Zet het modem zo hoog mogelijk, maar houd 30 cm afstand van een betonnen plafond. Zorg dat het stevig staat of ophangt. Zet je modem zo vrij mogelijk neer en niet achter een ander apparaat, achter de bank of in een gesloten kast. Ook de vloerverwarming, betonnen vloeren, een waterbed of een aquarium kan storen.
Geef je modem de beste plek in huis
Plaats je modem binnen 1,5 meter van de telefoonaansluiting. Staat je modem in de meterkast? Dan moet het signaal meteen door een barrière: de meterkast deur. Plaats het modem daarom liever nét buiten de meterkast.
Hang de wifibooster bij voorkeur op een centrale plek, zodat de aangrenzende kamers meeprofiteren van het signaal. Zorg dat de booster voldoende vrije ruimte om zich heen heeft. Plaats de booster niet dicht bij metalen voorwerpen zoals waterleidingen en radiatoren.
De modem-router moet namelijk altijd in de buurt staan van het hoofdaansluitpunt, waar je internet het huis binnenkomt. Dit aansluitpunt is vaak in de meterkast. En de meterkast is niet het meest centrale punt in je woning. Een centrale plaatsing is wel belangrijk voor goed draadloos internetbereik door je woning.
De grootste boosdoeners zijn microgolfovens, draadloze vaste telefoons en babytelefoons, maar er zijn ook andere toestellen die met straling werken en een negatief effect kunnen hebben op de snelheid van je netwerk. Heb je hier problemen mee, pas dan de plaatsing van je router aan of dat van het storende toestel.
Als je thuis een wifi-netwerk hebt en dat niet hebt beveiligd, dan kunnen buren en voorbijgangers toegang krijgen tot je wifi-netwerk. Dat betekent ook dat ze via dat netwerk toegang kunnen krijgen tot je thuiscomputer(s) en netwerk. Je loopt dan het risico dat je persoonlijke gegevens in handen van anderen komen.
De antennes van de router zenden het wifi signaal uit. Dit signaal is te vergelijken met de kringen die je in het water ziet, wanneer je er een steentje in gooit. Gooi je 2 steentjes naast elkaar, dan heffen de kringen elkaar op. Wanneer je beide antennes dezelfde kant uit richt, blokkeren ze elkaar.
Technisch is er geen daadwerkelijk probleem met meerdere modem's op dezelfde hoofdaansluiting, MAAR de hoeveelheid bandbreedte wordt dan ook gedeelt door de modems. Tegenwoordig wordt elke aansluiting (zoveel mogelijk) direct naar de wijkkast geleid (en niet meer aftakkingen per huis).
Hij neemt de signalen die van je internetprovider komen en vertaalt ze in een internetverbinding die je router kan gebruiken voor het versturen van signalen. Je modem geeft je dus eigenlijk toegang tot het web, maar kan ook veel betekenen voor de efficiëntie van je WiFi-thuisnetwerk.
Het heeft namelijk dezelfde antennes en zend op dezelfde sterkte uit. Daarom is het bereik van een wifi versterker ongeveer gelijk aan de afstand die de wifi router hierboven biedt: gemiddeld 8 meter (en in een nieuwbouwhuis 5 meter).
Plaats de pod(s) op een plek waar je nog voldoende wifi-bereik hebt. Dus niet waar je nu geen wifi hebt. (Vuistregel: de onderlinge afstand tussen het modem en/of de pods kan tussen de 6 en 9 meter zijn (mét obstakels) en ongeveer 2 keer zo ver zonder obstakels.)
Daarom is de meest effectieve en beste oplossing om het wifi netwerk uit te breiden met nieuwe toegangspunten. De eenvoudigste manier is om een powerline wifi adapter te gebruiken. Hiermee kan elk stopcontact veranderd worden in een wifi toegangspunt.
Modem versus router
De modem verzorgt de verbinding met het internet via uw provider. Zonder modem hebt u thuis geen internettoegang. Een router verdeelt het internetsignaal over alle apparaten in uw thuisnetwerk en verzorgt de communicatie tussen uw apparaten (desktop, laptop, printer, smartphone, tablet, ...).
Heb je kabel internet? Dan kun je ervoor kiezen om je modem en de router te verplaatsen naar een ander aansluitpunt. Kun je het modem niet verplaatsen? Dan zou je een iets langere kabel tussen het modem en de router kunnen gebruiken.
Wanneer je ergens een internetverbinding wilt opzetten, heb je vaak twee apparaten nodig: een modem en een router. Het minimale dat je nodig hebt voor internetverbinding is een modem. Indien je meer dan één apparaat hebt dat je met het internet wil verbinden, heb je ook een router nodig.
Voor het installeren van een eigen wifirouter is kennis nodig van aansluitingen en netwerken in het algemeen. Vooral een glasvezelmodem installeren is een uitdaging. Geen ondersteuning van je provider: Met een eigen modem kan de provider geen monteur aanbieden. Je zult zelf je internet moeten aansluiten.
Sluit het modem met een utp netwerk kabel aan op de WAN poort van de router. Vervolgens zet je eerst je modem aan en wacht je tot deze helemaal is opgestart. Daarna zet je de router aan. Nu zou alles moeten werken en kun je verbinden met het draadloze netwerk die je herkent aan de naam die je hem zelf hebt gegeven.
Kies voor een router met een krachtige processor om meer apparaten te verbinden. Op middenklasse routers sluit je meer dan 10 apparaten aan. Topklasse routers hebben een krachtige processor, waardoor je meer dan 20 apparaten tegelijk verbindt met wifi.
Soms is het signaal te zwak om bijvoorbeeld te internetten in de slaapkamer. Mogelijke oorzaken zijn drukte op het wifi-kanaal en andere apparaten die wifi verstoren. Vooral in grote huizen, goed geïsoleerde woningen of gebouwen met dikke muren is het wifi-signaal niet altijd in alle kamers goed.
Het wegvallen van draadloos internet kan een aantal oorzaken hebben. De meest voorkomende is dat er andere draadloze signalen storen op jouw verbinding. Bijvoorbeeld de draadloze router van de buren. Maar ook andere apparaten die op 2.4 GHz uitzenden kunnen storen, bijvoorbeeld babyfoons en bluetooth apparaten.
Zoek een hotspot van je internetprovider.
Veel internetproviders hebben hotspots verspreid door het hele land, waar je als abonnee gratis gebruik van kunt maken. Dus als je thuis een internetabonnement hebt hoef je alleen even te zoeken op de website van je provider voor meer informatie.
Wanneer je wifi gebruikt, verminder je ook het batterijverbruik en ondersteun je GPS-systemen om een nauwkeurige locatiebepaling te krijgen. Daarom raadt iOS aan om de wifi altijd aan te laten staan en stuurt het meldingen als je het uitschakelt.
De versterking van een wifi-signaal gebeurt meestal via een wifi-versterker, ook wel een wifi-repeater genoemd. Dit is de goedkoopste en eenvoudigste manier om een wifi-signaal te versterken. De wifi-versterker moet worden geplaatst op een plek waar je wel nog voldoende bereik hebt.
Kanaal 1, 6 of 11 zijn de beste WiFi kanalen omdat deze elkaar niet overlappen. Het is dan ook mogelijk om meerdere signalen naast elkaar op de 2.4 GHz band te versturen, omdat deze 100 MHz breed is en een kanaal een spectrum van 20 MHz gebruikt.