De kieuwgreep is een veilige manier om snoek en andere roofvissen met tanden uit het water te pakken en vast te houden ten behoeve van het onthaken. Hoewel de term suggereert dat een vis bij de kieuwgreep aan zijn kieuwen wordt vastgehouden, is dat niet het geval.
Met de kieuwgreep kun met je hand een snoek vastpakken bij de kieuwdeksel (nooit de kieuwboog) zonder daarbij de snoek of je hand te beschadigen. De snoek zal automatisch zijn bek openen en vervolgens kun je de haak uit de bek van de snoek verwijderen.
Het vlees van de snoek is heel stevig van structuur maar heel zacht van smaak, ontzettend lekker! Het bevat wel vrij veel kleine graten, sommigen zelfs gevorkt. Maar dat is het helemaal waard.
Baars vissen
Het vissen op baars is al eeuwen een populaire bezigheid. Vooral in het Westen van Nederland viste men graag in wedstrijdverband op baars. Uitgerust met een vaste niet te lange hengel, een dobbertje, en een langstelige haak met daarop een worm, zijn zo heel wat baarzen gevangen.
De snoek en winter
Wanneer de watertemperaturen dalen, wordt onze mooie Esox Lucius weer kieskeuriger in wat zij wilt bijten. Door studies over het gedrag van de snoek is gebleken dat de watertemperatuur vrij weinig te maken heeft met het passieve gedrag van de meeste snoeken.
Snoeken zijn net als veel anderen vissen niet de hele dag actief. Je kunt daarom het beste gaan snoeken in de tijden dat ze wel actief zijn, namelijk 's morgens en in de namiddag tot avond. Rond het middag uur is de vis vaak vrijwel niet actief en hangt deze meer een beetje rond de bodem dan dat deze actief jaagt.
Op het grote water is het zo dat de kleinere snoek vaak dichter bij de kant op circa 1 tot 2 meter diepte verblijft. Logisch natuurlijk. Op het diepere open water is een kleinere snoek een makkelijke prooi voor een buffel.
Ja, snoeken kunnen mensen bijten. Maar op enkele incidenten na komt dit over het algemeen nooit voor in Nederland. Een snoek is dan wel een roofvis maar de snoek eet geen mensen vlees. En gelukkig maar want snoeken hebben wel 700 vlijmscherpe tanden.
Het Voedingscentrum raadt het regelmatig eten van zelfgevangen zoetwatervis uit Nederlandse wateren af, zoals paling, baars en forel. En eet zo min mogelijk vis, garnalen, oesters en mosselen uit de Westerschelde. Een enkele keer kan geen kwaad. Voor zelfgevangen zeevis gelden geen beperkende adviezen.
In grote delen van Centraal-Europa, in het bijzonder Polen en Hongarije, wordt de karper wel gegeten. De vis wordt verwerkt in vissoep of in moten gepaneerd en gebakken. Ook in Oost-Azië is de vis populair.
Maar hoe gevaarlijk is deze vis eigenlijk? Volgens snoekvisser Joost Kamminga eten snoeken echt geen mensen: "Nee, echt niet. Snoeken eten voornamelijk kleine vissen, kuikentjes. Waarschijnlijk heeft deze snoek zich in het nauw gedrongen gevoeld.
Nee, snoeken zijn niet gevaarlijk voor mensen, maar vanwege hun bruuske aanvallen gebeuren er wel eens ongelukjes met zwemmers die in hun voet gebeten worden of mensen die hun hand langs een varende boot houden.
vissen in en bij een aangewezen stuw of in of bij een aangewezen vispassage € 150,- vistuig voorhanden terwijl vistuig op dat moment verboden is € 100,- 1 of 2 hengels voorhanden zonder toestemming € 100,- meer dan 2 hengels voorhanden zonder toestemming € 100,-
Hoewel het onderzoek aantoont dat snoeken behoorlijk sterk zijn en dus in principe wel 5 minuten boven water gehouden kunnen worden zonder echte problemen, valt het aan te bevelen de tijd boven water zo kort mogelijk te houden.
Om een snoek te onthaken kun je hem het beste met een schepnet uit het water halen om vervolgens de kieuwgreep toe te passen. Hiermee gaat de mond van de snoek open en kun je met een tang de haak verwijderen. Zorg daarom altijd dat je een onthaakmat, onthaaktangen en kniptangen bij je hebt.
Veel grotere vissen zoals karper en zeelt hebben een kuiltje bij de voorste vin. Als je hier je vinger in legt bij het vastpakken, dan houdt je de vis beter onder controle. Leg bij grotere vissen je vinger in het kuiltje onder de vin, hierdoor kun je de vis goed vast houden.
Dorade, inktvis, paling, poon, rog, blauwvintonijn, wijting en zeewolf zijn voorbeelden van vissen die nooit een goed idee zijn. De redenen kunnen uiteenlopend zijn: overbevissing, habitatvernietiging, vervuilende kweektechnieken, de kweek is niet duurzaam of de vis is met uitsterven bedreigd.
Zoutwatervissen: ansjovis, bot, griet, heilbot, makreel, kabeljauw, koolvis, rode poon, sardien, schar, schelvis, schol, tarbot, tong, tonijn, wijting, zeepaling en zeeduivel. Zoetwatervissen: baars, forel, karper, meerval, paling, snoek en steur.
De snoekbaars heeft stevig visvlees, waardoor hij zich voor vrijwel alle bereidingen goed leent, zoals bakken, grillen, pocheren, stomen en garen in zoutkorst of bladerdeeg. In tegenstelling tot snoek, heeft de snoekbaars geen grote hoeveelheden graten, waardoor het ook met hele vissen fijn werken is.
De grootste snoek werd op basis van een reconstructie van botfragementen, gevangen in de 4de of 5de eeuw na Chr. in de rivier de Velika. De lengte werd bepaald op 1,82 meter. Als maximum-lengte voor de snoek speculeren de onderzoekers over een lengte van 1,90 tot 2 meter.
Hoe smaakt snoekbaars? Snoekbaars is een witvis met stevig vlees, weinig graten en een verfijnde smaak. Kenmerkend is de zoetige neutrale smaak. Hij staat ook wel bekend als Nederlandse delicatesse vanwege zijn unieke smaak.
Wat betreft de tanden van de snoekbaars valt op dat deze spits en erg scherp zijn maar dat het geen aaneengesloten rij is. Ook het aantal tanden is minder dan dat je dat bijvoorbeeld in een snoekenbek ziet. Toch zijn ze speciaal gemaakt om visjes mee vast te houden. Daar jaagt de snoekbaars namelijk vooral op.
Het beste is om de aasvis net voor de rugvin in de rug te prikken. Snoek valt prooien meestal van de zijkant aan en je kan bij een aanbeet met deze montage direct de haak zetten. Daarnaast hangt de aasvis op deze manier het meest natuurlijk in het water.
Doodaas takels
De haakmaat laat je afhangen van het formaat van de aasvis. Als standaard is een takel met twee dreggen maat 4 perfect. Als je met een grotere of kleinere aasvis vist kun je uitwijken naar een grotere maat 2 of een kleinere maat 6.
Zijsloten, vaarten, baaien, eigenlijk alles wat vast zit aan het grote water zijn goede plekken. Zeker als hier wat planten groeien, of misschien zelfs tussen huizen in. Zeker in het koudere jaargetijde echt een topstek!