Opvoerhoogte (H) verticale afstand tussen het vloeistofniveau aan de zuigzijde tot waar de vloeistof moet komen. Opvoerhoogte is de druk van die de pomp moet leveren om een bepaalde pompcapaciteit te leveren. In de pompcurve is de opvoerhoogte meestal uitgedrukt in mwk.
Om de opvoerhoogte te berekenen kunnen wij uitgaan van de volgende gegevens. H = Hgeo + X + (0,2 x L) + 10 [m] H = 5 + 1 + 3 + 10 = 19 [m]. De opvoerhoogte is in totaal 19 m. Met de optie voor tuinbesproeiing vertrekkende vanaf de tappunten in huis, wordt een benodigd debiet van 2–3 m3/h aangenomen.
- De opvoerhoogte (in m WK).
Dit is de druk die de pomp moet geven bij het zojuist berekende debiet om in het hele circuit de wrijvingsverliezen in rechte buis, bochten, kranen, enz. te kunnen overwinnen.
Een waterkolom van 10 m hoogte heeft een druk van 1 atmosfeer. Dat betekent dat je met een zuigpomp water maximaal 10 m omhoog kunt zuigen.
Manometrische opvoerhoogte is het verschil in druk tussen zuig- en perszijde, en gevormd door statische opvoerhoogte vermeerderd met de totale weerstand in de zuig- en persleidingen (Hw) alsmede de snelheidshoogte (Hv).
De geodetische opvoerhoogte heeft betrekking op het daadwerkelijke fysieke verschil in hoogte tussen het vloeistofniveau in de put en het hoogste punt van de persleiding of het waterniveau in de uitstroomopening.
De statische opvoerdruk is gelijk aan de som van de geodetische opvoerdruk en het drukverschil tussen pers- en zuigreservoir. Men spreekt van "statische opvoerdruk" omdat het juist dàt deel van het te overwinnen drukverschil betreft dat niet bestaat ten gevolge van de beweging van het fluidum.
We rekenen tijdens transport door de PE-leidingen (tyleenslang) met een geschat verlies van +/- 1 Bar per 100 meter (praktische rekenwaarde bij benadering. Hoe meer druk, hoe hoger de verliezen). Als we gemiddeld zo'n 50 meter moeten overbruggen dient de pomp 3,5 Bar te leveren.
De eenvoudigste en goedkoopste manier om de grondwaterstand te meten is met behulp van een plopper/dompelklokje. De plopper is een hol buisje dat een “plopgeluid” maakt wanneer deze het grondwater raakt. De plopper hangt aan een meetlint, en kan bij verschillende firma's worden aangeschaft.
Dieptebronpompen passen in een smal boorgat en hebben een eigen diameter van bijvoorbeeld 10 cm. Deze zijn alleen voor schoon water geschikt en kunnen het water van soms wel tussen de twintig en vijftig meter diep oppompen. Bedenkt wel dat iedere meter dieper zorgt voor drukverlies op de sproeislang.
Tip: zet de pomp eens op de laagste stand. Duurt het naar uw idee te lang voordat het warm wordt? Zet de pomp dan pas een standje hoger. Met een moderne circulatiepomp kunt u het energieverbruik met wel 75% verminderen.
Hoeveel cv-pompen heb ik nodig? Een gewone ééngezinswoning zonder vloerverwarming heeft genoeg aan één circulatiepomp. Wanneer zowel radiatoren als vloerverwarming aanwezig zijn, heb je meestal meerdere circulatiepompen nodig. De meeste vloerverwarmingssystemen hebben immers een aparte circulatiepomp.
De stand bepaalt de opvoerhoogte (druk die de pomp creëert): voor verwarmingsinstallaties met radiatoren varieert de hoogte tussen 1 à 2 m (de meters staan voor de hoogte van een vrije waterkolom die overeenkomt met een druk van 10 à 20 kPa [kilopascal]), afhankelijk van de grootte van de installatie.
Cavitatie is de vorming en abrupte ineenstorting van met damp gevulde belletjes. Dit proces vindt plaats op punten in de pomp waar de druk tot onder de dampdruk van het te verpompen medium daalt. De dampdruk van een vloeistof is de druk waarbij de vloeistof begint te koken of te verdampen.
Pompcapaciteit. Pompcapaciteit (Q) is de hoeveelheid vloeistof die per tijdseenheid verpompt wordt. Pompcapaciteit wordt ook vaak volumestroom of debiet genoemd en aangegeven in m³/h of l/min.
Waternet houdt het grondwater in de gaten met peilbuizen. Op waternet.nl vindt u een kaart met peilbuizen en grondwaterstanden.
Als het regent stijgt het grondwater. Dit is normaal. Maar soms regent het erg veel. Of er zijn problemen met het afvoeren van het regenwater.
Grondwater stroomt heel langzaam, vaak maar enkele meters per jaar, in de richting waar het waterniveau lager is. Er zitten allerlei stoffen in die ook in de bodem voorkomen.
Horlogefabrikanten drukken de mate van waterdichtheid van een horloge doorgaans uit in bar (of atmosfeer), waarbij 10 meter waterdruk gelijk is aan 1 bar. Als een horlogefabrikant aangeeft dat het horloge bestand is tegen een waterdruk van 5 bar zou het horloge tot 50 meter waterdicht moeten zijn.
U kunt de waterdruk van uw cv-ketel eenvoudig controleren op de meter aan of naast de ketel. Die moet een waarde aangeven tussen 1,5 en 2 bar. Bij een lagere druk dan 1,5 bar kan de cv-installatie het water niet goed rondpompen. Bij minder dan 1 bar kan de pomp zelfs kapotgaan.
De bar is van oorsprong een Britse eenheid en 1 bar komt ongeveer overeen met de gemiddelde luchtdruk op zeeniveau (alhoewel 1 atmosfeer (atm) een betere omschrijving is). De bar is gedefinieerd als 100.000 Pa, of 100 kPa.
Wat is totaaldruk? De totaaldruk is de som van alle statische drukken en de dynamische druk.
Dus druk p = F/A. Je krijgt dan kracht per oppervlakte uit. Als je de druk zo berekent krijg je het antwoord in pascal (Pa). Dus 1 pascal (Pa) is 1 newton per vierkante meter of m2.
De capaciteit van een standaard filterpomp kun je berekenen door de inhoud van de vijver (in liters) te delen door 2. Stel dat je bijvoorbeeld een vijver hebt met een inhoud van 5000 liter water, dan zul je normaal gesproken een pomp nodig hebben met een minimale capaciteit van 2500 liter per uur.