Belangrijk is dat u de metingen steeds rond het zelfde tijdstip doet. Meet de bloeddruk in een zittende houding met de armen rustend op tafel.De stoel moet de rug goed recht ondersteunen en uw bovenarm met het manchet dient u ter hoogte van uw hart te houden.
Meet de bloeddruk bij voorkeur in zittende houding met de rug ondersteund. Zorg ervoor dat de arm ondersteund is en breng de manchet aan op harthoogte. Zorg ervoor dat de benen niet zijn gekruist (zitten met beide voeten op de grond).
'Hypotensie' betekent 'lage bloeddruk', en 'orthostatisch' betekent zoveel als een 'rechtopstaande houding'. Samen geven de woorden aan dat de bloeddruk daalt in staande houding. In liggende houding kan de bloeddruk normaal of zelfs hoog zijn, maar staand daalt de bloeddruk.
Stappen bij het meten van de bloeddruk
Ga rustig zitten op een hoge stoel, rechtop en met uw benen naast elkaar. Blijf minstens 5 minuten zitten, zonder te praten. Doe daarna de bloeddrukband om uw blote bovenarm. U doet de meting altijd aan de arm waar bij u de hoogste bloeddruk wordt gemeten.
Een 3-voudige bloeddrukmeting met korte tussenpozen verbetert de nauwkeurigheid, maar moet met zorg worden uitgevoerd. Te vaak achter elkaar meten kan ongemak en schade aan de bovenarm veroorzaken, afhankelijk van de conditie van de arm en het type bloeddrukmeter.
Hoewel de bloeddrukmeter zelf nauwkeurig meet, kunnen de resultaten afwijken van metingen bij de huisarts of andere klinisch gevalideerde meters. Deze verschillen zijn echter doorgaans geen aanwijzing dat de meter niet goed werkt. Er zijn andere factoren die de metingen kunnen beïnvloeden.
Een andere mogelijkheid is dat het uitvoeren van meerdere bloeddrukmetingen met kortere tussenpozen minder nauwkeurig is vanwege hyperemie van de bovenarm [17], wat is onderzocht tijdens metingen met de Korotkoff-methode, en dit kan de bron zijn van de aanbeveling om ten minste 1 minuut te wachten tussen ...
De bloeddruk varieert gedurende de dag. 's Nachts is de bloeddruk het laagst. De bloeddruk stijgt 's morgens bij het ontwaken en daalt in de loop van de dag. Aan het einde van de dag stijgt deze weer wat. De bloeddruk stijgt ook tijdens het sporten of bij stress, heftige emoties of pijn.
Verschillen in de bloeddruk in de linker- en rechterarm van 15 mmHg of meer wijzen op de aanwezigheid van perifeer arterieel vaatlijden en op een verhoogd overlijdensrisico. Dat blijkt uit een meta-analyse in The Lancet, waarin de auteurs stellen dat de bloeddruk voortaan standaard in beide armen gemeten moet worden.
Minder zout eten verlaagt je bloeddruk. Je let op zout door bijvoorbeeld kant-en-klaarmaaltijden, eten uit pakjes en zakje en zoute snacks zoveel mogelijk te laten staan. In verse, onbewerkte producten zit geen zout. En het zout dat je zelf over het eten strooit kun je vervangen door (verse) kruiden.
In de periode tussen de eerste en de tweede bloeddrukmeting (waarbij dus de pols geteld wordt) dient de deelnemer rustig te blijven zitten, zonder te praten (aangezien bewegen en praten invloed heeft op de hoogte van de bloeddruk) Na de duplo-meting aan de arm zal de bloeddruk aan de enkel gemeten worden (bijlage 8c).
In de Europese richtlijn (Visseren, 2021) wordt een systolische bloeddruk < 140 mmHg geadviseerd bij ouderen > 70 jaar en tot 130 mmHg als het goed verdragen wordt.
Bent u voornamelijk linkshandig dan meet u aan de rechterarm. Bent u rechtshandig dan meet u aan de linkerarm. De reden voor deze richtlijn is simpel. De arm die het minst gebruikt wordt heeft minder spiervorming waardoor het meten van de bloeddruk accurater is.
Wanneer meten? Je gaat twee keer per dag je bloeddruk meten: 's ochtends tussen 6-9 uur en 's avonds tussen 18-21 uur. Buiten deze tijden zal de bloeddrukmeter niet meten. Zorg ervoor dat je geplast hebt, zodat je blaas leeg is, want een volle blaas kan de bloeddruk verhogen.
Onderzoekers ontdekten dat bloeddrukmetingen die werden uitgevoerd met armposities die vaak in de klinische praktijk worden gebruikt (een arm op schoot of zonder ondersteuning aan de zijkant) aanzienlijk hoger waren dan de metingen die werden uitgevoerd met de arm ondersteund op een bureau, de standaard aanbevolen armpositie.
Als je ouder wordt, stijgt je bloeddruk. De richtlijn voor de bloeddruk bij ouderen is daarom anders dan bij jongere mensen. Bij gezonde mensen van boven de 60 jaar wordt over het algemeen een bloeddruk van 160/90 mmHg aangehouden als te hoog.
Het is niet nodig om tussen twee metingen 1 minuut te wachten. Bij een groot verschil tussen de eerste en de tweede meting is het verstandig door te meten totdat twee opeenvolgende metingen niet meer dan 5 mm Hg systolisch of diastolisch van elkaar verschillen.
Voor vitale ouderen (> 80 jaar) kan veilig de streefwaarde gehanteerd worden van < 140 mmHg, of tot 130 mmHg als de patiënt de behandeling goed verdraagt.
Hierna staat u op en wordt de bloeddrukmeting gedurende minimaal 3 minuten in staande houding een aantal keren herhaald. Tijdens de bloeddrukmeting wordt gelet op veranderingen in de bloeddruk. De veranderingen kunnen optreden omdat het bloed staand meer stuwing naar het hoofd nodig heeft dan in liggende positie.
Een gezonde bloeddruk ligt onder 140/90 mmHg, maar het risico op hart- en vaatziekten neemt toe als de bloeddruk stijgt. Waarden vanaf 140/90 mmHg worden als hoge bloeddrukwaarden beschouwd. Ernstig verhoogde waarden zijn gevaarlijke bloeddrukwaarden en liggen boven 180/110 mmHg.
Statische isometrische oefeningen waarbij spieren worden aangespannen zonder beweging – zoals muurzitten en planken – zijn het beste voor het verlagen van de bloeddruk, zo blijkt uit een nieuwe studie in het British Journal of Sports Medicine.
120/80 of lager is een ideale bloeddruk. 140/90 of hoger is een hoge bloeddruk.
Wanneer u klaar bent om uw bloeddruk te meten, ga dan vijf minuten in een comfortabele positie zitten met uw benen en enkels niet gekruist. Uw rug moet worden ondersteund door een stoel. Probeer kalm te blijven en niet aan stressvolle dingen te denken.
Als de meter uw bloeddruk niet kan meten , wat om verschillende redenen kan gebeuren, dan probeert hij het automatisch opnieuw en pompt hij de manchet opnieuw op.
Grote schommelingen
De bloeddruk schommelt namelijk sterk gedurende 24 uur. Een patiënt kan gespannen zijn in aanwezigheid van de arts, het zogenaamde wittejassensyndroom, en daardoor hoge waarden hebben. Ook het omgekeerde is mogelijk. Daarom is het beter om minstens twee metingen te doen.