten tijdens de stuwfase, maar kunnen hierdoor maar weinig water verplaatsen en halen te weinig rendement uit hun beenslag. Kinderen die dit fout hebben aangeleerd, hebben een hardnekkig probleem.
Nieuwe zwemmers leren doorgaans pas vlinderslag als ze veel meer ervaring hebben en een beter lichaamsbewustzijn in het water. Bij vrije slag kun je met minimale schopbewegingen toch nog redelijk snel zwemmen . Dat lukt je niet met vlinderslag!
Calorieën verbranding bij de Schoolslag
Bij de schoolslag verbrand je per uur ongeveer 660 kcal. Dit komt neer op 330 calorieën per kilometer schoolslag-zwemmen.