Het gemiddelde CPI inflatiecijfer in 2021 berekend over alle maanden was 2.7%, ook al was de stijgende inflatie in december al 5.7%. Het door het CBS berekende gemiddelde CPI percentage van 2.7% is de maximale inflatiecorrectie die door commerciële bedrijven toegepast mag worden in 2022.
De gemiddelde CPI inflatie in Nederland in 2021 was 2.7%
Bij een gemiddelde jaarlijkse inflatie van 2.7%, neemt de koopkracht van je vermogen met 50% af binnen een periode van 25 jaar.
De kerninflatie blijft met 6,7% te hoog en zorgt voor hoge jaargemiddelden in 2023 en 2024. Hoge kerninflatie, met name vanuit diensten stuwen de inflatie enerzijds, en negatieve bijdrages vanuit energieprijzen drukken de inflatie. Onze nieuwe inflatieramingen komen uit op 4,4% in 2023 en 3,3% in 2024.
De prijsstijging van goederen en diensten in Nederland volgens de HICP was in 2022 gemiddeld 11,6 procent.In 2021 was de stijging van de HICP voor Nederland 2,8 procent. De prijsstijging in de eurozone nam volgens voorlopige cijfers toe van 2,6 procent in 2021 naar 8,4 procent in 2022.
Deze data is afkomstig van het CBS dat maandelijks de mutatie van de consumentenprijsindex (CPI) publiceert, uitgedrukt in in een % verandering t.o.v. een jaar eerder. De gemiddelde CPI inflatie in Nederland in 2023 is 5.9%.
Bij een hoge inflatie wordt het spaargeld van mensen minder waard. Ook zullen zij minder kunnen kopen van hun inkomen. Om dit te voorkomen probeert de ECB ervoor te zorgen dat de inflatie niet hoger wordt dan 2%. Bij een inflatie van lager dan 2% is er kans op deflatie.
Wilt u een handelshuur of gemene huur indexeren, dan neemt u voor het 'nieuwe' indexcijfer de index van de vorige maand (maand vóór de maand waarin het huurcontract inging). Voor het aanvangsindexcijfer neemt u de index van de maand vóór de maand waarin het contract gesloten was.
De inflatie in Nederland wordt gemeten als de stijging van de consumentenprijsindex (CPI) ten opzichte van de overeenkomstige periode in het voorgaande jaar. De consumentenprijsindex geeft het prijsverloop weer van een pakket goederen en diensten zoals dit gemiddeld wordt aangeschaft door de Nederlandse huishoudens.
Inflatie levert geen recht op loonsverhoging op. Een inflatiecorrectie is namelijk niet verplicht. Maar een werkgever kan het overwegen, bijvoorbeeld in geval van een krappe arbeidsmarkt of omdat werknemers in de problemen komen. Ook wordt er tijdens cao-onderhandelingen vaak sterk op een inflatiecorrectie ingezet.
Over heel 2023 verwachten we een kerninflatie van 7,1 procent. Dit betekent dat consumentenprijzen van alle goederen en diensten anders dan voedsel en energie (waaronder ook brandstoffen voor voertuigen) gemiddeld 7,1 procent hoger liggen dan vorig jaar.
Een inflatie van 7,6 procent in januari 2023 betekent dat de prijzen van consumentenproducten 7,6 procent hoger zijn dan in januari 2022. De inflatie van 7,6 procent in januari komt dus niet bovenop de inflatie van 9,6 procent in december.
Een inflatie van 4,6 procent in juli 2023 betekent dat de prijzen van consumentenproducten 4,6 procent hoger zijn dan in juli 2022. De inflatie van 4,6 procent in juli komt dus niet bovenop de inflatie van 5,7 procent in juni.
Tot 1 juli 2022 mag uw verhuurder de (kale) huur met 2,3% verhogen.Vanaf 1 juli 2023 mag uw verhuurder de huur voor uw kamer, woonwagen of standplaats verhogen met maximaal 3,1%. De hoogte van uw inkomen is hier niet belangrijk. De verhuurder mag ook niet vragen naar uw inkomen bij de Belastingdienst.
We leggen het graag voor u uit. Een verhuurder mag de huurprijs van de woning één keer per jaar indexeren. Dit telkens op de verjaardag van de inwerkingtreding van het huurcontract. Werd een bepaald huurcontract dus gestart op 1 februari 2022, dan kan de indexering worden toegepast vanaf 1 februari 2023.
De consumptieprijsindex stijgt deze maand met 0,98 punt of met 0,76%. De inflatie op basis van de gezondheidsindex daalt van 4,80% naar 4,16%. De afgevlakte gezondheidsindex bedraagt in augustus 125,31 punten.
Vanaf 1 juni 2023 geldt er voor specifieke artikelgroepen een inflatiecorrectie van 10%.
Een inflatie van 17,1 procent in september 2022 betekent dat de prijzen van consumentenproducten 17,1 procent hoger zijn dan in september 2021. De inflatie van 17,1 procent in september komt dus niet bovenop de inflatie van 13,7 procent in augustus.
Maar de prijs mag niet meer dan 10% hoger worden dan de richtprijs. De prijs mag alleen meer dan 10% hoger worden met uw toestemming. Hij moet u dus op tijd waarschuwen als het duurder wordt. U kunt er dan voor kiezen om minder werk te laten doen.
De inflatie in Nederland behoort tot de hoogste van Europa. Dat komt door erg hoge brandstofheffingen, door een relatief grote afhankelijkheid van gas en – last but not least – door de zwakke euro.
Het meest gebruikte cijfer voor indexeringen is de Consumentenprijsindex (CPI). Andere cijfers die voor indexeringen kunnen worden gebruikt, zijn bijvoorbeeld: Producentenprijsindex (PPI) - kosten van materialen. Cao-loonindex - kosten van arbeid.
Het minimumloon stijgt per 1 januari 2023 met 8,05%, met daarbovenop de reguliere indexatie. Werkgevers moeten daardoor in de eerste helft van 2023 aan werknemers van 21 jaar en ouder met een fulltime dienstverband minimaal € 1.934,40 betalen.