Het voeren van een blauw zwaailicht kan aangemerkt worden als het voeren van niet-correcte verlichting (verkeerde kleur) of als het oneigenlijk voeren van een blauw zwaailicht. In het eerste geval kan het bij een boete van 90 euro blijven.
Gebruik blauw zwaailicht
Politie, ambulance en brandweer mogen blauwe zwaailichten alleen gebruiken voor dringende taken.
Amberkleurige, oftewel oranje zwaailampen worden gebruikt op voertuigen die moeten opvallen in het verkeer. Bijvoorbeeld om aan te geven dat ze extreem groot zijn, langzaam rijden of omdat ze werkzaamheden op/langs de weg uitvoeren.
Je mag oranje zwaailichten in de volgende situaties voeren: Bij werkzaamheden met hulpverlening op of langs de weg met daartoe ingerichte motorvoertuigen. Werkzaamheden die betrekking hebben op de weg, denk hierbij aan het letterlijke werken aan de weg maar ook het strooien in de winter.
Een zwaailicht is een transparante kap met daarin een ronddraaiende, in één richting schijnende lamp, of een stilstaande lamp met daaromheen draaiende spiegel of lenzen. Hierdoor is een felle lichtflits te zien die naar alle kanten zichtbaar is.
Als een politievoertuig zwaailichten en sirene gebruikt, is het een voorrangsvoertuig. Als weggebruiker dient u dan onder alle omstandigheden het politievoertuig vrije doorgang te verlenen. Bij het gebruik van zwaailicht en sirene is het politievoertuig over het algemeen onderweg naar een spoedgeval.
Doordat de maximumsnelheid per half maart omlaag gaat, mogen ook politie, brandweer en ambulances 'slechts' 140 kilometer per uur.
De politie, brandweer, ambulance, marechaussee, het Rode Kruis, Rijkswaterstaat, ProRail en nu ook nog de veiligheidsregio. Ze rijden allemaal in voertuigen met blauwe zwaailichten en sirene.
Alleen tijdens het oprijden of verlaten van de vluchtstrook of het in- of uitrijden van het werkvak moet het zwaailicht gebruikt worden. Tijdens de werkzaamheden moet het zwaailicht gedoofd zijn en wordt gebruik gemaakt van een actieraam met alternerende verlichting.
Blauwe zwaailichten worden alleen gebruikt voor dringende taken die worden uitgevoerd door de politie, brandweer en diensten voor spoedeisende medische hulpverlening, zoals een ambulance. Groene zwaailichten mogen alleen worden gebruikt door het commandovoertuig dat hoort bij de politie, brandweer of ambulance.
"Dat is heel belangrijk voor de veiligheid van het personeel en voor de snelheid waarmee slachtoffers kunnen worden vervoerd", aldus De Block. Daarom komen er ambulances met verschillende basiskleuren: gele voor dringende hulpverlening en witte voor niet-dringend ziekenvervoer.
Een politieauto, een ambulance of een brandweerauto wordt een voorrangsvoertuig genoemd. Om voorrang te krijgen van het overige verkeer moet er wel actief een zwaailicht en een sirene gebruikt worden.
Ze zijn voorzien van blauwe Leds in de grille, 1 op het dashboard, 1 links en 1 rechts thv de achterste zijruit en 2 op de hoedeplank. Verder zijn ze ook voorzien van een opklapbord STOP/POLITIE.
De meeste auto's zijn namelijk van de Dienst Koninklijke en Diplomatieke Betrekkingen van het Korps Landelijke Politie Diensten (NIET van de rijksrecherche zoals ik hieronder een aantal keer heb zien staan en zeker niet van de rijkspolitie want die bestaat al bijna 20 jaar niet meer).
De zwarte wagen is niet alleen bedoeld om onopvallend te patrouilleren, maar ook om snel tussen te komen waar nodig. “Maar alleen medewerkers die een speciale opleiding volgden, mogen er mee de baan op”, zegt woordvoerder Michaël Vanden Heede.
Waar rood licht op 2 kilometer hoogte nog zichtbaar is, wordt blauw licht veel meer door de atmosfeer verstrooid (daardoor is de lucht ook blauw). Omdat blauw licht maar tot een hoogte van 300 meter reikt, zou het niet zichtbaar zijn voor eventuele vijandelijke bommenwerpers.
Een voorrangsvoertuig is te herkennen aan een blauw zwaailicht en een tweetonige sirene. De meest voorkomende in het verkeer zijn de voertuigen van de brandweer, politie en ambulance. Maar ook Rijkswaterstaat, Defensie en orgaan -en bloedtransport hebben de bevoegdheid om met zwaailicht en sirene te mogen rijden.
Om met 100% zekerheid te kunnen garanderen dat iemand te hard heeft gereden, trekt de politie van de gemeten snelheid een paar kilometer af. De meetcorrecties zijn: bij minder dan 100 km/u: 3 kilometer meetcorrectie. bij meer dan 100 km/u: 3 procent meetcorrectie.
De Audi A6 Avant is het snelle interventie voertuig van de politie. De auto wordt voornamelijk ingezet op snelwegen en wegen buiten de bebouwde kom.
Deze gele zwaailichten mogen alleen gebruikt worden om weggebruikers op een bijzondere of gevaarlijke situatie te wijzen. Denk hierbij aan het wegtakelen van een auto met pech.
Waarom heeft de ambulance soms wel en soms geen sirene/zwaailicht? Een ambulance rijdt alleen met sirene en zwaailicht wanneer de ambulance een spoedmelding heeft. Als je een ambulance zonder sirene en zwaailicht ziet rijden is de melding dus niet spoedeisend.
Wettelijk gezien zijn hulpdiensten met zwaailicht, maar zonder sirene, geen voorrangsvoertuig. Wel zet een hulpdienst het zwaailicht aan om aan te geven dat ze haast hebben en dus voorrang willen krijgen. Wees daar altijd alert op.
Voorrangsregels bij militaire colonne
Doorkruisen van een militaire colonne mag nooit, ook niet als je de militaire colonne op een voorrangsweg tegenkomt. Als deze de voorrangsweg aan het oversteken is, moet jij wachten, ondanks dat je volgens de normale verkeersregels voorrang hebt.