Breuk naar kommagetal: 1/5 = 0,2.
1/5 kun je dus schrijven als 0,20. Zo kun je alle breuken omrekenen naar kommagetallen.
Antwoord: 1/5 als decimaal wordt uitgedrukt als 0,2 .
2/5 deel is 40% en is ook 0,40. (De nullen achteraan een kommagetal mag je weglaten. Je kunt de 0,10 en 0,40 dus ook veranderen in 0,1 en 0,4.
Kwart is de benaming voor het breukgetal 1/4 (¼), dus een gedeeld door vier. Deelt men iets in vier gelijke delen, dan is elk deel een kwart.
Methode. Kommagetallen worden ook wel decimale getallen genoemd. 4 is dus geen decimaal getal, maar 4,2 wel. De cijfers achter de komma noem je decimalen.
U behaalde een score van 1 uit 5, wat resulteerde in een cijferpercentage van 20,00% . Met 4 vragen of punten gemist, is uw algehele lettercijfer F, wat staat voor onbevredigende prestatieprestatie.
Leg uit dat je eerst de verhouding uit het verhaal haalt. De verhouding is 1 op de 5. Om uit te rekenen hoeveel kinderen pizza kozen deel je het totaal door 5. 2500 : 5 = 500 kinderen die pizza kozen.
Antwoord en uitleg:
1 op 5 is hetzelfde als 20 procent . Om deze breuk om te zetten in een percentage, moet je de noemer 100 maken. Om dit te doen, vermenigvuldig je de 5 met 20, aangezien 5 * 20 gelijk is aan 100.
Elk rationaal getal kan worden uitgedrukt met behulp van decimale notatie. Om een breuk om te zetten in zijn decimale equivalent, deelt u de teller van de breuk door zijn noemer .
Bij het afronden kijk je naar het tweede getal achter de komma en kijk je of deze 5 of hoger is of lager. Bij 5 of hoger rond je het tweede getal achter de komma naar boven af, bij 4 of lager rond je het getal naar beneden af. Zo wordt 5,24 afgerond op één decimaal 5,2 en 5,25 afgerond op één decimaal 5,3.
Elk stukje van 0,01 is een honderdste en staan op de tweede plek achter de komma. Een honderdste zoals dat van 0,01 naar 0,02 kun je ook weer in 10 stukjes verdelen. Elk stukje van 0,001 is een duizendste en staan op de derde plek achter de komma. Hoe verder het cijfer achter de komma staat, hoe minder het waard is.
2 – Breuken vereenvoudigen
Je kind maakt een breuk zo eenvoudig mogelijk (vereenvoudigen) door de teller en de noemer door het hoogst mogelijke getal te delen. Je moet dus zowel de teller als de noemer door dat grootste getal kunnen delen. Dit getal wordt ook wel de grootste gemeenschappelijke deler (of ggd) genoemd.
Instructie. Leg uit dat een breuk uit een teller en een noemer bestaat. Om een breuk gelijknamig te maken moet je er voor zorgen dat de noemers van beide breuken hetzelfde worden. Dit kun je doen door een van de breuken of beide breuken te vermenigvuldigen of te delen.
Leg uit dat de verhouding 1 op 5 is. Dat wil zeggen dat het verbruik van de auto 1 liter benzine is per 5 kilometer. Laat de tabel zien en leg uit dat je het totaal aantal kilometers deelt door de kilometers per liter (60 : 5= 12). Je hebt dus 12 liter benzine nodig voor 60 kilometer.
Een schaal geeft aan wat de afmetingen van het beeld zijn ten opzichte van het origineel. Een schaal van 1 : 5 betekent dat de afmetingen van het origineel 5x zo groot zijn als het beeld.
Om een decimaal getal in een breuk om te zetten, moeten we de decimalen boven hun plaatswaarde zetten. Bijvoorbeeld: in 0,6 staat er een zes op de plaats van de tienden, dus zetten we de 6 boven de 10 om de gelijkwaardige breuk te maken, 6/10. Eventueel vereenvoudigen we de breuk.
1/5 deel = 1/5 × 100 % = 100/5 % = 20 %
Vanwege de wettelijke bepaling is er geen beoordeling mogelijk met het getal nul, hoe slecht de geleverde prestatie ook is. Het laagst mogelijke cijfer is altijd 1.
E (eenheden), T (tientallen), H (honderdtallen), D (duizendtallen), TD (tienduizendtallen), HD (honderdduizendtallen). Hoeveel is elk cijfer waard in het getal 32.945? De 3 is dus 30.000, de 2 is 2.000, de 9 is 900, de 4 is 40 en de 5 is 5 waard.
2 decimalen (honderdsten) 3 decimalen (duizendsten) 4 decimalen ( tienduizendsten )
die voortgezet wordt door er steeds 1 bij te tellen of er 1 af te trekken. De gehele getallen omvatten 0, de natuurlijke getallen, dus de getallen waarmee wordt geteld, en de tegengestelden daarvan, de negatieve gehele getallen.
0,01 is éénhonderdste ( 2 nullen ) 0,001 is éénduizendste ( 3 nullen ) 0,0001 is ééntienduizendste ( 4 nullen )