Een hbo-opleiding leidt mensen op voor hogere functies bij de overheid of in het bedrijfsleven, zoals verpleegkundige, accountant of bouwkundig ingenieur. Hbo-opleidingen volg je aan een hogeschool. Het wetenschappelijk onderwijs (wo) is het hoogste niveau. Een wo-opleiding volg je aan een universiteit.
Niveau vwo
Het vwo duurt zes jaar en bereidt leerlingen voor op een wetenschappelijke opleiding aan de universiteit. Deze onderwijssoort is dan ook het meest theoretisch. Het vwo bestaat uit twee richtingen: het atheneum en het gymnasium.
De richting Technisch Secundair Onderwijs (TSO) bestaat uit algemeen vormend en beroepsgericht onderwijs. Duur: 6 jaar. Inhoud: algemeen vormende vakken en praktische vakken (technisch/economisch/administratief). De praktische vakken vormen vaak een klein percentage van het totale vakkenpakket.
Het laagste niveau van het voortgezet onderwijs is het praktijkonderwijs. Dit onderwijs is speciaal voor jongeren die het moeilijk vinden om een diploma te behalen in het 'reguliere' voortgezet onderwijs. Het halen van een diploma op vmbo niveau is voor veel praktijkonderwijs leerlingen te hoog gegrepen.
In de eerste graad doorlopen de leerlingen een meer theoretische dan wel een meer praktische opleidingsvariant. Vanaf de tweede graad wordt gekozen tussen vier vormen van secundair onderwijs: algemeen, beroeps, kunst en technisch. De derde graad leidt toe naar beroep of hoger onderwijs.
Studenten kunnen naar het mbo (niveau 1 t/m 4), naar het hbo (in de vorm van een 2-jarige associate degree, een hbo-bachelor en/of een hbo-master) of naar de universiteit voor een wo-bachelor en/of wo-master. De hoogste graad in het onderwijssysteem is een PhD.
Na het KSO kan de jongere een beroep uitoefenen of overstappen naar het hoger onderwijs. Het TSO besteedt aandacht aan algemene en technisch-theoretische vakken. Na het TSO kan de jongere een beroep uitoefenen of overstappen naar het hoger onderwijs. Bij deze opleiding horen ook praktijktlessen.
Er wordt binnen het hoogst behaalde onderwijsniveau een onderscheid gemaakt naar vijf categorieën, namelijk de categorie basisonderwijs, de categorie vmbo, havo-, vwo-onderbouw en mbo1, de categorie havo, vwo en mbo2-4, de categorie hbo- en wo-bachelor en de categorie hbo- en wo-master of doctor.
In het kort: Met een vwo-advies kan je zowel naar het atheneum als het gymnasium. Het niveau is op het atheneum en gymnasium gelijk. Het enige verschil is dat je op het gymnasium ook de vakken Latijn, Grieks en klassieke culturele vorming krijgt. Ook krijg je een gelijke diploma als je na klas 6 geslaagd bent.
Een typische vwo leerling is zeer zelfstandig en vormt graag zijn of haar eigen mening. Daarbij is er altijd de drang naar onderzoek. Een vwo'er is uiteraard slim, beschikt over een uitstekend zelfreflectie en is kritisch. Op zichzelf, maar ook op de directe omgeving.
In het BSO bestaan heel wat 7e jaren (derde leerjaren van de derde graad BSO). Het volgen van zo'n jaar levert je niet alleen een doorgedreven specialisatie in je vakdomein, maar ook een diploma secundair onderwijs.
De logische onderbouw is de richting Humane wetenschappen in de 2de graad ASO.
Universiteit is niet moeilijker of beter dan hogeschool.
Hét grote verschil zit 'm in de manier van lesgeven en evalueren. Zorg dus vooral voor een match met je eigen studieprofiel, dan studeer jij straks in no time magna cum laude af.
Atheneum is officieel geschapt. Je hebt VWO, en gymnasium. bigone schreef: Vwo'er is voor de gewone mensen, Gymnasiast hoor je vaak ouders hun kind noemen om even duidelijk te maken dat ze exceptioneel zijn.
Het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo) bereidt leerlingen voor op een studie aan de universiteit. Het vwo duurt 6 jaar.
Belemmeringen voor de doorstroom havo-vwo
In het havo-profiel cultuur en maatschappij (CM) is wiskunde niet verplicht. Op het vwo maakt wiskunde deel uit van ieder profiel, ook CM. Doorstromers met een CM-profiel zullen dus alsnog examen in wiskunde moeten doen.
Als VMBO-leerlingen hun eindexamen doen, zijn ze normaal gesproken 16 jaar oud. Voor leerlingen in het HAVO geldt dat de meesten het 5e en laatste jaar afronden als ze 17 zijn geworden. Leerlingen die het VWO doen, doen eindexamen in het 6e jaar als ze 18 worden.
Ook het vijfde jaar (pre examenjaar) wordt genoemd als zwaar jaar. Maar als je het vierde jaar goed doorkomt zal het vijfde ook wel lukken.
Toelating tot de universiteit
Niet iedereen kan zomaar toegelaten worden tot de universiteit. Ieder jaar gaan ongeveer 50.000 studenten studeren op een universiteit in Nederland. De meeste instromers hebben een vwo diploma. Dan moet je ook het goede profiel hebben dat bij de opleiding hoort.
Het grootste verschil tussen hbo en wo, behalve natuurlijk het niveauverschil, is de zelfstandigheid. Op het hbo word je nog veel meer gestuurd om bepaalde keuzes te maken en daarvoor worden verschillende middelen aangereikt. Op de universiteit moet je echt zelf op zoek naar het pad dat je wilt bewandelen.
HAVO – Senior general secondary education. VWO – Pre-university education. MBO – Secondary vocational education.
Kan ik op elk moment veranderen van onderwijsvorm of studierichting? Overstappen kan maar tot een bepaalde datum in de loop van het schooljaar. Tot wanneer precies hangt af van het jaar waarin je zit. In het 1ste en 2de jaar kan je doorheen het schooljaar veranderen als de klassenraad dat toelaat.
5: hoger beroepsonderwijs, gegradueerde (voorheen HBO5) 6: hoger onderwijs, niveau Bachelor. 7: hoger onderwijs, niveau Master. 8: Doctor.