Leestekens zijn tekens in de tekst die gebruikt worden om de tekst leesbaarder te maken. In sommige zinnen worden leestekens gebruikt om aanwijzingen te geven over de betekenis en uitspraak van de zin. Het gebruik van leestekens in een tekst wordt interpunctie genoemd.
Interpunctie is het geheel aan leestekens. Is je interpunctie correct, dan wordt je tekst leesbaarder.
@, uitgesproken als at of apenstaartje, is een symbolische afkorting van at of at the cost of (uit het Engels). Oorspronkelijk werd het gebruikt voor rekeningen, bijvoorbeeld: "7 widgets @ £2 ea. = £14". Het staat dus eigenlijk voor het Latijnse ad of het Franse à.
Een teken heeft altijd maar een betekenis, een symbool meerdere betekenissen. Een symbool geeft te denken over de hoofdzaken van het leven. Ook menselijke, dierlijke, halfmenselijke of bovenmenselijke figuren hebben binnen godsdiensten soms een heel specifieke betekenis.
Leestekens zijn tekens die je bij het schrijven gebruikt om een tekst begrijpelijker te maken, bijvoorbeeld een punt of een komma. Als je iets vertelt, kun je met pauzes, intonatie of gebaren duidelijk maken wat je bedoelt. In geschreven taal doe je dit met punten, komma's, vraagtekens en andere leestekens.
Een apostrof, ook wel afkappingsteken of weglatingsteken genoemd, is een leesteken dat de uitspraak van een woord verduidelijkt of aangeeft dat een of meerdere letters van een woord zijn weggelaten. De apostrof ziet eruit als een hoge komma (').
Interpunctie is het gebruik van leestekens (punten, komma's enzovoort) in een tekst. De benaming interpunctie stamt uit de zestiende eeuw en is afgeleid uit het Latijn (inter = tussen; punctum = punt).
Apenstaartje is de Nederlandse term voor het @ symbool, een karakter dat geen deel uitmaakt van het alfabet maar wel vaak gebruikt wordt voor internet toepassingen. De Engelse uitspraak is 'at' of fonetisch 'et' waarmee de betekenis als karakter in e-mailadressen duidelijk wordt.
De schuine streep wordt traditioneel Duitse komma genoemd; ook de benaming slash komt voor. Voor en na een schuine streep wordt over het algemeen geen spatie gezet, maar in lange of ingewikkelde combinaties komt het de leesbaarheid ten goede als er wél spaties voor en na de schuine streep worden geplaatst.
De Nederlandse vertaling van parentheses is haakjes. Vaak wordt de Engelse term parentheses gebruikt als wordt gesproken over een zin(sdeel) dat tussen haakjes staat. Een tekst kan tussen haakjes worden gezet om extra informatie aan een zin toe te voegen of om correct naar bronnen te verwijzen in een academische tekst.
Het halflange liggende streepje (–) wordt onder andere gebruikt als gedachtestreepje (Dat was wel heel bijzonder of – zoals mijn zoon zou zeggen – 'vet cool'). Ook de underscore (_) is een soort liggend streepje. In de praktijk wordt liggend streepje dikwijls als synoniem van koppelteken gebruikt.
Cijfers en leestekens op Android-smartphone
en zit onder de Shift-toets. Onder de cijfers verschijnen toetsen met leestekens. Linksonder staat de toets '1/2'. Tik hierop om meer leestekens in beeld te krijgen.
Aanhalingstekens geven aan dat woorden letterlijk geciteerd worden. Ze worden ook gebruikt om de betekenis van een woord of uitdrukking te omschrijven.
Het beletselteken (…)
Het kan aangeven dat de zin wordt afgebroken of dat de lezer geacht wordt zelf een woord of gedachte in te vullen. Als het beletselteken aan het einde van een zin staat, komt er geen extra punt achter het beletselteken. Ze vroeg nog: 'Weet jij of we morgen …' Maar Hannes liep al de deur uit.
Een bijzin in een bijzin hoort tussen twee komma's. Een beknopte bijzin hoort ook tussen twee komma's. Als de zin erg lang is komt tussen een beknopte bijzin en een hoofdzin een komma. Dit is ook het geval als het werkwoord uit de bijzin naast de persoonsvorm van de hoofdzin komt te staan.
Komma's gebruik je om een tekst beter leesbaar te maken. Een komma staat voor een rustpunt in de zin. Je plaatst meestal een komma als je een pauze hoort in een zin als je deze hardop voorleest. In sommige gevallen moet je altijd een komma gebruiken, en in andere gevallen juist niet.
Een spatie is de ruimte die in geschreven tekst vrijgehouden wordt tussen twee woorden. Strikt genomen is de spatie geen leesteken, maar de lege ruimte tussen de woorden maakt een tekst wel leesbaarder. In een computerbestand wordt een spatie wel gerepresenteerd door een teken.
Dubbele aanhalingstekens (“deze”) worden in de meeste teksten alleen gebruikt om letterlijke citaten weer te geven. Zo'n citaat kan uit gesproken en uit geschreven taal komen: De Troonrede begint altijd met: “Leden van de Staten-Generaal”. Ze zei vanmorgen nog: “Ik kom op tijd naar huis.”
De apostrof wordt gebruikt voor de bezits-s van woorden die eindigen op a, e, i, o, u of y, voorafgegaan door een medeklinkerletter of op de grens van een nieuwe lettergreep. (De e moet klinken als /ee/, maar de é met accent krijgt geen apostrof.)
Het accent aigu (Latijn: acutus, scherp), in de drukkerij kort met kuut aangeduid, is een diakritisch teken in de vorm van een streepje boven een letter dat van linksonder naar rechtsboven wijst.
Een weglatingsstreepje geeft aan wanneer een deel van het woord is weggelaten. Als er dus geen deel is weggelaten hoef je het streepje ook niet te plaatsen. Met andere woorden alleen als het oorspronkelijke woord aan elkaar werd geschreven schrijf je een streepje, waren het losse woorden, dan komt er geen streepje.
De punt is het leesteken dat we gebruiken om een zin af te sluiten. De punt wordt ook in andere contexten gebruikt, bijvoorbeeld bij afkortingen en getallen in cijfers. Ik ben gisteren naar de infosessie geweest. De directeur gaf toelichting bij de nieuwe maatregelen.
Speciale tekens zijn tekens die niet aanwezig zijn op uw toetsenbordindeling. Ze kunnen worden gebruikt door een combinatie van toetsen op het toetsenbord in te drukken of het overzicht met speciale tekens in Windows te gebruiken.